HC.1 - Casuspresentatie: paar met kinderwens Flashcards

1
Q

voor hoeveel % zijn het aantal follikels afgenomen rond het 40e levensjaar en door wat neemt het af

A

99%
- apoptose

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hoe verloopt de vruchtbaarheid van een vrouw?

A
  • Bij geboorte 2-7 miljoen follikels
  • Bij puberteit nog 400.000
  • 400 tot 500 ovulaties tijdens vruchtbare periode
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Hoe verloopt de ontwikkeling van een follikel?

A
  1. Primordiale follikel
  2. Primaire follikel: meerlagige kubische granulosa cellen (selectie & dominantie)
  3. Secundaire/Antrale follikel: antrum met vocht
  4. Tertiaire follikel/Graafse follikel: lutanisatie granulosacellen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

in hoeverre is follikelgroei afhankelijk van fsh?

A

follikel groeit al veel onafhankelijk van FSH. in laatste 10 dagen van follikelgroei spelen hormonen, fsh, een belangrijke rol

vanaf secundaire follikel fsh gevoelig, niet fsh afhankelijk. graafse follikel fsh afhankelijk. Onvoldoende fsh–> follikels worden atretisch

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

wat is follikel window concept?

A

de periode waarbinnen 1 follikel verder uitrijpt en de andere follikels worden geremd door een dalende FSH waarde

hoe groter het window, hoe meer eicellen de kans krijgen om uit te groeien.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wat is anamnese bij de vrouw met onvervulde kinderwens?

A

– primair of secundair !
- duur!
- leeftijd!
- cyclus
- SOA’s, systemische ziekten
- (buik)operaties
- coitus, expositie, kennis fertiele periode
- intoxicaties/ omgevingsfactoren
- anticonceptiegebruik
- familie anamnese

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

wat is anamnese man met onvervulde kinderwens?

A
  • primair of secundair
  • leeftijd
  • coitus/ ejaculatie
  • soa/ infectie
  • trauma/ operaties
  • intoxicaties
  • beroep -> straling
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

hoe gaat LO bij een vrouw die komt met ongewenste kinderloosheid?

A
  • gewicht, lengte, BMI
  • habitus (algemene lichaamsbouw) (tannerstadium)
  • beharingspatroon
  • genitalia externa
  • speculum (eendenbek) en Vaginaal toucher
  • echoscopie -> wordt met een transducer naar de cervix, uterus en de ovaria gekeken.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

welk aanvullend onderzoek kan je doen bij een paar met een (sub)fertiliteit?

A
  • semenanalyse
  • mid-luteaal progesteron
  • chlamydia antistof titer in serum (CAT)
  • post-coïtum test
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

wat is luteale fase van de cyclus?

A

de tweede fase van de cyclus waarin corpus luteum progesteron produceert

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

hoe kan je menstruele cyclus monitoren?

A

LH detectie in urine

echo monitoring follikelgroei/ ovulatie

progesteron in luteale fase

(temperatuurstijging oiv progesteron)

endometrium beoordeling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

wat is hysterosalpinografie (HSG)?

A

rontgenonderzoek met contrast om de eileiders te bekijken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

zeg iets over ovulatietesten

A

ovulatietesten hebben een hoge sensitiviteit: als de ovulatie heeft plaatsgevonden, dan is de test meestal positief. maar het heeft een lage specificiteit: als de test negatief is is er vaak toch wel een ovulatie geweest.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

wat is de indicatie voor een laparoscopie met tubatesten (LI & TT)?

A

positieve CAT of PID (=pelvic inflammatory disease) in anamnese

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

wat is een tubatest?

A

blauwe kleurstof loopt door de tuba om de doorgankelijkheid van de eileiders te testen. als een eileider afgesloten is zal de blauwe kleurstof zich voor de occlusie ophopen. dit doet men in de folliculaire fase.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

wat is mogelijke schade die kan ontstaan bij de laparascopie/ tubatest?

A

afsluiting/ verlittekening
periovariele/ peritubaire adhesies
intraluminale functiestoornis

17
Q

wat is extra uteriene graviditeit (EUG)? wat zijn risicofactoren

A

buitenbaarmoederlijke zwangerschap

salpingitis (ontsteking eileiders), pelvic inflammatory disease, iatrogeen

18
Q

waarom wordt een tubatest niet in de luteale fase gedaan

A

dan kan de vrouw al zwanger zijn en zou het bevruchte eitje uit de baarmoeder kunnen worden weggespoeld

19
Q

wat is te zien bij een laparoscopie

A
  • ovaria
  • tuba
  • uterina
  • rectum
  • cavum douglas, ookwel excavatio recto-vaginalle -> in deze holte komt het geovuleerde eitje
20
Q

wat is risico op subfertiliteit na chlamydia infectie?

A

10-15%

21
Q

wat is er vervelend aan hysterosalpinografie

A

er treedt prikkeling van het buikvlies op

22
Q

wat is risico op subfertiliteit na chlamydia infectie?

A

10-15%

23
Q

waar is orienterend fertiliteits onderzoek primair op gericht?

A

aanwezige ovulatie, spermakwaliteit, evt tubapathologie

24
Q

wanneer geen verder onderzoek van de man?

A

bij normospermie

25
Q

Wat komt er vrij bij de ovulatie?

A
  • Eicel met corona radiata
  • Corpus luteum: grote geluteiniseerde granulosa cellen en ronde geluteiniseerde theca cellen door LH piek (later corpus albicans)
26
Q

Wat gebeurt er met niet volledig uitrijpende follikels?

A

Worden atretisch
- Loslaten theca interna
- Pyknotische kernen en granulosa cellen
- Fibroblasten
- Verbindweefseling

27
Q

Uit welke lagen bestaat het ovarium?

A

Buitenste laag mesotheel met daaronder tunica albuginea

28
Q

Uit welke lagen bestaat de uterus?

A
  • Mesotheel
  • Serosa
  • Myometrium: longitudinaal, circulair en opnieuw longitudinale gladde spiervezels
  • Endometrium
29
Q

Uit welke onderdelen bestaat de cervix?

A
  • Endocervix: tubuleuze klieren en hoog cilindrisch epitheel
  • Ectocervix: meerlagig plaveiselepitheel
30
Q

Waar let je op bij semenanalyse?

A

Volume > 1,5 ml
Concentratie > 15 miljoen / ml
Aantal > 39 miljoen / ml
Motiliteit > 40% bewegelijk
Vitaliteit > 58%
Morfologie > 4% normaal
PH > 7,1

31
Q

waar kan CAT (chlamydia antistof titer) in serum een indicatie voor zijn

A

voor schade aan de tuba

32
Q

in hoeveel % van de gevallen treedt een subklinische infectie op (weinig/geen symptomen)

A

70-80%

33
Q

waar kunnen afwijkingen optreden bij een chlamydia infectie

A

bij de toegang (afsluiting), de ovum pick-up (periovariële/peritubulaire adhesie) en bij transport (intraluminale functiestoornis).

34
Q

wat zegt een hogere titerwaarde bij chlamydia

A

meer tubaschade

35
Q
A