ADJ (106-134) Flashcards
1
Q
aan belasting onderhevig,
belastingschuldig,
fiscaal
belastingbetaler (sust); betalen, bezoldigen, honoreren (v)
A
tributario
contribuyente (sust); retribuir (v)
2
Q
driemaandelijks
A
trimestral
3
Q
thermisch, warmte-
A
térmico
4
Q
eenzijdig
unilateraal
A
unilateral
5
Q
geheel
unitair
A
unitario
6
Q
stedelijk,
stedenbouwkundig
urbanistiek
A
urbanístico
7
Q
vakantie-
A
vacacional
8
Q
Valenciaans
A
valenciano
9
Q
Venezolaans
A
venezolano
10
Q
dienstig,
positief,
voordelig
A
ventajoso
11
Q
haalbaar,
levensvatbaar,
uitvoerbaar
A
viable
12
Q
weg-
A
vial
13
Q
geldig
A
vigente
14
Q
bijkomend, supplementair, toegevoegd
A
adicional
15
Q
Brits, Engels
A
británico