Hoorcollege 3: pathologie ZS Flashcards

1
Q

waarom hersenen macroscopisch bekijken?

A

localisatie laesie(s) bij sommige aandoeningen voor diagnostiek erg belangrijk.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

beoordeling hersenen patho

A
  • asymetrie
  • verkleuring
  • malformatie
  • verweking
  • hemorrhagieen
  • ruimte innemende processen
  • grootte ventrikels
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

wat is een morfologische diagnose?

A

interpretative van belangrijkste laesies in pathologische terminologie zonder uitspraak over oorzaak.
Een morfologische diagnose bevat de volgende componenten:
- Het orgaan = het proces/diagnose
- Nadere specificaties =
a. gradering: matig/ernstig
b. verloop/stadium: acuut/chronisch
c. distributiepatroon: bi-/unilateraal
d. type exsudaat
e. andere kenmerken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

histologie grijze stof

A

neuronen:
- groot verschil uiterlijk neuronen
- neuronen in kernen of in lagen
neuropil: alle dendrieten en synapsen
gliacellen:
- astrocyten
- oligodendrocyten = aanmaak myeline
- microgliacellen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

histologie witte stof

A
  • axonen
  • myelineschede
  • oligodendrocyten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

luxe fast-blue (LFB) kleuring

A

visualiseren van myeline

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

definitief reactiepatroon

A

de algemene reactiepatronen beschrijven het spectrum van morfologische veranderingen waarmee een weefsel of orgaan(systeem) reageert op (pathogene) prikkels

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

algemene pathologische veranderingen

A
  1. Weefsel/orgaan kleiner dan normaal: atrofie, hypoplasie, aplasie
  2. Weefsel/ orgaan groter dan normaal: hypertrofie, hyperplasie, neoplasje
  3. Ontstekingen
  4. Ontwikkelingsstoornissen
  5. Traumatische veranderingen
  6. Circulatiestoornissen
  7. Degeneratieve veranderingen
  8. Neoplasie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

normale histologie neuronen

A

Cel met grote kern en korrelig cytoplasma = normaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

chromatolyse

A

Neuron is groter en roze (hypo-eusinofiel) met opheldering in midden, bijv. grass sickness.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

neuronale necrose

A

Neuron roze en driehoekig en kleine kern (picnose)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Demyelinisatie neuron

A
  1. primair = myeline zelf wordt aangevallen = verlies myeline axon intact.
  2. secundair = verlies axon ene dus verlies myeline.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

sferoid

A

axon blaast op met gedilateerd myelineschede. Vaak zit er macrofaag in = digestiekamer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

glianotule

A

ophoping van gliacellen na het doodgaan van een neuron.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

porencephalie

A

een gat in je hersenen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

lysosomale stapelingsziekten neuronen

A
  • Vacuolisatie van cellichaam van neuronen in hersenen
  • Vacuolisatie tgv stapeling van substraat lysosomen
  • Accumulatie van geelbruine granulatie vetpigmenten (ceroid/lipofuscine).
17
Q

astrogliose

A

proliferatie astrocyten

18
Q

microgliose

A

proliferatie microgliacellen

19
Q

wat veroorzaakt colliquatienecrose?

A

cavitatie

20
Q

type ontstekingen

A
  • purulent = bacterien
  • lymfocytair = virussen
  • granulomatous = parasieten, schimmels, intracellulaire bacteriën.
21
Q

Waar wordt de kleuring luxol fast blue voor gebruikt?

A

aantonen van myeline

22
Q

welke cellen infiltreren het zenuwweefsel als dit necrotisch geworden is?

A

korrelcellen

23
Q

hoe ziet een necrotisch neuron eruit?

A

hypereusinofiel en angulair

24
Q

wat is een digestiekamer?

A

een gedilateerde myelineschede met macrofagen

25
Q

wat is malacie?

A

verwekende necrose