hfdstk 2 H Flashcards
1
Q
de woorden niet en geen bestaan niet in het frans. welke 2 woorden gebruiken hun?
A
ne….pas ne staat voor de pv en pas direct erna.
Je NE comprands PAS. ik begrijp het NIET.
2
Q
wat gebeurd er met NE als er een klinker of stomme h voorstaat?
A
het verandert in N’.
3
Q
Je ….. aime pas la glace. en Je … habites pas à paris. welke vorm van ne moet er op de puntjes.
A
Bij de eerste n’ want na NE komt een klinker.
en bij de tweede zin. ook n’ want het is een stomme h.
4
Q
wat is de ontkenning van c’est?
A
het is ce n’est pas.
Ce n’est pas bon. Het is NIET lekker.
