hoofdstuk 3: classificatie en beoordeling van psychische stoornis; significant afwijkend gedrag - emoties Flashcards
wat is het belang om te classificeren?
1) basis van wetenschap
2) basis om te kiezen welke behandeling beste is => welke therapie & welke medicatie?
3) verloop van ziekte te voorspellen
4) helpt populaties met gelijksoortige patronen van afwijkend gedrag te onderscheiden
welke soorten classificatiesystemen bestaan er?
1) DSM: diagnostic statistical manual of mental disorders
2) APA: American psychiatric association
3) ICD: international classification of diseases
Wat is de DSM?
- Classificatie van psychische stoornissen
- nieuwste versie is DSM 5
- Wereldwijd meest gebruikte instrument van clinici
- beschrijft psychische stoornissen adhv gedragspatronen die gepaard gaan met emotioneel lijden & ernstige belemmeringen in psychisch functioneren
=> afwijkend gedrag is een symptoom van de stoornis & is het resultaat van interactie tussen omgeving en aanleg
- psychische stoornissen zijn klinische syndromen => groepen van symptomen
- diagnose wnr min aan symptomen wordt afgechecked
- diagnose in DSM bepaalt vergoeding
- belangrijkste gehanteerde criteria
1) emotioneel lijden
2) ernstige belemmeringen op in functioneren
van levensdomeinen
3) schadelijk gedrag voor zich zelf of omgeving
4) belemmering houdt lange tijd aan en is niet afgestemd aan normen van culturele context
wat is belangrijk om te weten bij een dsm diagnose?
Een DSM-diagnose => beschrijving van symptomen, en de persoon IS zijn klachten niet => we gaan de patiënt niet reduceren tot de diagnose, zijn identiteit is veel meer dan dat => anders doen we aan stigmatisering => DSM is de classificatie van stoornissen en NIET van mensen
wat zijn kenmerken van de DSM?
1) Is atheoretisch: beschrijft symptomen van psychische stoornis en geeft GEEN verklaringen over de oorzaken => Bijna alle stoornissen hebben ook geen eenduidige oorzaak & niet gebaseerd op theoretisch raamwerk
2) Opsomming van diagnostische symptomen van afwijkend gedrag
3) Diagnose door gedrag te vergelijken met criteria die DSM geeft voor stoornissen
categorieën VS dimensies
Categorie:
DSM is categorisch classificatiemodel => categorie => ja of nee
Psychische stoornissen worden gecategoriseerd als afzonderlijke unieke entiteiten die verschillend zijn van normaal functioneren => duidelijke grenzen en aan/uit aanwezigheid
Het zijn categorieën maar met een dimensionaal component => de ernst van de symptomen => schaal van mild – matig – ernstig
Kritiek op DSM => eisen meer een dimensionale benadering van beoordeling
Dimensionaal:
symptomen van psychische stoornissen komen bij heel de bevolking voor maar in verschillende maten. Depressie is bv een extreme vorm ervan. Er is geen strikte onderscheid tussen normaal en abnormaal gedrag.
wat is betrouwbaarheid en validiteit?
Betrouwbaarheid:
overeenstemming tussen verschillende clinici bij diagnosticeren van hetzelfde gedrag => de consistentie van het diagnostisch instrument
=> Overeenstemming is er vaak niet
Validiteit
In hoeverre de diagnose overeenkomt met het geobserveerde gedrag
wat zijn veranderingen in de DSM 5?
1) Nieuwe stoornissen
a. OCD:
b. Depressieve stemingsstoornissen:
distruptiebe stemmingsstoornis:
c. Uitgebreide & beperkte neurocognitieve
stoornis: afname van denken/ geheugen/
aandacht
2) Indeling in 20 groepen op basis van
ontwikkelingspespectief
3) Nieuwe classificatie van bestaande
stoornissen
a. Stoornis van asperger en autistische stoornis => nu onder ASS
4) Veranderde criteria bij bep stoornissen
5) herzieningsproces
welke kritiek wordt er gegeven op de DSM?
Kritiekpunten op de DSM5
1) kritiek op de snelle/veel pathologisering van (normaal) gedrag => hierdoor heel veel psychische stoornissen => een overdiagnosticering => hierdoor onterechte medicalisering
2) diagnose is zeer biologisch geladen en suggereert medicalisering van afwijkend gedrag=> biedt weinig effectieve farmacologische oplossingen
3) Wijzigingen in de classificatie van sommige stoornissen => diagnostische verwarring en andere soort zorg
4) classificatie criteria van stoornissen => ruimer en vager vooral bij ASS => kan gevolgen hebben voor het aantal diagnoses die gemaakt worden
5) herzieningsproces => herziening is niet echt transparant verlopen => vage documentatie van de veranderingen obv hoeveelheid empirisch onderzoek + symptomen die bij meerdere categorieën passen => hiervoor is geen verklaring => deze symptomen overstijgen de categoriale benadering
6) gebrek aan systematische oordeelvorming => geen gestandaardiseerde manier om tot een diagnose te komen => hierdoor inconsistentie en variabiliteit in diagnoses => er zijn ook culturele verschillen =>Gebaseerd op westerse cultuur waardoor gedrag binnen het normale spectrum van diens cultuur kan vallen => Afwijkend gedrag kan andere vormen aannemen in culturen
7) bij label komen vooroordelen kijken => stigmatisering
voordelen van de DSM?
Clinici kunnen gedrag vergelijken met de diagnostische criteria van dsm om zo tot diagnose te komen
er is een gemeenschappelijke taal => een gemeenschappelijk instrument & maakt internationale discussies gemakkelijker
=> beschrijving van specifieke diagnostische criteria