ADJ (1-35) Flashcards
1
Q
schuldeiser
schuldeiser (sust); crediteren (v)
A
acreedor
acreedor (sust); acreditar (v)
2
Q
inkoop-, koop-
aankoop/aanwinst (sust)
A
adquisitivo
adquisición (sut)
3
Q
economisch,
spaarzaam,
zuinig
A
ahorrador
4
Q
afwisselend, alternatief
A
alternativo
5
Q
milieu-, omgevings-
niet: climático
A
ambiental
6
Q
tarief-, tarifair
tarief/invoerrecht (sust)
A
arancelario
arancel (sust)
7
Q
benaderbaar,
betaalbaar
A
asequible
8
Q
advies-,
adviserend
adviseur (sust); advies (sust)
niet: consejero
A
asesor
asesor (sust); asesoramiento (sust)
9
Q
Aziaat, Aziatisch
A
asiático
10
Q
Asturisch(e)
A
asturiano
11
Q
audiovisueel
A
audiovisual
12
Q
Australisch(e), Australiër
A
australiano
13
Q
Oostenrijker, Oostenrijkse
A
austriaco
14
Q
Barcelonees
A
barcelonés
15
Q
wederkerig
bilateraal
A
bilateral