H11 Online journalistiek Flashcards

1
Q

netwerkjournalistiek vier aspecten

A
  1. Interactiviteit: het is mogelijk in te spelen op de individuele wensen en voorkeren van de
    zelfbedienende gebruiker.
  2. Multimedialiteit: het nieuwsverhaal bestaat uit tekst, beeld en geluid, een combi van deze elementen.
  3. Hypertextualiteit: het is mogelijk de informatie in lagen aan te bieden, te layeren, of te linken aan
    andere bronnen. Zo kan consument zijn behoefte aan verdieping of verbreding bevredigen.
  4. (A)synchronitiet: consument kan informatie tot zich nemen op door hemzelf te bepalen tijdstippen, de
    journalistieke kernbegrippen: tijd, periodiciteit en actualiteit zijn minder belangrijk.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Werkomgeving van journalisten verandert ook door netwerkjournalistiek:

A

op meer werkplekken actief zijn en vaker individueel opereren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Transparante journalistiek:

A

journalisten kunnen hun publiek meer inzage geven in hun bronnen en documenten, zo kan publiek kennis nemen van het journalistieke proces en het ruwe materiaal.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Online accountability: nieuwe praktijken op het terrein van online verantwoording

A
  • Sidebar: is plek voor uitleg, reflectie en verantwoording
    􏰁 - Chatsessies van redactieleden met publiek: middel voor uitleg, reflectie en verantwoording
    􏰁- Onafhankelijke bloggers: die volgen het dagelijks doen van de journalistiek kritisch en
    voorzien van commentaar.
    􏰁- Gebruikers hebben gelegenheid om hun zegje te doen over journalistieke producten.

Sommige website zetten super users in: zij monitoren online comments en filteren ze voordat ze online worden gezet.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

morele kwesties bij online journalistiek

A
  • onmiddellijkheid
  • redactioneel vs commercieel
  • hypertextualiteit
  • interactiviteit
  • community publishing
  • privacy
  • plagiaat/ gebruiken van andermans producten
  • webblogs
  • social media
  • burgerjournalistiek
  • digitaal archief
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

onmiddellijkheid

A

Onmiddellijkheid: Dit is een serieuze ethische kwestie met betrekking tot online journalistiek: het gevaar
van te snel publiceren.
􏰁 - kan ten koste gaan van fair, nauwgezet en onbevooroordeeld werken.
􏰁 - permanente deadline heeft tot gevolg dat er geen tijd is voor overleg, double check of reflectie
-􏰁 er is primeurjacht: er is vrees dat snelheid van internetnieuws zal leiden tot stroomversnelling
in alle nieuwsmedia􏰀journalisten zouden zich gedwongen voelen om berichten die nog niet
helemaal nagetrokken zijn, al te publiceren uit angst dat iemand ze al online gaat zetten.
􏰁- paradox van tijd en ruimte: enerzijds is er onbeperktheid van ruimte, biedt journalisten
gelegenheid achtergronden en context te verstrekken, anderzijds gebeurt dit in een medium dat zich beweegt met snelheid van het licht.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Redactioneel vs commercieel:

A
  • Vervagende scheidslijn tussen redactionele en commerciële informatie. Veel sites bevatten
    sponsored content: pagina die wordt gesponserd.
    -􏰁 Redactiestatuut: hierin is van de klassieke journalistiek de journalistieke onafhankelijkheid
    vastgelegd: verantwoordelijkheid voor het redactionele gedeelte van krant berust bij redactie en redactie en commercie zijn duidelijk van elkaar gescheiden􏰀In online journalistiek is dit niet het geval
    -􏰁 Transaction journalism = de grensvervaging tussen redactionele en commerciële belangen (bij online journalistiek)
    -􏰁 E-commerce: nieuwssite heeft hechtere banden met bedrijfsleven dan de gedrukte krant.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Hypertextualiteit

A

In hoeverre is de redactie verantwoordelijk voor de zoektocht van de bezoeker? Maakt het uit dat links voeren naar misleidende, aanstootgevende of verderfelijke content?
-􏰁 Leidraad van de Raad zegt: Journalist mag hyperlinks naar vertrouwelijke rapporten alleen publiceren wanneer de publicatie ervan voldoende nieuwswaarde heeft, een algemeen belang dient en geen onevenredig groot gevaar voor personen oplevert. Wanneer een journalist door middel van hyperlink verwijst naar info van derden, is hij niet zonder meer verantwoordelijk voor de inhoud van de onderliggende informatie. Wel dient hij steeds een afweging te maken of het belang dat met het plaatsen van een hyperlink in de publicatie is gediend, zwaarder weegt dan de belangen die hierdoor mogelijk worden geschaad.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

interactiviteit

A

􏰁 Leidraad van de Nederlandse Raad voor Journalistiek: Redactie heeft een verantwoordelijkheid
voor de reacties van derden die onder artikelen op haar website verschijnen, maar gelet op de aard van het internet kan van de redactie verwacht worden dat zij al deze reacties vooraf controleert. Wel kan redactie besluiten eenmaal geplaatste reacties te verwijderen. Als reactie op een artikelen op de website een ernstige beschuldiging of een diffamerende uitlating jegens een of meer herkenbare personen bevat, dient redactie op verzoek van betrokkenen te onderzoeken of voor de beschuldiging een feitelijke grond bestaat en indien dit niet geval is de reactie te verwijderen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

community publishing

A

iedereen kan lokale informatie publiceren op een nieuwssite en die informatie geregeld actualiseren en van context voorzien.
o Wie draagt verantwoordelijkheid voor juistheid van info? Moet informatie die van buitenaf op website wordt geplaatst, eerst gecheckt worden?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

privacy

A

o Op internet zijn site beschikbaar waar informatie van gewone burgers worden verzameld en
geordend, tegen betaling kan iedereen zo‟n dossier kopen. Is het geoorloofd dat journalisten deze
methode gebruiken om hun informatie te vinden?
o Ook met nieuwe manieren van nieuwsgaring kunnen burgers voortdurend in de gaten gehouden
worden.
-􏰂 Nieuwere en geavanceerde elektronische methoden zijn er om iemands zoekgedrag te
volgen–> 􏰀 cookies.
o Code voor de Journalistiek van Nederlandse Genootschap van Hoofdredacteuren: Mensen
publiceren zelf gegevens en beeldmateriaal dat voorheen strikt privé was. Tussen het particuliere en openbare domein is er een collectief domein komen te bestaan. Journalisten mogen ervan uitgaan dat informatie die door betrokkene zelf is gepubliceerd bruikbaar is.
o Raad voor de Journalistiek is strenger: Dat gegevens en beeldmateriaal zonder veel moeite te bemachtigen zijn, geeft de media nog geen vrijbrief om ze te gebruiken voor een ander doel dan waarvoor ze op een site zijn gezet. Daarnaast gaat het hier niet om bekende Nederlanders en dus moet de pers “terughoudendheid betrachten bij het ongevraagd en zonder toestemming

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

plagiaat/ gebruiken van andermans producten

A

Wanneer is sprake van plagiaat? Kwestie van het correct gebruiken van materiaal in de zin van copyright en ook in de zin van het uit oorspronkelijke context halen van materiaal.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

webblogs

A

Zijn bloggers meteen journalisten? In België: bloggers die informatie verspreiden voor publiek
moeten beschouwd worden als journalist.
o Mate van betrouwbaarheid: dit is moeilijk in te schatten want iedereen kan op eigen wijze reageren onder zijn naam. Transparantie en afleggen van verantwoording over gemaakte keuze zijn stappen naar vertrouwensband tussen blogger en publiek.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Drie manieren om betrouwnaarheid van berichten te garanderen:

A

􏰂 - Intersubjectieve toetsing: gebruikers controleren elkaar en onjuistheden worden door de
ander gecorrigeerd. Dan komt de waarheid toch wel bovendrijven
􏰂 - Redactioneel team van professionele journalisten: zij kunnen betrouwbaarheid testen
door “fast checking” en door “hoor en wederhoor” toe te passen.
􏰂- Waarderingssysteem te creëren: gebruikers kunnen punten toekennen aan berichten,
bericht met hoogste score krijgt meest prominente plek op site.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Zes algemene regels van Rebecca Blood voor bloggers:

A

􏰂- Publiceer alleen iets als feit wanneer je zeker weet dat waar is, zo niet, dan moet je vermelden dan het vermoedens zijn
􏰂 - Wanneer materiaal waaraan je refereert online beschikbaar is moet je link in je bericht opnemen
􏰂- Onjuistheid moet publiekelijk worden rechtgezet.
-􏰂 Schrijf elke post alsof ze niet veranderd kan worden, voeg alleen dingen toe maar
herschrijf of wis niks. Dat kan verwarring opleveren.
-􏰂 Wees duidelijk over elk belangenconflict, duidelijk zijn commerciële of politieke belangen.
-􏰂 Als sprake is van bevooroordeelde bronnen moet je dat melden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Bloggers Code of Ethics: bevat ethische regels: hoofdlijnen

A

􏰂- Wees eerlijk en fair

􏰂- Stel je verantwoordelijk op

17
Q

burgerjournalistiek

A

bloggers en twitteraars die zich beschouwen als burgerjournalisten die beter dan de traditionele journalistiek in staat zijn om de samenleving veelzijdig te informeren.

18
Q

digitaal archief

A

o Leidraad van de Raad voor de Journalistiek: Internet met de hieraan gekoppelde zoekmachines
heeft de toegankelijkheid van archiefbestanden sterk vergroot, het publieke belang van zo volledig mogelijke, betrouwbare archieven waarvan de inhoud niet kan worden gewijzigd, weegt in beginsel zwaarder dan belang dat personen kunnen hebben bij verwijderen of anonimiseren van gearchiveerde artikelen met een voor hen onwelgevallige inhoud. Slecht in bijzondere gevallen kan dit maatschappelijke belangrijke principe wijken voor privé belang.

19
Q

zelfregulering in de journalistiek is al moeilijk

A

omdat journalistiek niet een afgebakende beroepsgroep is, die wil dit ook niet zijn
–>􏰀omdat de vrijheid van meningsuiting met zich mee brengt dat journalistiek geen gesloten beroepsgroep kan zijn en dat overtreding van gedragsregels moeilijk te sanctioneren is.
􏰀–>Dit geldt allemaal sterker voor de online journalistiek, hier kan iedereen zender als ontvanger zijn en is het niet duidelijk of het om een journalistieke site gaat.

20
Q

Afzonderlijke code voor de online journalistiek niet wenselijk vanwege principiële en praktische redenen:

A

-􏰁 Principiële redenen: er zijn geen specifieke morele problemen.
-􏰁 Praktische redenen: er zijn geen essentiële verschillen in de praktijken ban online journalisten en hun
klassieke vakgenoten.
–> Veel journalisten werken bovendien crossmediaal. 􏰀 veel verstandiger om bestaande codes periodiek te updaten.

21
Q

onlinejournalistiek: een schets van het werkterrein

A

De komst van internet zorgt voor meer differentiatie in de journalistiek. Het biedt meer mogelijkheden aan de ‘instrumentele journalistiek’, die zich bezighoudt met specialistische terreinen. De ‘klassieke’ journalistiek zal steeds meer een regiefunctie krijgen. Door de vele mogelijkheden ontstaat er meer keuzevrijheid. ‘Netwerkjournalistiek’ onderscheidt zich op vier aspecten: (1) hypertextualiteit; (2) multimedialiteit; (3) interactiviteit; (4) (a)synchroniteit. Het monopolie van de journalistiek op het vergaren van informatie neemt af. Juist door al deze nieuwe ontwikkelingen is er behoefte aan ethiek binnen de beroepsgroep. Evers meent dat hiervoor gekeken kan worden naar voorbeelden uit bedrijfsethiek.

22
Q

ethiek en onlinejournalistiek

A

De vraag is in hoeverre de bestaande ethiek en gedragsregels ook kunnen gelden voor onlinejournalistiek. Internet kent veel minder strikte normen, toch moeten ook daar een beroepsethiek op worden gevonden. Iedere nieuwe vorm van communicatie kent morele implicaties.

23
Q

onmiddellijkheid

A

Internet kenmerkt zich door de snelheid waarmee nieuws gebracht kan worden. Zorgvuldigheid is hierbij meestal niet van groot belang. Daarom is nieuws op internet veel minder betrouwbaar. In hoeverre moeten nieuwssites berichten rectificeren, fouten toegeven, etc.?

24
Q

redactionele versus commerciele informatie

A

Op internet is het verschil tussen journalistieke en commerciële informatie aan het vervagen. Websites hebben ‘sponsored contents’. De onafhankelijkheid van de journalistiek is daarmee op internet minder gewaarborgd. Dit wordt ook wel ‘transaction journalism’ genoemd (Lasica). Dit blijkt ook uit het feit dat nieuwssites op internet nauwere banden hebben met de commerciële wereld dan kranten. Dit wordt gestimuleerd door E-commerce.

25
Q

hypertextualiteit

A

De inhoud van de contents op internet kunnen ook leiden tot discussie: in hoeverre is de maker verantwoordelijkheid voor links op zijn website? Belangrijk hierbij is natuurlijk dat de internetgebruiker zelf de keuze maakt om een bepaalde link aan te klikken. Links kunnen ook positief zijn: de bronnen van de journalist worden daarmee vaak ook duidelijk.

26
Q

interactiviteit

A

Op internet kunnen lezers eenvoudig anoniem reageren op berichten en op elkaar. De vraag is of al deze reacties zondermeer geplaatst moeten worden, of dient er een selectie plaats te vinden? Sommige discussie zijn min of meer besloten, omdat je ervoor moet inloggen. Maar is er dan sprake van een private place in plaats van een public place?

27
Q

community publishing

A

Lokale nieuwsgaring op websites komt veel voor, maar kan door iedereen worden uitgevoerd. Deze informatie wordt zelden of nooit gecontroleerd. In hoeverre kan dit zomaar gebeuren?

28
Q

privacy

A

De acties van personen op internet worden allemaal vastgelegd en vaak ook bewaard. Dit kan leiden tot het aanleggen van dossiers. Het zoekgedrag kan worden nagegaan door middel van cookies. Moeten mensen hierover worden voorgelicht?

29
Q

gebruik van andermans producten

A

Plagiaat op internet kan gemakkelijk plaatsvinden en valt nauwelijks te controleren.

30
Q

positieve aspecten van onlinejournalistiek

A

Via internet kan veel meer inzicht en openheid worden gegeven over de bronnen en de achtergrondinformatie van de journalist. Dit leidt uiteindelijk tot een zeer transparante journalistiek.

31
Q

zelfregulering

A

Amerikaanse journalistieke organisatie hebben getracht als eerste een code of ethics te ontwikkelen voor internet. Deze richtlijnen gaan in op kwesties rond de betrouwbaarheid van de informatie en journalistieke integriteit. Daarnaast wordt ingegaan op het gebruik van hyperlinks. De Raad in Nederland heeft zich reeds enige keren uitgelaten over online journalistiek. Op basis van deze uitspraken kan gepleit worden voor redactiestatuten of internetsites en het vermelden/uitleggen van een klachtenprocedure. Er is inmiddels een voorbeeld ontwikkeld van een webredactiestatuut.

32
Q

webblog

A

Webloggers zijn in principe geen professionele journalisten, toch publiceren zij vaak nieuwsgerelateerde berichten. Op drie manieren kan de betrouwbaarheid van een bericht worden gegarandeerd: (1) intersubjectieve toetsing (voorbeeld: wikipedia); (2) toetsing door een redactioneel team; (3) publiek laten oordelen door bijvoorbeeld een puntensysteem. Verscheidene mensen, meestal Amerikanen, hebben geprobeerd voor het bloggen algemene ethische regels op te stellen. Eén is de Bloggers’Code of Ethics (Jonathan Dube).
Zie hfst 11; blz. 195; Bloggers’Code of Ethics; J. Dub

33
Q

citizen journalism

A

Bloggers kunnen worden beschouwd als burgerjournalisten; citizen journalistes. Zij vormen een luis in de pels naast de traditionele journalistiek en kunnen daarmee fungeren als kritische waakhonden. Daarnaast geven zij meestal vanuit andere, meer persoonlijke, oogpunten verslag van gebeurtenissen. Media zijn hierin geïnteresseerd geraakt en zoeken samenwerking met de ‘blogsfeer’. Rond burgerjournalistiek spelen opnieuw kwesties van geloofwaardigheid en betrouwbaarheid. Een oplossing kan liggen in het ontwikkelen van zelfregulering.