Les 29: Scheidbare weerkwoorden / separabel verbs Flashcards
bij de verboeging van een scheidbaar werkwoord komt het eerste stukje van het hele werwoord ACHTERAAN
opbellen: ik bel op
bij gebruik van een hulp werkwoord/modal verb (willen, moeten, zullen kunnen, mogen) komt het hele werkwoord achteraan
il wil opbellen
weggaan. ga je al weg
wil je al weggaan
binnenkomen
kom toch binnen
meenemen: neem je het pakje even mee
wil je dit pakje even meenemen
meebrengen; breng je ook een kilo appels mee?
wil je een kilo appels meebrengen
nadenken; denk nu een goed na
je moet goed nadenken
neerzetten
zet die warme pan maar gauw neer
teruggeven; geef je het geld wel morgen terug
kun je het morgen teruggeven?
uitdodigen: ik nodig u allemaal uit
none
schoonmaken: maak jij de groente even schoon
wil jij de groente even schoonmaken
voorlezen
de docent leest de tekst voor
terugbellen; ik bel u morgen terug
ik zal u morgen terugbellen