Hepatitis Flashcards
1
Q
Verhoogd geconjugeerd bili
- O/
- S/
A
- Komt vrij uit hepatocyten
- Donkere urine → verhoogd urubilinogeen in urine
2
Q
Welke hepatitis is DNA type
A
B
3
Q
Welke hepatitis heeft een andere soort nodig om te overleven
A
D
B nodig om te overleden
4
Q
Welke hepatitis vaccinaties mogelijk
A
A en B
5
Q
EBV
- DNA/RNA?
- Toegenomen risico op
- Behandeling
A
Epstein-Barr virus
- DNA-herpesvirus
- Nasopharyngeale maligniteit of Non-Hodgkin lymfoom
- Geen behandeling
6
Q
CMV
- DNA/RNA?
- S/
- Kan gecompliceerd worden door
- B/
A
Cytomegalovirus
- DNA-herpesvirus
- Meestal asymp
- Hepatitis of GBS
- Antivirale behandeling
7
Q
anti-HBs
A
Titer, na vaccinatie
8
Q
anti-HBc
A
Ooit doorgemaakt
9
Q
anti-HBe
A
Tegen actieve ziekte, doorgemaakt
10
Q
HBsAg
A
Acute actieve infectie
Kort rondcirculerend na vaccin
11
Q
HBcAg
A
Actieve infectie
12
Q
HBeAg
A
Bij hoge viral load, iemand is nu besmettelijk