H13: Lichamelijke beperkingen Flashcards
Soorten lichamelijke beperkingen:
Motorische handicaps
Zintuiglijke handicaps
Fysieke handicaps
Motorische beperking:
Een dwarslesie
Reumatische aandoening
De ziekte van parkinson
Zintuiglijke handicap:
Doven of slechthorenden
Blinden of slechtziende
Fysieke handicap:
Dwerg groei
Ontbrekende of geamputeerde ledematen
Vergroeiingen
Niet aangeboren lichamelijke beperking:
Bijvoorbeeld een ongeval.
Oorzaken van beperkingen:
- erfelijke factoren
- medicijnen, drugs en alcoholgebruik door de moeder tijdens de zwangerschap.
- vitamine tekort tijdens zwangerschap
Trauma’s:
Trauma’s:
Een trauma is een verwonding is om standaard bijvoorbeeld een ongeluk. Een kind dat van de commode valt, een hand of voet tussen een wiel of ketting krijgt, door een val een oog verliest of ernstige brandwonden oploopt door een ongelukkig geplaatste theepot of hete frituurpan.
Social isoloment:
Psychische compoment:
Social isoloment: Een kind dat beperkt is kan soms in beperkte mate ook deelnemen aan het normale sociale leven van kinderen, zoals buiten spelen, sporten, uitgaan.
Psychische compoment: ten slotte kan de beperking ook veel psychische problemen zorgen. Denk bijvoorbeeld aan depressie gedachten en gevoelens, somberheid of extreme angst.
Het begeleiden en ondersteunen van deze kinderen moet dan ook gericht zijn op:
Het accepteren van de beperking als een normaal gegeven
Het creëren van de omgeving waarbinnen het kind goed kan functioneren en het gevoel heeft zelfredzaam te zijn.
De ruimte:
Voor elk kind met de beperking moet specifiek gekeken worden welke aanpassingen gedaan moeten worden In de ruimte bijvoorbeeld:
Rolstoelvriendelijk.
Aangepaste meubels zodat een kind in een goede houding kan zitten.
Aangepaste inrichting zodat het kind met een lichamelijke beperking niet te veel obstakels op zijn pad vindt.
Aangepast licht wanneer het kind de visuele beperkingen heeft.
Let op akoestiek bij een kind dat slechthorend is.
Aangepaste materialen.
Janneke (11 jaar) heeft anderhalf jaar geleden een ongeluk gehad tijdens het paardrijden. Door de val is zij verlamd geraakt waardoor haar spieren niet goed meer werken. Zij zit in een rolstoel. Leg zo volledig mogelijk uit wat voor soort lichamelijke beperking Janneke heeft.
Motorische beperking omdat haar beperking invloed heeft op motorisch vlak