Hoofdstuk 2: Diagnostische modellen Flashcards

1
Q

Waarom bestaan er diagnostische modellen?

A

-Statistische modellen of rationele beslissingsmodellen geen goede weergave van diagnostisch redeneren
-Diagnostici gebruiken heuristieken: noodzakelijk bij onvolledige, onzekere info, maar risico’s voor vertekening

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welke heuristieken bestaan er binnen diagnostiek?

A

-Representativiteit
-Beschikbaarheid
-Verankering en aanpassing
-Positieve teststrategie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is prepresentativiteit?

A

-Behoort iemand tot bepaalde categorie, in hoeverre lijkt persoon op categorie
-Via patroonherkenning tot antwoord komen
-Risico’s
-Ervaringsniveau maakt niet uit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat zijn de risico’s van representativiteit?

A

-Illusoire correlaties: voort op eigen ervaringen en verwachtte overeenkomsten
-Meenemen irrelevante info en onvoldoende meenemen correcte info
-Oordeel obv gelijkenis symptoom en diagnose, geen rekening met prevalentie
-Missen of verkeerd diagnosticeren van atypische gevallen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is beschikbaarheid?

A

-Kans dat iets geval is, gemakkelijkheid ophalen uit geheugen, snelheid van eraan te kunnen denken
-Beïnvloed door bekendheid en opvallendheid/levendigheid gebeurtenis
-Beïnvloed door recency effect: recente gebeurtenissen sneller herinnerd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is verankering en aanpassing?

A

Anker-effect: initiële aarde (anker) disproportioneel grote invloed op uiteindelijke diagnose of eindoordeel ten koste van mogelijk relevantere info die pas later beschikbaar wordt
-Referentie als anker: patiënt gezonder inschatten wanneer werken met ernstige klachten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is een positieve teststrategie?

A

-Confirmatieve strategie en confirmation bias: zoeken naar info die hypothese bevestigt, negeren van info die deze ontkracht
-Vooral bij verzamelen nieuwe info

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Hoe kan de clinicus het beter doen?

A

-Voorlichting: creëer bewustzijn van mogelijke vertekeningen oordeel
-Consider the opposite: wat pleit tegen
-Alternatieve hypothesen bedenken
-Expliciteren: uitleggen, onderbouwen en verantwoorden werkt als corrector
-Beschikbaar maken recente wetenschappelijke inzichten door bijhouden literatuur
-Gebruik diagnostische modellen: diagnostisch proces systematisch en transparant maken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat zijn de stappen in de algemene empirische cyclus?

A

-Observatie
-Inductie
-Deductie
-Toetsing
-Evaluatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Waaruit bestaat observatie?

A

-1e stap empirische cyclus
-Info verzamelen
-Belang goede gespreks- en observatievaardigheden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Waaruit bestaat inductie?

A

-2e stap empirische cyclus
-Hypothesen en alternatieve hypothesen formuleren
-Belang goede theoretische bagage

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Waaruit bestaat deductie?

A

-3e stap empirische cyclus
-Kiezen toetsingsstrategie: welke instrumenten en informanten
-Kiezen toetsingscriteria: wanneer aanvaarden vs verwerpen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Waaruit bestaat toetsing?

A

-4e stap empirische cyclus
-Uitvoeren diagnostisch onderzoek
-Belang gestandaardiseerde instructies, goede gespreks- en observatievaardigheden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Waaruit bestaat evaluatie?

A

-5e en laatste stap empirische cyclus
-Integreren info
-Kijken of hypothese bevestigd of weerlegd
-Conclusies communiceren aan cliëntensysteem

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Uit welke stappen bestaat handelingsgerichte diagnostiek (HGD)?

A

-Intakefase (~observatie)
-Strategiefase (~inductie)
-Onderzoeksfase 1 (~deductie)
-Onderzoeksfase 2 (~toetsing)
-Integratie- en indicatiestelling adviesfase (~evaluatie)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Waaruit bestaat de intakefase?

A

-1e stap HGD
-Samenwerking starten
-Afstemming bereiken
-Oog voor positieve kenmerken
-Betrekken context

17
Q

Waaruit bestaat de strategiefase?

A

-2e stap HGD
-Hypothese ook cliëntgericht
-Hypothesen relevant voor advisering/doel

18
Q

Waaruit bestaat de onderzoeksfase 1?

A

-3e stap HGD
-Waarde voor advisering
-Informeren betrokkenen

19
Q

Waaruit bestaat de onderzoeksfase 2?

A

-3e stap HGD
-Anderen betrekken bij verzameling
-Diagnosticus blijft eindverantwoordelijke

20
Q

Waaruit bestaat de integratie- en indicatiestelling en adviesfase?

A

-4e en laatste stap HGD
-Kijken naar wat wenselijk en haalbaar is, gezien indicaties en contra-indicaties