Hoofdstuk 3 Flashcards
Thomas Willis
vond een accurate descriptie van het brein. Hij vond dat het bestond uit verschillende materie;
witte stof = binnenkant (axonen)
grijze stof = buitenkant (cellichamen)
Franz josef Gall
ginng door op ideeën Willis, zenuwlijf, dendrieten, commisures, dierenhersenen, frenologie, fysiogonomie
ideeën van Willis + Gall
voegde commisures (=verbindingsstukken tussen hersenhelften) toe aan de twee stoffen. Zenuw bestaat uit zenuwlijf, dendrieten en axon.
zenuwlijf is belangrijkste cel. dendrieten is waar info de cel binnenkomt en axon is waar de informatie de cel uitgaat (verbinding dus)
Onderzoek van Gall naar hersenen van dieren
observeerde dat bij dieren die complex gedrag vertoonden de cortex groter was dan die bij dieren die minder complex gedrag vertoonden. Hij trok hieruit de conclusie dat meer mensen = meer kunnen op bepaalde plekken.
denk wiskunde- of talenknobbel
sluit aan bij idee van frenologie
Frenologie
mensen met bepaalde kenmerken hebben meer hersens op een specifiek gebied. Dit werd onderzocht door de hersenomtrek te meten.
fysiogonomie
je kunt aan iemands uiterlijk zien hoe ze innerlijk zijn, belangrijke persoon die hierover schreef was Lavatar. hij vergeleek mensen met dieren in zijn boek.
Pierre Flourens
onderzocht validiteit van frenologie door onderzoek van systematisch kapot maken van cerebellum hond. Hij merkte geen karakterveranderingen, maar wel dat de hond geen coördinatie meer had.
-> kleine hersenen belangrijk bij beweging, maar geen lokalisatie psychologische kenmerken.
Hij had dus kritiek op Gall
dit idee was lange tijd de consensus
Bouillaud
ontdekte afasie
student van Gall die frenologie verwierp
Paul Brocca
ontdekte motorische afasie, moeite produceren taal. gebied van Broca
had patiënt Tan
Wernicke
Ontdekte sensorische afasie, moeite met inhoud van taal. gebied van Wernicke
conductie afasie
de verbinding tussen begrip en productie taal.
voorspeld door wernicke
Fritz & Hitzig
ondtdekte de motor strip (specifieke actie als je daar hersenen stimuleert) door hersenen van dieren met een elektrisch stroompje te activeren.
Ferrier
ontdekte sensorische shors, auditieve schors en dat mensen visuele informatie achter in de hersenen verwerken.
zo ontdekte mensen dat er wel aprake was van lokalisatie in de hersenen
Franz & Lashley
pasten ablatie toe bij ratten in doolhof en vonden dat het niet uitmaakte waar je hersenen kapot maakten voor het geheugen van de ratten, maar hoeveel. conclusie = alle hersendelen hebben een gelijke rol in het creeëren van herineringen (equipotentialiteit) law of mass action (ablatie), redundancy hypothesis (plekken).
Penfield
ontdekte interpretieve cortex. specifieke geheugenfuncties, tomografie (röntgefoto/sneden)
cognitieve