hoofdstuk 6: dissociatieve stoornissen - somatische symptoomstoornis en verwante stoornissen Flashcards
wat is dissociatie?
Dissociatie: verschijnsel waarbij normale integratie van perceptie – bewustzijn – geheugen – identiteit verstoord is => er is een splitting
welke vormen van dissociatieve stoornissen zijn er?
1) dissociatieve identiteitsstoornis
2) dissociatieve amnesie
3) depersonalisatie/ derealisatie
4) dissociatieve fugue
wat kunnen oorzakelijke factoren zijn van dissociatie?
Sociale factoren: seksueel misbruik/ mishandeling in kindertijd
Trauma: oorlogshandelingen
Gedragsmatige factor: aandacht is mogelijke bekrachtiging voor het spelen van sociale rol van verschillende identiteiten
emotionele en cognitieve factoren: verlichting van angst door in psychologisch opzicht afstand te nemen van verontrustende emoties of herinneringen => dissociatie
wat is een dissociatieve identiteitsstoornis?
Twee of meer persoonlijkheden / aterego’s die elk duidelijke karaktertrekken & herinneringen hebben
Gaan soms in conflict met elkaar om macht over de persoon => sprake van een dominante kernpersoonlijkheid & ondergeschikte persoonlijkheden
Dominante persoonlijkheid => is zich niet bewust van de alterego’s
Soms bewust van verschillende persoonlijkheden en soms onbewust
Alterego’s kunnen zeer verschillende kenmerken vertonen => Soms elk bril met andere sterktes/ allergieën/ andere seksen/ seksuele oriëntatie
Sprake van vergeetachtigheid wat betreft gewone gebeurtenissen/ persoonlijke info
Veel controversiteit => in andere culturen komt het amper voor
o Vooral in de VS => lijkt dus cultuur gebonden
Trauma en seksueel misbruik vaak verklarende sociale factoren
wat is dissociatieve amnesie?
Tekenen van geheugenverlies over persoonlijke info zonder fysieke oorzaak
Meestal de traumatische/ stressvolle ervaringen
* Is meer dan eenvoudige vergeetachtigheid
* Geheugenverlies is omkeerbaar in tegenstelling tot amnesie bij dementie
Kan gewoon dage of jaren duren
Subtype: dissociatieve fugue
o Vertrekt plotseling van zijn huis en kan geen persoonlijke informatie uit verleden herinneren of raakt in de war => Kan een foutief verleden verzinnen & Oorlog is een risicofactor
welke 5 soorten geheugenproblemen kunnen voorkomen bij dissocatieve amnesie?
5 verschillende vormen van geheugenproblemen
1) Gelokaliseerde amnesie => een specifieke periode
2) Selectieve amnesie => Alleen de verontrustende dingen van perioden
3) Algehele amnesie => Vergeten van heel het leven
4) Voortdurende amnesie => Alles wat er vanaf een specifiek moment gebeurt
5) Gesystematiseerde amnesie => Bepaalde categorie van informatie: bepaalde mensen bv
wat een derealisatie en depersonalisatiestoornis?
herhaalde episodes van depersonalisatie en derealisatie
Depersonalisatie: gevoelens van onwerkelijkheid over zichzelf of het eigen lichaam of daarvan losgekoppeld worden => betrokkene kan buiten zich zelf staan en zich zelf observeren
Episode kan als droom aanvoelen of robotachtig
De realisatie: gevoel van onwerkelijkheid over de omgeving => Zijn episodes die heel vaak terugkomen en dagelijks functioneren belemmeren
Betrokkene kan tijdens de episodes nog steeds werkelijkheid van de onwerkelijkheid onderscheiden => geen psychotische verschijnselen
Incidentele dissociatie => Algemeen voorkomend verschijnsel => mensen doen dit bewust bv bij de tandarts => nr een leuke plek gaan om pijn minder te voelen => beschermende functie
Dissociatie wordt pathologisch wanneer je er geen reden voor hebt en niet kan stoppen
wat zijn de theoretische perspectieven op dissociatieve stoornissen?
Psychodynamische theorie: Dissociatieve stoornissen zijn onbewuste verdedigingsmechanismes tegen trauma’s vaak in de kindertijd
Amnesie en dissociatieve episodes helpen individu pijnlijke herinneringen buiten het bewuste geheugen te houden => Ego beschermt zichzelf tegen angst door herinneringen te blokkeren of dor de agressieve/ seksuele impulsen los te koppelen
en Alters dienen om de onacceptabele impulsen toch te kanaliseren
Sociaalcognitieve theorie
Dissociatieve amnesie/ fugue => aangeleerde respons => Doorherinneringen/ emoties over lichamelijke of seksuele mishandeling los te koppelen van het gewone bewustzijn => dissociëren => hierdoor angst en schaamte vermijden
Volgens Spanos=> dissociatieve identiteitssoornis = rollenspel => rollen verwerven door mechanisme van leren door observeren en bekachtiging = organiseren van gedrag op basis van waargenomen rollen
Biologische factoren
Diathese – stress model mensen hebben een aanleg voor dissociatieve stoornissen en verhoogd risico om stoornissen te ontwikkelen wanneer ze geconfronteerd worden met trauma: misbruik in de jeugd
wat is de behandeling van disociatiestoornissen?
Therapeutische aanpak:
weinig onderzoek naar de effectiviteit van specifieke behandelingen voor dissociatieve stoornissen.
Dissociatieve identiteitsstoornis (DIS): Bij DIS wordt gefocust op het integreren van verschillende “alters” tot een samenhangende persoonlijkheid.
Psychoanalytische therapie helpt patiënten om trauma’s uit de kindertijd te verwerken en contact te maken met deze alters.
Therapeuten kunnen patiënten vragen om bewust contact te maken met alters, bijvoorbeeld door een dialoog te simuleren of door alters uit te nodigen om zich te uiten.
Onthullen van trauma en deze op een veilige manier beleven => essentieel onderdeel in de behandeling => hierdoor traumatische herinneringen verwerken en geen behoefte om te ontsnappen => re-integratie van persoonlijkheid is weer mogelijk
wat is een somatische symptoomstoornis
Klachten over lichamelijke problemen/ symptomen die geen medische verklaring hebben
Grote preoccupatie => focus op de lichamelijke symptomen
Diagnostische voorwaarde: 6 maanden fysieke symptomen hebben & groot persoonlijk lijden + belemmeringen in het dagelijks functioneren
Veel arts bezoeken => continu op zoek naar bevestiging van de angstige vermoedens => jaren duren en veel frustratie opwekken
Boos wanneer er geen fysieke oorzaak is vastgesteld door arts
Ervaren echt de lichamelijke symptomen => GEEN SIMULATIE
* Overgevoelig voor fysieke sensaties
* Zijn als kind vaak ziek geweest => hebben traumatische ervaringen of door gezondheid veel school gemist
* Meestal manifesteert het zich tussen 20 & 30 jaar
wat is een ziekte angststoornis?
Stoornis met grote angst om ziek te zijn en niet kan worden gerustgesteld door resultaten van medisch onderzoek
- => De ziekte angst ligt ten grondslag=> focus op de angst voor ziekte ondanks dat er weinig of geen lichamelijke symptomen zijn
- Geen of minimale lichamelijke symptomen
Twee subtypes
1) Zorgzoekende type:
Gaan van dokter naar dokter in de hoop dat hun voormoedens worden bevestigd
2) Zorgmijdende type
Van toepassing op degene die artsbezoeken uitstellen => bang voor slechte nieuws
wat is de conversiestoornis?
Een conversiestoornis = een psychische aandoening met neurologische symptomen
De symptomen = neurologisch probleem, maar hebben een psychologische oorzaak & geen medische verklaring
Kenmerken van een conversiestoornis
De symptomen kunnen motorische of sensorische functies beïnvloeden, zoals:
Verlamming (bijvoorbeeld van een arm of been)
Spiertrekkingen of spasmen
Blindheid of dubbelzien
Doofheid
Verlies van spraak (mutisme)
Toevallen of convulsies (die niet veroorzaakt worden door epilepsie)
Gevoelloosheid of tintelingen in bepaalde lichaamsdelen
Fysieke symptomen vaak in periodes van stress => emotionele stress worden getransformeerd naar motorische/ sensorische symptomen
o Vaak voorgeschiedenis van trauma
wat is nagebootste stoornis?
Stoornis waarbij men fysieke of psychosche symptomen fabriceert zonder dat het duidelijk is welk voordeel hieruit gehaald kan worden
Sympathie + bedriegen van de anderen zijn niet de voordelen => het fabriceren staat hier los van
Er is dus wel een psychische noodzaak => niet duidelijk welke
Verschil met simuleren: hier worden symptomen nagedaan omdat het wel een duidelijk voordeel heeft => simuleren is geen psychische stoornis
Twee soorten:
Nagebootste stoornis bij zich zelf/ syndroom van munchausen
Nagebootste stoornis opgelegd bij de ander/ syndroom van munchausen by proxy => kindermishandeling
Poging tot medeleven opwekken
Gevoel van controle in het verzorgen van de kinderen
wat is het verschil en wat is gemeenschappelijk tussen een paniekstoornis en somatische stoornis?
Gemeenschappelijk:
Ernstig zorgen over de lichamelijke senstaties
Verschil
Bij paniekstoornis: wordt geïnterpreteerd als een directe dreiging => directe neerwaartste spiraal
Bij somatische symptoomstoornis: wordt geïnterpreteerd als een bedreiging op lange termijn => angst voor onderliggende ziekte
wat zijn theoretische verklaringen van somatische symptoom stoornissen?
Historische benadering door Freud:
onbewuste conflicten uit kindertijd aan de basis van conversiestoornissen.
=> bewustwording hierrond => eenmaal benoemt geen symptomen meer nodig
weinig bewijs voor de effectiviteit van deze aanpak volgens moderne studies.
Gedragsmatige benadering:
Bekrachtigingsmechanismen spelen een rol: lichamelijke klachten kunnen aandacht, steun of het vermijden van verantwoordelijkheden opleveren.
Gedragstherapie richt zich op:
Het afleren van deze bekrachtigingen.
Het aanleren van adaptieve strategieën, zoals ontspanning en cognitieve herstructurering.
Cognitieve gedragstherapie (CGT):
Succesvol bij somatisch-symptoomstoornissen en ziekteangststoornissen.
Werkt door vervangen van irrationele interpetatie/ gedachte over symptomen met rationele alternatieven.
Voorbeelden van technieken:
Responsepreventie: Mensen weerhouden van obsessief controleren van symptomen.
Informatiecorrectie: Mensen leren om geruststellende informatie te zoeken en catastrofale interpretaties te vermijden.
Voorbeelden van catastrofale gedachten:
* Uitspraken als “Ik heb nooit meer energie, ik zal dit niet overleven” zijn typische irrationele gedachten bij deze stoornissen.
Uitdagingen in behandeling: CGT werkt het best bij patiënten die gemotiveerd zijn om hun klachten en onderliggende overtuigingen te bespreken.