KR: Diarree en motiliteit Flashcards

1
Q

Ik kon echt geen touw vastknopen aan wat deze man allemaal vertelde so bear with me

A

info is dus (mogelijk) niet volledig / onduidelijk omdat ik het zelf ook niet snap

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is de definitie van diarree? hoe onderscheidt je acute vs chronische diarree

A

hoeveelheid >200 gr/dag frequentie > 3dd consistentie niet vast, minder gevormd
acuut versus chronische diarree korter of langer dan 4 weken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Er was een casus over een vrouw van 63, hij liet 4 (!) dia’s met labwaarden en weet ik wat niet zien om uiteindelijk tot de diagnose coeliakie te komen. Helaas kwam mevrouw terug paar weken later omdat zij niet reageerde op glutenvrij dieet. Wat kan een mogelijke vervolgdiagnose zijn?

A
  • patient denkt volledig glutenvrij te eten maar dit is niet het geval
  • medicijn (Olmesartan) kan vlokatrofie veroorzaken
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

een 24 jarige vrouw komt bij de huisarts met klachten van vermoeidheid. Zij heeft 2x per dag brijige ontlasting. het Hb is 6.8 mmol/l met een MCV 78. Heeft deze patient diarree?

A

Nee

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is de werkdiagnose van vorige casus?
1. spastisch darm
2. inflammatory darmziekte
3. coeliakie
4. pseudomembraneuze diarree

een 24 jarige vrouw komt bij de huisarts met klachten van vermoeidheid. Zij heeft 2x per dag brijige ontlasting. het Hb is 6.8 mmol/l met een MCV 78.

A
  1. coeliakie

ik snap ook niet waarom :’)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Studente keert terug uit Indonesië. 5 dagen diarree, geleidelijk bloederig en subfebriele temp. Goede hydratietoestand. Advies tav antibiotica beleid?
a) geen empirische therapie, kweek afwachten
b) starten met azitromycine per os, gedurende 3 dagen
c) starten met ciprofloxocine per os, gedurende 5 dagen

A

b) starten met azitromycine per os, gedurende 3 dagen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat zijn mogelijke oorzaken van acute diarree?

A

Infectieus
* Bacterieel: C. jejuni, salmonella, shigella, yersinia, E.Coli
* Viraal: rotavirus, Norwalk-virus, edeno-en enterovirus
* Parasitair: amoeben, giardiasis
* Voedselvergiftiging

Overig
* overloop, medicatie, voedsel-intolerantie, IBD

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Waar wordt reizigersdiarree vaak door veroorzaakt?

A

enterotoxine producerende E.Coli stammen

(zelden bloederig/weinig koorts)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat zijn oorzaken van chronische diarree?

A
  • Infecties
  • giardiasis, amoebiasis, strongyloidiasis, clostridium
  • IBD
  • Malabsorptie (Coeliakie)
  • Medicatie/intoxicatie
  • Operatie in voorgeschiedenis
  • vagotomie, darmresecties
  • Endocrien
  • DM, hyperthyreoïdie,malignitieiten
  • Overig
  • ischemie, radiatie-enteritis
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Mix-match van osmotische, secretoire en veranderde mobiliteit diarree wat de mogelijke oorzaak is:

  • veranderde darmmobiliteit
  • actieve secretie van water en elektrolyten door darmmucosa
  • te geringe resportie van water en zouten
A

Osmotisch: te geringe resorptie van water en zouten

Secretoir: actieve secretie van water en elektrolyten door darmmucosa

mobiliteit: veranderde darmmobiliteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Osmotische diarree ontstaat door te geringe absorptie van water en zouten. Dit kan door 2 processen, benoem deze

A
  • verminderd resorberend oppervlak
    (darmresectie, uitgebreide beschadiging van de darmmucosa door infectie, bestraling of ontsteking, vlokatrofie bij coeliakie
  • aanwezigheid van kleine niet-absorbeerbare wateroplosbare voedingsstoffen (sorbitol, magnesium- en natriumsulfaat, fosfaten lactose bij lactasedeficientie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Secretoire diarree ontstaat door actieve secretie van water en elektrolyten door darmmucose. Wat zijn verschillende oorzaken?

A
  • Infectieus; Shigella, Salmonella, E.Coli,
    rotavirus, Norwalkvirus, sommige
    adenovirussen
  • onstekingsmediatoren
  • Galzuren, koolhydraten, of vetzuren (bv na
    ileumresectie)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Diarree kan ook ontstaan door veranderde darm-mobiliteit. Wat zijn mogelijke oorzaken?

A
  • verhoogde motiliteit: korte passagetijd,
    minder tijd voor absorptie, netto meer elektrolyten en water in defecatie (neurologische aandoeningen, medicatie
  • verlaagde mobiliteit: stase van ontlasting, bacteriële overgroei –> diarree (medicatie, obstructie, sclerodermie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat zijn klinische kenmerken van IBS/PDS?

A
  • komt 2x zo vaak voor bij vrouwen
  • chronische lage buikpijn en veranderde defaecatie
  • jong volwassenen
  • correlatie met psychologische stress
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Terug naar casus… een 24 jarige vrouw komt bij de huisarts met klachten van vermoeidheid. Zij heeft 2x per dag brijige ontlasting. het Hb is 6.8 mmol/l met een MCV 78.
Zij heeft geen diarree, wel malabsorptie
Definitie
hoeveelheid >200 gr/dag
frequentie > 3dd
consistentie niet vast, minder gevormd. Wat is de werkdiagnose?

De werkdiagnose is
1 spastisch darmsyndroom
2 inflammatoire darmziekte; M Crohn
3 coeliakie
4 pseudomenbraneuze diarree

A

coeliakie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is de meest voorkomende nosocomiale oorzaak van diarree?

A

Clostridioides difficile infectie (CDI)

17
Q

Wat zijn de symptomen en risicofactoren van CDI?

A
  • Symptomen: diarree, buikpijn, kan zeer ernstig verlopen
  • Risicofactoren: antibiotica, chemotherapie, immuungecompromiteerd, leeftijd
  • CDI patiënten moeten in contactisolatie
18
Q

Wat is een innovatieve behandeling voor CDI?

A

fecale microbiota transplantatie

(maximale medicamenteuze therapie hielp niet zoals vancomycine, metronidazol of fidaxomycine)