De Lever (deel II)

Question 1

Wat zijn mogelijke oorzaken van een galwegobstructie?

Answer 1

 galstenen, verantwoordelijk voor de meeste gevallen ontsteking van de galwegen, pancreatitis
 trauma of letsel door operatie galblaas of lever galstrictuur (vernauwing van de galwegen)
vergrote lymfeklieren
 cysten
 tumoren van de galwegen, lever of pancreas
 infecties, waaronder hepatitis of parasieten
 cirrose van de lever (littekenweefsel in de lever, ernstige leverschade)

Question 2

Welke symptomen verwacht je te zien bij een galwegobstructie?

Answer 2

Gele ogen/ grauwgele huid
Misselijkheid, braken en pijn
Vreemde grijze kleur ontlasting
Ontlasting is moeilijk weg te spoelen
Donkere urine
Krabeffecten huid
 Hematoom

Question 3

Hoe verklaar je gele ogen/grauwgele huid?

Answer 3

Bilirubine wordt niet meer uitgescheiden, hoopt zich op in plasma en komt in weefsels (huid/ogen) terecht

Question 4

Hoe verklaar je misselijkheid, braken en pijn?

Answer 4

Als een galsteen de opening van de galblaas afsluit of in de ductus cysticus terecht komt, geeft dit een sterke pijnprikkel. Dit kan leiden tot misselijkheid en braken.

Question 5

Hoe verklaar je vreemde grijze kleur ontlasting?

Answer 5

Ontbreken van galpigmenten (vnl bilirubine)

Question 6

Hoe verklaar je dat ontlasting moeilijke is weg te spoelen?

Answer 6

Zonder galzouten worden vetten niet geëmulgeerd, die daardoor nauwelijks gedigesteerd en geabsorbeerd worden. Ontlasting heeft daardoor hoog vetgehalte (steatorroe)

Question 7

hoe verklaar je donker urine?

Answer 7

Teveel aan bilirubine wordt door de nieren uitgescheiden

Question 8

Hoe verklaar je krabeffecten?

Answer 8

Galproducten in huid geven jeuk

Question 9

Hoe verklaar je hematoom?

Answer 9

Zonder gal worden vetoplosbare vitamines niet goed opgenomen. Vitamine K is nodig voor bloedstolling

Question 10

Verwijderen van de galblaas geeft vooral problemen na een fast food maaltijd Waarom?

Answer 10

Lever produceert ook na verwijdering galblaas galzouten. Dit is in principe voldoende om vet te emulgeren (en verteren). Echter niet voldoende na zeer vetrijke voeding.

Question 11

Zou u een volledig vetloos dieet aanraden na galblaasverwijdering?

Answer 11

Nee, essentiele vetzuren, zoals omega-3 nodig. Kunnen niet door mens geproduceerd worden. Aantal belangrijke vitames (D,E,A,K) alleen oplosbaar in vet

Question 12

Wat is (lever)cirrose?

Answer 12

Leververvetting

Question 13

Wat zijn belangrijke oorzaken voor levercirrose?

Answer 13

Alcoholisme
Hepatitis (virus)
Leververvetting (obesitas/ diabetes)
Bepaalde erfelijke ziektes (zoals stapelingsziektes)

Question 14

Welke van volgende labwaarden verwacht je dat afwijkend zijn bij een patient met levercirrose?
- CRP
- Hemoglobine
- Hematocriet
- Trombocyten
- Leucocyten
- Natrium
- Kaluim
- Kreatinine
- Albumine
- Ammoniak
- Biliruribine
- Geconjugeerd bilirubine
- alkalische fosfatase
- gammaGT
- ASAT
- ALAT
- LDH
- APTT
- Protombinetijd

dit is ter illustratie

Answer 14

• CRP: acute fase eiwit is verhoogd
• hemoglobine/hematocriet is verlaagd (ijzer wordt opgeslagen in lever als ferritine)
• albumine (maat eiwitsynthese lever) is verlaagd
• ammoniak (wordt door lever in ureum omgezet) is verhoogd
• (geconjugeerd) bilirubine is verhoogd
• gammaGT (enzym geïnduceerd door alcohol) verhoogd
• ASAT/ALAT: enzymen betrokken bij eiwit metabolisme, komen vrij bij beschadiging leverparenchym cellen) verhoogd
• protrombinetijd (lever produceert stollingsfactoren) verhoogd

Question 15

Welke symptomen kan je krijgen als het albumine-gehalte te laag is
(maag eiwitsynthese in de lever)

Answer 15

Oedeem/ascitis

Question 16

Welke symptomen kan je krijgen als het ammoniak-gehalte te hoog is (wordt door lever in ureum omgezet)

Answer 16

Sufheid (oa.verstoring neurotransmissie)

Question 17

Welke symptomen kan je krijgen als het APTT / protrombinetijd verhoogd is?

Answer 17

stollingsstoornis

Question 18

Welke drie systemen zijn er voor de synthese van glucose (gluconeogenese)?

Answer 18

1) hydrolyse van glycogeen tot glucose-6-P, dat weer omgezet wordt in glucose
2) omzetting van glycerol (dat vrijkomt door afbraak van triglyceriden in het vetweefsel) tot glucose;
3) omzetting van aminozuren (vrijgekomen door eiwitafbraak) tot glucose.

Question 19

Verwacht u bij ernstig leverfalen hypo- of hyperglycaemie? En waarom?

Answer 19

Als de lever deze processen niet meer goed kan uitvoeren leidt dit tot depletie van leverglycogeenvoorraden en verminderde gluconeogenesis,
met als gevolg hypoglycaemie.

Question 20

Wat is (vaak) de vorm van een virus?

Answer 20

capside vaak symmetrisch
icosahedraal (20 vlakken) of
helixvorm

Question 21

Om de capside zit vaak nog een andere structuur. Welke is dit?

Answer 21

Envelop met matrix eiwitten en envelopeiwitten (betrokken bij specifieke aanhechting)

Question 22

Wat zijn de stappen van replicatie van een virus?

Answer 22

Specifieke virusreceptor op het celmembraan van de host laat de virus doen binnendringen in de cel, het genetisch materiaal komt vrij omdat de capside/envelop openbreekt, het genetisch materiaal wordt afgelezen (transcriptie) waardoor een nieuw virus wordt gevormd. Deze kan fuseren met het membraan (budding) en zo de cel verlaten

Ofwel:
1. aanhechten virus
2. binnendringen virus
3. vrijkomen erfelijk materiaal en vermenigvuldiging
4. samenstellen nieuwe virussen
5. celdood en vrijkomen nieuwe virussen

Question 23

Wat moet er bij retrovirussen specifiek gebeuren?

Answer 23

Integratie in het gastheergenoom (RNA moet worden omgezet naar DNA d.m.v. reverse transcriptase)

Question 24

Welk virus is op hepatocyten, betrokken bij enterohepatische recirculatie galzouten

Answer 24

Hepadnaviridae

Question 25

Ik was zelf niet bij dit HC en opname stond helaas niet online dus sorry voor enige onduidelijkheid

Answer 25

.