Klinische psychologie H15 Flashcards
Transdiagnosgtisch perspectief factoren
Wat is het uitgangspunt en de problemen volgens de DSM met de TD-perspectief factoren?
- beschrijvend en richt zich niet op uitlokkende of in stand houdende factoren
- hoge comorbiditeit tussen verschillende diagnostische categorieën
- veel stoornissen dimensioneel van aard
- veel heterogeniteit binnen zelfde categorie
- predictieve validiteit van diagnoses mbt verdere verloop van stoornis en behandeluitkomsten heel beperkt
- categorie NAO vaak grootste en minst eenduidige categorie van stoornissen
Waarom is het een probleem dat het beschrijvend is en zich niet richt op uitlokkende en in stand houdende factoren?
Zo kan je geen behandeling opstellen
Wat is het transdiagnostisch perspectief?
= Een visie op psychopathologie waarbij men stelt dat dezelfde genetische, neurobiologische en psychologische mechanismen leiden tot verschillende stoornissen
Op zoek naar gelijkenissen tussen stoornissen
Transdiagnostisch = een rol spelend bij verschillende psychiatrische aandoeningen
Wat is het uitgangspunt van het transdiagnostisch perspectief?
- dezelfde onderliggende mechanismen
- veroorzaken verschillende stoornissen of houden ze in stand
Wat verklaart het transdiagnostisch perspectief?
Het verklaart de gelijktijdige en sequentiële comorbiditeit van stoornissen
Waarop ligt de focus bij het transdiagnostisch perspectief?
Focus ligt op de onderliggende factoren die gemeenschappelijk zijn
Waarnaar kunnen TD-factoren wijzen?
Gelijke symptomen, gedragingen, copingstrategieën, psychologische factoren, neurobiologische factoren, behandelinterventies, beschermende factoren
Welke algemene TD-modellen zijn er?
- dimensioneel classificatiesysteem van Brown & Barlow
- RDoc systeem: model van het national institue of mental health (NIMH)
Waaruit bestaat het dimensioneel classificatiemodel van Brown & Barlow?
2 kerntemperamentsfactoren aan basis van emotionele problemen
- neuroticisme/negatief affect/gedragsinhibitie
- extraversie/positief affect/gedragsactivatie
Waarvoor staat het neuroticisme in het dimensioneel classificatiemodel?
Hoogscoorders: verhoogde arousal bij stress, oncontroleerbaarheid en onvoorspelbaarheid, vermijdend
- 50% nature, 50% nurture (ontwikkeling, opvoeding, actuele stress)
- meting: kern trek + actuele gemoedstoestand
- stabiliteit stijgt in functie van initiële ernst
Wanneer is de invloed van state groter bij het dimensioneel classificatiemodel?
Invloed van state groter bij lage scores op neuroticisme, invloed van trait is sterker bij hoge scores op neurotisicme
Wat gebeurt er met de mood state in het dimensioneel classificatiemodel?
Mood state verandert meer door therapie of door wegvallen van stress
Waardoor wordt de ‘kleuring’ van de stoornis bepaald in het dimensioneel classificatiemodel?
De ‘kleuring’ van de stoornis wordt bepaald door leerervaring
Waarvoor staat het extraversie in het dimensioneel classificatiemodel?
Hoogscoorders: extravert, energiek, snel enthousiast, positieve emoties
- lage scores: kwetsbaarheid voor depressie
- hoge scores: kwetsbaarheid voor manische fasen
3 voudige kwetsbaarheid veroorzaakt emotionele problemen
Wat is de 3 voudige kwetsbaarheid bij de extraversie in het dimensioneel classificatiemodel?
- biologische kwetsbaarheid
- psychologische kwetsbaarheid
- specifieke psychologische kwetsbaarheid
Wat houdt de biologische kwetsbaarheid bij het dimensioneel classificatiemodel in?
- erfelijkheid van temperament neurotiscisme/negatief affect/gedragsinhibitie
- sluimerend aanwezig, wordt geactiveerd door gebeurtenissen
Wat houdt de psychologische kwetsbaarheid bij het dimensioneel classificatiemodel in?
- vroege ervaringen veroorzaken dit type van kwetsbaarheid
- dit pakket aan ervaringen leidt tot gevoel van onbeheersbaarheid en onvoorspelbaarheid