Hoorcollege 9 - Behandelmethoden Flashcards

1
Q

Somatische klachten

A

Klachten die langer aanhouden dan een aantal weken, maar niet volledig verklaard kunnen worden door medische modellen. Psychologische en gedragsmatige factoren kunnen een rol spelen, waardoor er geen duidelijke scheidingslijn is tussen medisch en psychologische symptomen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Simulatie

A

Doen alsof je lichamelijke klachten hebt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Somatisch symptoom stoornis

A

Overmatig last en bang voor lichamelijke klachten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Ziekte angst stoornis

A

Bnag zijn om ziek te worden of om een ziekte terug te krijgen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Conversiestoornis

A

Door een duidelijke psychologische aandoening, uitval krijgen in lichaamsdelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Nagebootste stoornis

A

Doen alsof je een lichamelijke ziekte hebt; zoals vrijwillig in een rolstoel zitten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Psychologische factoren die effect hebben op andere medische condities

A
  • Depressie; vermoeidheid, slaapverstoring
  • Paniekstoornis; hartkloppingen, duizeligheid
  • Anorexia nervosa; lichaamsgewicht, amenorrhoea
  • Sociale angst stoornis; blozen en zweten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Somatische symptomen kunnen ook psychologische/ emotionele problemen veroorzaken:

A
  • Moeite om verminderde fysieke mogelijkheden te accepteren; depressie
  • Angst of verdriet over ziekte
  • PTSS
  • Verminderd gevoel van eigenwaarde, veranderingen in relaties
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

SS&RD

A

Somatische Symptoom en Gerelateerde Stoornissen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Motivatie probleem SS&RD

A

Mensen gaan met symptomen naar de huisarts maar die stuurt ze door naar psycholoog. Mensen voelen zich niet serieus genomen voordat ze starten aan de behandeling.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Behandeling voor somatische symptoom stoornis

A

Consequenties model

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Cognitieve gedragstherapie

A

Op basis van de leertheorie; wat hebben mensen geleerd en hoe uit zich dit in bepaalde klachten. Ook vermengd in cognitieve therapie, stelt dat automatische gedachtes invloed hebben op wie je bent en hoe je je gedraagt. Manier van denken en manier van doen beïnvloeden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Karakteristieken CGT

A
  • Duidelijke tijdsstructuur
  • Gestructureerd in onderwerpen (van te voren)
  • Gestructureerd in gelijktijdige lagen
    * Interventies
    * In contact blijven met cliënt
    * Systeem van patiënten meenemen
  • Empirisch ondersteund
  • Doe therapie
  • Tijdsgelimiteerd (10-25)
  • Therapeut is actieve coach
  • Sterk symptoom georiënteerd, doel is symptoom vermindering
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Consequences model

A

Specifiek ontwikkeld voor SS&RD’s
- We weten dat je symptomen hebt
- We weten niet waardoor maar dit hoeven we niet te weten
- We weten consequenties van symptomen
- Schade is hoofddoel in de behandeling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Hoe ziet consequences model eruit

A
  • Somatische symptomen vaststellen
  • Overtuigingen van cliënt over de klachten
  • Somatische, cognitieve, emotionele, gedrags en sociale consequenties vaststellen

Wanneer je dit hebt gedaan ga je kijken naar de samenhang en kijken waar je invloed op hebt en dit aanpassen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Graded activity

A

Zorgt ervoor dat mensenmet pijn en vermoeidheid langzaam hun conditie gaan opbouwen

17
Q

Na het vaststellen van consequenties:

A
  • Behandeldoelen vaststellen
  • Eerste consequentie kiezen
  • Analyseer de consequentie beter
  • Selecteer en pas interventies toe om deze aanhoudende factoren te veranderen
  • Evalueren van de resultaten
18
Q

Verschillende interventies voor consequences model:

A
  • Psycho educatie
  • Graded activity
  • Meedenken aan aanpassingen
  • Gedachten uitdagen
  • Gedragsexperimenten
  • Slaaphygiëne verbeteren
  • Partner en systeem betrekken
19
Q

Behandeling ziekte angst stoornis

A

Cognitieve herstructurering; blootstelling; responsieve preventie

20
Q

CGT bij Ziekteangststoornis

A

Controleren of de automatische gedachtes wel kloppen. Deze gedachtes zijn zo aangeleerd door gebeurtenissen van vroeger; hierdoor ga je het gevaar overschatten

21
Q

Exposure therapie

A

Zorgt voor habituatie van gedrag. Naarmate men meer met de situatie geconfronteerd wordt, zorgt het voor minder angst.

22
Q

Hoe werkt exposure therapie

A
  • Lijstje met anagstige situaties en voorspellingen
  • Beoordelen op basis van geloofwaardigheid
  • Blijf in situatie en let op of gevreesde uitkomst echt uitkomt
23
Q

Dysfunctioneel piekeren

A

Het hebben van negatieve overtuigingen over piekeren