Cerebrovasculair Accident (CVA) Flashcards

1
Q

Casus: vrouw van 40, thuis van Kermis, kan kind niet meer trap op brengen, praat anders, kan linkerzijde niet goed bewegen, kan niet zelfstandig naar toilet en de partner denkt dat ze dronken is. Aan welke zijde van de hersenen is er iets mis?

A

Rechterhelft

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Vervolg casus: volgende ochtend linkszijdig verlamd, paralyse linkerarm en -been en dysatrie, scheef gelaat links. Welke arterie is waarschijnlijk aangedaan?

A

media infarct (want arm > been)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Bij een sinus trombose ontstaat er hogere druk waardoor ischemie en evt een bloeding kan ontstaan. Bij welke risicogroep komt dit vaker voor?

A

Vrouwen die roken en aan de anticonceptie zitten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat zijn de verschillende typen CVA en wat zijn de kansen dat dit voorkomt?

A

Ischemie (infarct): 80%
Intracerebrale bloeding: 10%
Subarachnoïdale bloeding: 5%
Overig: 5%

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is de beste beeldvorming voor het vaststellen van een CVA?

A

CT heeft voorkeur voor MRI omdat het toegankelijker en sneller is. Hersenbloeding/infarct kan hierop gezien worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Welk infarct komt het meest voor?

A

media infarct

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Symptomatologie herseninfarcten: a. cerebri anterior… ->

A

parese en gevoelsstoornissen been

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Symptomatologie herseninfarcten: a. cerebri media… ->

A

hemiparese arm > been, gevoelsstoornissen en afasie (=taalstoornis)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Symptomatologie herseninfarcten: a. cerebri posterior … ->

A

(apraxia, inattentive, oriëntatie), gezichtsveld uitval

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Symptomatologie herseninfarcten: vertebrobasilaire stroomgebied:

A

dubbelbeelden, dysartrie, slikstoornissen, evenwichtstoornissen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Welke hemisfeer is dominanter als je rechtshandig bent?

A

Links

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is de behandeling van een CVA?

A

door bot wat te verhogen zodat de hersenen meer ruimte krijgen en dit kan terugzakken. Mortaliteit ging van 80  30%. Doen we alleen <65j omdat QoL wel beperkt wordt afhankelijk van de duur en mate van infarct

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat vaak wordt gedaan als behandeling voor een CVA is trombolyse. Wat houdt dit in?

A

stolsel wordt opgelost. Risico is dat door de ontstolling er een bloeding ontstaat. Je moet dus afwegen hoe lang er al klachten/ischemie is. 35% overleeft het niet. Aantal mensen dat met weinig klachten herstelt is door trombolyse van 26%  39% gegaan. Hoe jonger, hoe beter de hersenen kunnen herstellen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Hoeveel patiënten met een herseninfarct die op tijd in het ziekenhuis arriveren moeten met intraveneuze trombolyse behandeld worden om één van hen een goede uitkomst te geven, die niet zou zijn opgetreden zonder deze behandeling?

A

8

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Behandeling met intraveneuze trombolyse kan de kans op een goede uitkomst van een herseninfarct vergroten. Stel dat u 10 achtereenvolgende patiënten met een herseninfarct kunt behandelen met intraveneuze trombolyse. Hoeveel van deze 10 patiënten zullen naar verwachting uiteindelijk een goede uitkomst hebben?

A

4

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Door nieuwe techniek (sinds 2015), een type angiogram waarbij je direct stolsel kan verwijderen is de prognose enorm verbeterd!

A

Fijn 😊

17
Q

Hoe ziet de behandeling van een herseninfarct eruit?

A
  • Opname ‘stroke unit’
  • Medicamenteus
    o Clopidogrel
     Acetylsalicylzuur
     Dipyridamol
     Orale antistolling bij boezemfibrilleren
    o Statine
    o (antihypertensiva)
  • Revalidatie
18
Q

Wat zijn mogelijke oorzaken van een arterieel herseninfarct?

A
  • Embolie
    o Hart (jonger, door fibrilleren)
     Onderzoek door transoesophageale echografie
    o Carotis (ouder, door atherosclerose/stenose)
  • Hemodynamisch (grote bloeding of schade van carotis door trauma)
  • Dissectie (door trombus in de wand, wordt niet behandeld)
19
Q

Hoe wordt onderzoek van de a. carotis stenose gedaan?

A

met een echo duplex halsvaten

20
Q

Take home message

A

Beroerte van CVA is veel voorkomend, voor veel patienten nog slechte uitkomst, kan zich divers presenteren, er zijn diverse oorzaken en preventie is belangrijk, diverse mogelijkheden voor behandeling, bij jonge patienten moet je denken aan een cave cardiale oorzaak. Time = brain. Winst door betere herkenning en betere logistiek.