LES 31: Techniek Flashcards
Banden van de auto: moeten in orde zijn
De banden zorgen voor het directe contact tussen de auto en het wegdek. Om veilig te rijden is het daarom heel belangrijk dat de banden van je auto in orde zijn. Afgesleten banden of te lage bandendruk: verhogen de remafstand; verhogen het brandstofverbruik; verminderen ook de wegligging. Oude banden worden ook harder.
Profieldiepte banden
De profieldiepte van de diepliggende hoofdgroeven van een band, moet minimaal 1,6 mm zijn. Maar bij die diepte kun je eigenlijk niet meer spreken over veilig rijden, want bij een profieldiepte van minder dan 2 mm heb je al extra kans op aquaplaning. De profiel- of slijtage-indicatoren die je op heel wat banden vindt, geven aan wanneer de banden aan vervanging toe zijn. Controleer dat dus regelmatig.
Afgesleten band
Afgesleten banden mag je niet opnieuw laten insnijden.
Bandendruk
Bij normaal gebruik verliest een band tussen de 3 en 5% van de bandenspanning per maand. Met koud weer verlies je ongeveer hetzelfde.De bandendruk moet beantwoorden aan de voorschriften van de fabrikant. Die druk moet gecontroleerd worden, als de banden koud zijn. Hebben de banden een te lage druk, of een overdreven hoge, dan zal dit zorgen voor: meer bandenslijtage en kans op aquaplaning. Belangrijk Maak je een extra lange rit, of moet je een zware lading vervoeren, dan wordt best de bandendruk lichtjes met 0,2 bar verhoogd.
Spijkerbanden
Spijkerbanden mogen tussen 1 november tot en met 31 maart geplaatst worden op voertuigen met een M.T.M. tot 3,5 ton. Belangrijk Snelheid: Gewone wegen: maximaal 60 km/uur. Autosnelwegen en wegen met 2x2 rijstroken: maximaal 90 km/uur.
Diagonale/radiale banden
Radiaalbanden en diagonaalbanden zijn twee begrippen die in de bandenwereld frequent voorkomen. Het verschil tussen deze beide ligt aan hoe de band opgebouwd is. Beide varianten hebben zowel voor- als nadelen. Vooraan en achteraan radiaalbanden is toegelaten. Vooraan en achteraan diagonaalbanden is toegelaten. Vooraan diagonaal en achteraan radiaal is toegelaten. Vooraan radiaal en achteraan diagonaal is niet toegelaten. (Want: Je mag alleen vooraan radiaalbanden plaatsen als er achteraan ook radiaalbanden staan.) TIP: RRDD = NEE
Winterbanden
Bij gemiddelde temperaturen onder de 7 graden, plaats je best winterbanden op je auto. Je doet dat best op de vier wielen.
Sneeuwkettingen
Sneeuwkettingen mag je enkel plaatsen als er sneeuw of ijzel op de rijbaan ligt.
Aanduidingen op een autoband
Op een band staan heel wat aanduidingen. Bijvoorbeeld: 165/70 R 14 81 T Belangrijk 165 = Breedte van de band in mm 70 = Verhouding hoogte/breedte R = Radiaalband 14 = Diameter van de velg, uitgedrukt in inch 81 = Belastingsindex die het maximale draagvermogen aangeeft T = Snelheidsindex. Deze geeft de maximale snelheid aan die met de band mag gereden worden Het is wettelijk verplicht de auto uit te rusten met een band die voldoet aan de maximale snelheid die de auto kan gaan rijden.
Het wisselen van banden
Het is belangrijk om uw banden iedere 10.000 à 15.000 kilometer onderling te verwisselen, zelfs als er geen slijtage zichtbaar is, zodat ze gelijkmatig afslijten. Belangrijk De banden moeten hierbij kruiselings (linksvoor wordt rechtsachter) worden verwisseld. Dit kan worden gedaan bij iedere auto met voor- of achterwielaandrijving. Ook bij auto’s met inschakelbare of permanente vierwielaandrijving kunnen de vier banden het best kruislings worden verwisseld. Maar: Als uw banden slechts één looprichting hebben, moeten de banden worden verwisseld tussen twee wielen aan dezelfde zijde van het voertuig.
Het vastdraaien van de bouten
Belangrijk Let bij het aandraaien van de bouten of moeren op de juiste aandraaivolgorde. Volg altijd een kruislings patroon, zoals in de schematische weergaven hiernaast. Zo voorkom je dat de velg scheef getrokken wordt en vroegtijdig vast loopt op de schroefdraad.
Olie
De motorolie zorgt voor een soepele werking van de motor en voorkomt dat hij oververhit geraakt en blokkeert. De olie beschermt inwendige delen ook tegen roest en reinigt de motor. Er moet steeds voldoende olie in de motor zijn. Zorg er dus voor dat je weet waar de peilstok zich bevindt en controleer regelmatig het oliepeil. Dat moet je trouwens doen als de motor koud is (of een tijdje stilstaat) en de auto horizontaal staat. Zorg ervoor dat, als je een lange rit moet maken, er voldoende olie is (dicht bij de +). Is het niet zo, dan moet je wat olie bijvoegen. Bekijk op het filmpje aandachtig de uitleg i.v.m. min. en max.
Remmen, remmen in bochten, remmen bij afslaan
De remmen van een auto zorgen ervoor dat je tijdig kunt vertragen en stoppen. Het spreekt vanzelf dat die in prima staat moeten zijn. Controleer ook regelmatig of er nog voldoende remvloeistof is.
Wanneer je een bocht nadert, dan moet je voldoende afremmen voor de bocht. In de bocht niet extra afremmen. In de bocht mag je wel wat gas bijgeven.
Wanneer je naar links of naar rechts moet afslaan, handel je als volgt: Eerst in de spiegels kijken; Vervolgens de richtingaanwijzer aanzetten; Afremmen.
ABS
Veel wagens zijn uitgerust met ABS of anti blokkeer systeem. Dit voorkomt dat de wielen tijdens het remmen blokkeren en de wagen slipt. Remmen met ABS wil niet zeggen dat je sneller remt, maar de auto blijft tijdens het remmen met ABS beter bestuurbaar. Op een droog wegdek: Remmen met ABS wil niet noodzakelijk zeggen dat de remafstand altijd korter zal zijn dan zonder ABS. Dit heeft ook te maken met de ondergrond waarop je rijdt en remt. Voorbeeld: op een losse ondergrond kan de remafstand langer zijn. Op een nat wegdek is de remafstand met ABS langer dan met ABS op een droog wegdek. Het ABS treedt in werking als je het rempedaal hard indrukt. Blijft het lampje van ABS branden, dan ga je best naar de garage.
ESP
Deze technologie wordt door experts omschreven als de belangrijkste veiligheidsbijdrage sinds de autogordel en de airbag. ESP of Electronisch stabiliteitssysteem, helpt de bestuurder van een voertuig wanneer deze in een kritieke situatie terechtkomt waarbij het voertuig dreigt te slippen. Dat kan bijvoorbeeld zijn bij plotse uitwijkmanoeuvres voor hindernissen, of bij verkeerd ingeschatte bochten of bij een verraderlijk wegdek. Het helpt te voorkomen dat het voertuig gaat slippen door een of meerdere wielen afzonderlijk af te remmen.