Functies van naamvallen Flashcards
gen waar iets mee vergeleken wordt
genitivus comporationis
Genitivus die een oorzaak aangeeft, bij een werkwoord van emotie
genitivus causae
Genitivus die afkomst aanduidt
Genitivus originis
Genitivus als iets ontelbaars bij een eenheid (bv. liter)
Genitivus partitivus
Genitivus van bezit
Genitivus possessivus
gen van leeftijd / hoeveelheid
gen quantitatis
gen van bepaalde eigenschap / houding / hoedanigheid
gen. qualitatis
gen van waarde / prijs
gen pretii
gen van plek waar mensen afgesplitst zijn geraakt
gen separativus
gen van de ruimte waardoor mensen reizen
gen spatii
gen bij naamwoorden die het subject aangeeft
gen subjectivus
gen bij naamwoorden die het object aangeeft
gen objectivus
gen die de tijd uitdrukt waarbinnen iets gebeurt
gen temporis
dat die agens bij een passieve zin uitdrukt
dat auctoris
dat die aangeeft dat diegene belang heeft bij de handeling
dat commodi
dat die aangeeft dat diegene geen belang heeft bij de handeling
dat incommodi
dat die aangeeft dat de betrokken luisteraar relevant is voor het voortgaan van het gesprek
dat ethicus
dat die aangeeft dat diegene / dat ding een begeleidende was bij de militaire actie
dat sociativus
dat die een oorzaak of rede omschrijft
dat causae
dat die gereedschap bij de actie aanduidt
dat instrumentalis
dat die bij comparativi mate van verschil uitdrukt
dat mensurae
dat van omstandigheden waaronder iets gebeurt
dat modi
dat die een exact tijdstip aangeeft
dat temporis
acc die een vertaalt wordt met ‘wat betreft’
acc respectus / limitationis