Acute geneeskunde Flashcards

1
Q

Zijn acute situaties bij kinderen vaker cardiaal of respiratoir?

A

respiratoir

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Waardoor hebben kinderen een verhoogd risico op luchtwegobstructie t.o.v. volwassenen?

A

ze hebben een relatief grotere tong, wat een verhoogd risico op luchtwegobstructie geeft bij bewusteloosheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Waarom zijn kinderen gevoeliger voor bloedverlies?

A

Het circulerend bloedvolume bij kinderen bedraagt ongeveer 70-80 ml per kilogram lichaamsgewicht. Vanwege lage lichaamsgewicht, en dus laag circulerend bloedvolume, zijn kinderen gevoeliger voor bloedverlies

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Waarom hebben kinderen minder capaciteit om zich aan te passen bij lichamelijke stress of veranderingen in de fysiologie?

A
  • Kleinere lichaamsomvang
  • Snellere metabolisme
  • Beperkte compensatiemechanismen
  • Organen en systemen die nog in ontwikkeling zijn
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat kan communicatie met kinderen lastiger maken?

A
  • Non-verbale communicatie is bij kinderen belangrijk.
  • Kinderen kunnen zich vaak niet duidelijk uiten over bijvoorbeeld de pijn of hun angsten. Hierdoor kan je als hulpverlener belangrijke informatie missen.
  • Heteroanamnese bij ouders / verzorgers is erg belangrijk. De ouders van het kind kennen hun kind het best en daarom is hun input vaak erg waardevol.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Hoe verschilt de circulaire fysiologie van kinderen in vergelijking met volwassenen?

A
  • Verhoogd metabolisme en zuurstofgebruik: Kinderen hebben een hoger basaal metabolisme en zuurstofverbruik in verhouding tot hun lichaamsgewicht. Dit resulteert in een snellere ademhalingsfrequentie en hartfrequentie om aan de verhoogde metabole behoeften te voldoen.
  • Circulerend bloedvolume: Het circulerend bloedvolume bij kinderen bedraagt doorgaans ongeveer 70-80 ml per kilogram lichaamsgewicht. Een kind van 3,5 kg heeft dan ongeveer 260-280 ml bloed in de circulatie, wat in volume vergelijkbaar is met een klein blikje cola. Dit maakt kinderen gevoeliger voor bloedverlies.
  • Slagvolume en hartritme: Kinderen hebben doorgaans een kleiner slagvolume in vergelijking met volwassenen, maar ze hebben een hogere hartfrequentie. Het hartminuutvolume wordt in grote mate bepaald door de hartfrequentie, vooral bij zuigelingen. Naarmate kinderen ouder worden, neemt het slagvolume toe en vertraagt het hartritme. Bij zuigelingen is het vermogen van het hart om het slagvolume aan te passen beperkt. De compensatiemechanismen van een kind zijn daarom voornamelijk afhankelijk van veranderingen in hartfrequentie, maar deze kunnen slechts in beperkte mate toenemen.
  • Myocardfunctie: Vanaf ongeveer tweejarige leeftijd vertoont de myocardfunctie van een kind overeenkomsten met die van een volwassene, met een betere aanpassing van slagvolume en hartslag aan verschillende situaties.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hoe verschilt de anatomie van de luchtwegen van een kind in vergelijking met een volwassenen?

A
  • Kinderen hebben een relatief grotere tong, wat een verhoogd risico op luchtwegobstructie geeft bij bewusteloosheid.
  • Ook is bij kinderen de mondbodem zachter dan bij volwassenen. Dit betekent dat zelfs lichte druk, zoals bij een chin-lift, de tong naar de keel kan duwen en een luchtwegobstructie kan veroorzaken.
  • In het bijzonder hebben jonge kinderen een relatief groot achterhoofd en een relatief korte nek, wat in rugligging leidt tot een flexie van de nek, en hierdoor een vernauwing van de luchtwegen.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Waardoor kunnen kinderen die ziek zijn veel makkelijker een hypoglycaemie krijgen?

A

door kleinere glycogeen voorraden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is gemiddeld het gewicht bij een aterm geboren kind?

A

ca. 3,5 kg

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is gemiddeld het gewicht op de leeftijd van 6 maanden

A

2x geboortegewicht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is gemiddeld het gewicht op de leeftijd van 1 jaar?

A

3x geboortegewicht of ca. 10 kg

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Waarvoor staat WETFLAG?

A

Weight
Energy
Tube diameter
Fluids
Lorazepam/midazolam
Adrenaline IV
Glucose

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Hoe schat je het gewicht van een kind?

A

2,5 x leeftijd + 8

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Hoe schat je de hoeveelheid Joule waarmee een kind dient te worden gedefibrilleerd bij een kinderreanimatie?

A

4J/kg (rond naar boven passend bij een getal op de defibrillator)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Hoe schat je de tubemaat bij de intubatie van een kind (in intervallen van 0,5 mm, startend bij 2,5 mm)?

A

leeftijd/4 + 4 (vanaf 1 jaar, meestal worden er 2-3 tube maten klaar gelegd)

Let op! Onder de 1 jaar:
* tubemaat 2,5-3,0mm voor prematuren
* 3,0-3,5mm voor à terme neonaten
* 3,5mm: t/m 6 maanden
* 4,0mm 6-12 maanden Daarna geldt de formule.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Hoe bepaal je de hoeveelheid vloeistof die moet worden toegediend bij een kind?

A

10 ml/kg

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Hoe bepaal je de hoeveelheid benzodiazepine voor het couperen van een epileptisch insult?

A

0.1mg/kg

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Hoe bepaal je de hoeveelheid adrenaline die moet worden toegediend bij een kind in de reanimatie setting?

A

10 mcgr/kg ( 0.1ml/kg van de oplossing 1:10000)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Hoe bepaal je de hoeveelheid glucose bij behandeling van een hypoglycemie?

A

3ml/kg van 10% oplossing

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Wat zijn de normaalwaarden van hartfrequentie, ademfrequentie, bloeddruk en MAP op de leeftijd van 0-28 dagen?

A

hartfrequentie (/min): 104-162
ademfrequentie (/min): 31-60
systolisch/diastolisch: 60-80/30-53
MAP (mmHg): 40 of hoger

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Wat zijn de normaalwaarden van hartfrequentie, ademfrequentie, bloeddruk en MAP op de leeftijd van 1-3 maanden?

A

hartfrequentie (/min): 104-162
ademfrequentie (/min): 31-60
systolisch/diastolisch: 73-105/36-68
MAP (mmHg): 48 of hoger

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Wat zijn de normaalwaarden van hartfrequentie, ademfrequentie, bloeddruk en MAP op de leeftijd van 4-11 maanden?

A

hartfrequentie (/min): 109-159
ademfrequentie (/min): 29-53
systolisch/diastolisch: 82-105/46-68
MAP (mmHg): 58-80

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Wat zijn de normaalwaarden van hartfrequentie, ademfrequentie, bloeddruk en MAP op de leeftijd van 1-3 jaar?

A

hartfrequentie (/min): 89-139
ademfrequentie (/min): 25-39
systolisch/diastolisch: 85-109/37-67
MAP (mmHg): 53-81

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Wat zijn de normaalwaarden van hartfrequentie, ademfrequentie, bloeddruk en MAP op de leeftijd van 4-6 jaar?

A

hartfrequentie (/min): 71-128
ademfrequentie (/min): 17-31
systolisch/diastolisch: 91-114/50-74
MAP (mmHg): 63-87

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Q

Wat zijn de normaalwaarden van hartfrequentie, ademfrequentie, bloeddruk en MAP op de leeftijd van 6-11 jaar?

A

hartfrequentie (/min): 60-114
ademfrequentie (/min): 15-28
systolisch/diastolisch: 96-121 / 57-80
MAP (mmHg): 70-94

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
26
Q

Wat zijn de normaalwaarden van hartfrequentie, ademfrequentie, bloeddruk en MAP op de leeftijd vanaf 12 jaar?

A

hartfrequentie (/min): 50-104
ademfrequentie (/min): 12-25
systolisch/diastolisch: 105-136/62-87
MAP (mmHg): 76-103

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
27
Q

Wat is de referentiewaarde voor de temperatuur bij kinderen:
oraal
axillair
rectaal
temporaal

A

oraal: 35.5-37.5
axillair: 36.5-37.5
rectaal: 36.6-38.0
temporaal: 36.3-37.8

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
28
Q

Waar moet op worden gelet tijdens de Airway bij kinderen?

A

Look
* Bewustzijnsniveau – AVPU
* Aanwezigheid thoraxexcursies
* Mondinspectie
Listen
* Bijgeluiden
* Parten/huilen
* Hees of zacht stemgeluid
Feel
* Uitgeademde lucht

! Denk bij kinderen aan de mogelijkheid van een ingestie van een corpus alienum.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
29
Q

Waar moet op worden gelet tijdens de Breathing bij kinderen?

A

Look
* Bewustzijnsniveau
* Neusvleugelen
* Cyanose
* Gebruik hulpademhalingsspieren
* Intrekkingen
* Ademhalingsfrequentie
Listen
* Stridor
* Kreunen
* Auscultatie pulmones (VAG, afwezig/minder AG of bronchiaal ademgeruis)
Feel
* Diepte, symmetrie en regelmaat van de thoraxexcursies
Measure
* Saturatie

! Een stille thorax (waarbij je geen tot nauwelijks ademgeruis hoort binnenkomen) is een rode vlag waarbij je snel actie moet ondernemen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
30
Q

Waar moet op worden gelet tijdens de Circulation bij kinderen?

A

Look
* Bewustzijnsniveau
* Huidskleur en -aspect
* Capillaire refill time sternum
Listen
* Auscultatie hart (frequentie, ritme, luidheid tonen, souffles)
Feel
* Huid (centraal en perifeer)
* Pulsaties (frequentie, kracht, regelmaat, symmetrie)
Measure
* Bloeddruk
* Hartfrequentie

! Zorg ervoor dat je intraveneuze toegang verkrijgt. Mocht dit niet lukken, kan een botnaald geplaatst worden. Denk aan het afnemen van materiaal (bloed, beenmerg) als je er eenmaal toegang is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
31
Q

Wat zijn de insertieplekken van een botnaald?

A

a) proximale tibia, 1 cm distaal en mediaal van de patella;
b) distale tibia, 1 cm proximaal van de mediane malleolus;
c) humerus: plaats de hand van het kind op de buik en voel naar de tuberculum majus.
NB: is de insertieplek niet duidelijk te palperen. kies dan voor een alternatief.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
32
Q

Waar moet op worden gelet tijdens de Disabilities bij kinderen?

A

Look
* Bewustzijnscontrole middels de AVPU (toepassen in de acute setting!)
* Pupillen (PEARRL) (grootte, reactie op licht, isocorie)
Measure
* Glucose

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
33
Q

Wat gebeurt er met de systolische bloeddruk, hartfrequentie en ademhaling bij de trias van Cushing?

A

systolische bloeddruk: verhoogd
hartfrequentie: verlaagd
ademhaling: abnormaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
34
Q

Waar moet op worden gelet tijdens de Environment bij kinderen?

A

Temperatuur
* De temperatuur van een patiënt kan ons veel informatie geven over onderliggend ziektebeeld of bijvoorbeeld intoxicatie.
Koorts kan passen bij een infectie, maar ook bij langdurige convulsies of hevig rillen. Daarnaast kan het ook duiden op een ecstasy of cocaïne intoxicatie. Een ondertemperatuur kan passen bij intoxicatie met barbituraten of alcohol.
Huidinspectie
Houding
Geur
* DKA
Tekenen van intoxicaties
Hematomen

! Kinderen verliezen makkelijk warmte, met name jonge kinderen bij het hoofd. Afkoeling moet altijd worden voorkomen. Kinderen moet bij ondertemperatuur actief worden opgewarmd (warmte deken, warmtelamp of warme infusen).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
35
Q

Hoe wordt de luchtweg geopend bij een kind tot 1 jaar?

A
  1. Plaats één hand op het voorhoofd
  2. Houd het hoofd met het gezicht naar boven zonder het te bewegen.
  3. Plaats 1 of 2 vingertop(pen) van je andere hand onder de punt van de kin en til de kin omhoog totdat het hoofd in de neutrale positie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
36
Q

Hoe wordt de luchtweg geopend bij een kind ouder dan 1 jaar?

A
  1. Plaats één hand op het voorhoofd
  2. Houd het hoofd zo stil als mogelijk in een licht naar achter gekantelde positie.
  3. Plaats 1 of 2 vingertop(pen) van je andere hand onder de punt van de kin en til de kin omhoog totdat het hoofd in de sniffing position
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
37
Q

Hoe vinden beademingen plaats bij een kind tot 1 jaar?

A
  1. Zorg voor een open luchtweg (zie Open de luchtweg). Let op neutrale positie van het hoofd.
  2. Adem normaal in en plaats je lippen om de mond en de neus van het kind, zodat er geen lucht kan ontsnappen.
  3. Blaas gedurende 1 seconde rustig in de mond en/of de neus van het kind. Kijk daarbij uit je ooghoek of de borstkas van het kind omhoog komt, zoals bij een normale ademhaling.
  4. Haal je mond van het kind en kijk naar de borstkas of deze naar beneden gaat.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
38
Q

Hoe vinden beademingen plaats bij een kind ouder dan 1 jaar?

A
  1. Zorg voor een open luchtweg (Zie Open de luchtweg). Let op sniffing position.
  2. Knijp het zachte gedeelte van de neus dicht met je duim en wijsvinger van de hand die op het voorhoofd ligt.
  3. Open de mond een beetje en blijf de kin omhoog liften.
  4. Adem in, plaats je lippen sluitend om de mond van het kind, zodat er geen lucht kan ontsnappen.
  5. Blaas gedurende 1 seconde rustig in de mond. De borstkas moet nu omhoogkomen, zoals bij een normale ademhaling.
  6. Haal je mond van het kind en kijk naar de borstkas of deze naar beneden gaat.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
39
Q

Wat zijn de stappen bij borstcompressies bij een kind tot 1 jaar?

A
  1. Het is niet nodig de bovenkleding los te maken. Dit leidt tot tijdverlies.
  2. Omvat de borstkas met beide handen.
  3. Plaats de duimen op elkaar op de onderste helft van de borstkas.
  4. Laat de duimen naar boven wijzen.
  5. Druk de borstkas 1/3 van de diepte van de borstkas loodrecht in. Wees niet bang om druk uit te oefenen.
  6. Laat het borstbeen volledig terugveren, maar zorg dat je duim contact blijft houden met de borstkas.
  7. Geef borstcompressies in een tempo van 100-120 keer per minuut.
  8. Geef 15 borstcompressies. Voorkom directe druk op de ribben, het onderste punt van het borstbeen of de bovenbuik.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
40
Q

Wat zijn de stappen bij borstcompressies bij een kind ouder dan 1 jaar?

A
  1. Het is niet nodig de bovenkleding los te maken. Dit leidt tot tijdverlies.
  2. Plaats de hiel van 1 hand op de onderste helft van de borstkas.
  3. Houd je arm gestrekt.
  4. Druk de borstkas 1/3 van de diepte van de borstkas loodrecht in. Wees niet bang om druk uit te oefenen.
  5. Laat het borstbeen volledig terugveren, maar zorg dat je hand contact blijft houden met de borstkas.
  6. Geef borstcompressies in een tempo van 100-120 keer per minuut.
  7. Gebruik eventueel 2 handen als het niet lukt om de juiste diepte te bereiken. Plaats daarbij de hiel van de ene hand boven op de andere hand en haak je vingers in elkaar om voldoende druk uit te kunnen oefenen.
  8. Geef 15 borstcompressies. Voorkom directe druk op de ribben, het onderste punt van het borstbeen of de bovenbuik.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
41
Q

Start je een kinderreanimatie met compressies of beademingen?

A

geef altijd eerst 5 initiële beademingen (ook voordat je de AED aansluit)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
42
Q

Wanneer kan je er vanuit gaan dat de circulatie van een kind hersteld is na reanimatie en wat doe je dan?

A

als het kind:
* bij bewustzijn komt en;
* beweegt en;
* de ogen opent en;
* normaal ademt of huilt.
Alleen dan leg je het kind in de stabiele zijligging of op de zij. Maar blijf paraat om direct de reanimatie weer te starten. De elektroden laat je op het kind zitten.

43
Q

Wat is de definitie van astma?

A

Astma is een chronische ontstekingsziekte van de onderste luchtwegen. Bij astma zijn de luchtwegen overgevoelig voor bepaalde prikkels, wat ertoe leidt dat de luchtwegen zich van tijd tot tijd vernauwen. Acute astma is een plotselinge toename van de klachten die niet overgaan na het toedienen van medicijnen. Dit wordt ook wel een exacerbatie genoemd.

44
Q

Wat is een astma exacerbatie?

A

een plotselinge toename van de klachten die niet overgaan na het toedienen van medicijnen

45
Q

Wat is de prevalentie van astma bij Nederlandse kinderen?

A

5-10%

2-3 kinderen onder de 16 jaar sterven jaarlijks aan een astma-exacerbatie

46
Q

Wat zijn de symptomen van astma?

A

Klassieke symptomen van astma:
* Hoesten
* Expiratoir piepen
* Dyspnoe, variërend in ernst

47
Q

Wat zijn voorbeelden van een uitlokkende factor van een astma exacerbatie?

A
  • Virale infectie
  • Allergenen
  • Fysieke inspanning
  • Blootstelling aan rook
48
Q

Wat is een silent chest?

A

Wanneer de longen flink vernauwd zijn kan het zijn dat je bij auscultatie het piepen hierdoor niet kan horen, dit wordt dan pas duidelijker als de longen beter open staan

Dit is een ernstig teken van astma-exacerbatie

49
Q

Hoe wordt de ernst van een astma-exacerbatie ingeschat?

A

met de astmascore o.b.v. ademhalingsfrequentie, saturatie, auscultatie intrekkingen en dyspneu

5-7 = mild
8-11 = matig
12-15 = ernstig

score van 5-15

50
Q

Welke symptomen passen bij levensbedreigende astma?

A
  • verminderd bewustzijn/geagiteerd gedrag
  • stille thorax
  • zuurstofsaturatie < 88%
  • zichtbare cyanose
  • sterk verminderde ademarbeid, gasping
  • (dreigende) uitputting
51
Q

Welke symptomen passen bij ernstig astma?

A
  • te kortademig om te eten of te spreken
  • intrekkingen
  • gebruik van hulpademhalingsspieren
  • AH > 50/min (2-5 jaar) of > 30/min (>5 jaar)
  • polsfrequentie > 140/min
52
Q

Hoe worden astma-exacerbaties voorkomen?

A
  • medicatie (bijv. onderhoudssteroïden)
  • vermijden mogelijke triggers
53
Q

Beschrijf de behandeling van een astma-exacerbatie

A
  • begin indien nodig onmiddelijk met zuurstof
  • volg het step-up principe voor medicatie
  • leg een astmascore vast
54
Q

Beschrijf het step-up principe voor medicamenteuze behandeling van een astma-exacerbatie

A

1: salbutamol inhalatie
- indien sat </= 94%: geef zuurstof en vernevel met salbutamol, minimaal 2 maal ipratropiumbromide toevoegen
- indien sat >/= 95%: puffen met salbutamol, minimaal 2x ipratropiumbromide toevoegen

onvoldoende verbetering->
2: orale systemische steroïden
- kortdurend (3d) prednisolon (1 mg/kg in 2dd)
- onvoldoende spoedig herstel, langdurig behoefte zuurstof/luchtwegverwijding of verhoogd risico ernstig beloop: 5d
- 2e keus: dexamethason

onvoldoende verbetering ->
3: start intraveneuze behandeling
- start salbutamol iv 0.1-0.5microg/kg/min
- overweeg MgSO4 toe te voegen

55
Q

Is salbutamol IV een IC indicatie?

56
Q

Wat is een laryngitis subglottica?

A

Pseudokroep (laryngitis subglottica) is een acute aandoening die wordt gekenmerkt door blafhoest, heesheid en inspiratoire stridor, en die in de meeste gevallen wordt veroorzaakt door (vaak) een virale (of bacteriële) infectie.

57
Q

Wanneer is de piekincidentie van laryngitis subglottica?

A

rond de 2 jaar, maar het komt vooral voor bij kinderen tussen de 0,5 en 3 jaar.

58
Q

Wat is de meest voorkomende verwekker van een laryngitis subglottica?

A

para-influenzavirus type I, II of III (75%). Ook influenza virus A en B, respiratoir syncytieel virus (RSV), adenovirus en rhinovirus kunnen een laryngitis subglottica veroorzaken

59
Q

Wat is de pathofysiologie van laryngitis subglottica?

A

Het virus infecteert het slijmvlies van de luchtwegen, inclusief de larynx en subglottis. Het lichaam reageert op de virale infectie door een ontstekingsreactie te veroorzaken. Dit resulteert in zwelling van het slijmvlies van de larynx en de subglottische ruimte. Door de ontsteking en zwelling wordt de luchtweg vernauwd, waardoor ademhalingsproblemen ontstaan. Dit leidt tot specifieke symptomen zoals een zeehondenblafhoest, inspiratoire stridor, wisselende dyspnoe en heesheid. Als reactie op de ontsteking kan een toename van slijmproductie de vernauwing verder verergeren.

60
Q

Wat zijn de symptomen van een laryngitis subglottica?

A
  • (zeehonden) blafhoest
  • Inspiratoire stridor
  • Heesheid
  • Wisselende dyspnoe
  • Voorafgegaan door één tot drie dagen geringe verhoging (<38,5)
  • Neusverkoudheid
    Naarmate de vernauwing toeneemt zal een inspiratoire en expiratoire stridor hoorbaar zijn. Dit zal dan ook in rust hoorbaar zijn. Vooral bij kinderen onder de 3 jaar kan de bovenste luchtwegobstructie leiden tot hypoxemie en intrekkingen, tezamen met tachypnoe, tachycardie, ernstige distress en agitatie.
61
Q

Hoe wordt de ernst van laryngitis subglottica ingeschat?

A

Westley Croup Score (0-17)

Op basis van: intrekkingen, stridor, cyanose (SpO2 < 92%), bewustzijn, ademgeruis

0-2 = mild
3-5 = matig
6-11 = ernstig
> 11 - dreigend respiratoir falen

62
Q

Wat zijn de symptomen bij een milde laryngitis subglottica?

A
  • Incidenteel blafhoest
  • Geen of milde stridor in rust
  • Geen of milde intrekkingen
63
Q

Wat is het beleid bij een milde laryngitis subglottica?

A
  • Overweeg dexamethasondrank 0,15 – 0,6mg/kg (max 15mg) in een gift
  • Afhankelijk van ernst of thuissituatie naar huis of observatie (≥ 2 uur)
64
Q

Wat is het beleid bij een matige laryngitis subglottica?

A
  • Overweeg dexamethasondrank 0,15 – 0,6mg/kg (max 15mg) in een gift
  • Afhankelijk van ernst of thuissituatie naar huis of observatie (≥ 2 uur)
65
Q

Wat zijn de symptomen bij een matige laryngitis subglottica?

A
  • Frequent blafhoest
  • Hoorbare stridor in rust
  • Intrekkingen in rust
  • Geen distress of agitatie
66
Q

Wat zijn de symptomen bij een ernstige laryngitis subglottica?

A
  • Frequent blafhoest
  • Evidente stridor in rust
  • Intrekkingen
  • Ernstige distress en agitatie
67
Q

Wat is het beleid bij een ernstige laryngitis subglottica?

A
  • Breng omgeving en kind tot rust, minimale interventie; dwz geen invasieve diagnostiek/behandeling tenzij strict nodig
  • Geef dexamethasondrank 0.6mg/kg in een enkele gift (max 15mg) in een enkele gift
  • Overweeg adrenaline verneveling 5mg. Bij Westleyscore > 7; geef adrenaline (kan intubatie uitstellen of afwenden)
  • Minimaal 2 uur observeren en herhaaldelijk Westleyscore afnemen
  • Overweeg zuurstof bij een saturatie onder de 95% (als kind geagiteerd raakt, dan blow by zuurstof dmv zuurstofslang bij neus of mond)
68
Q

Bij welke Westleyscore geeft je adrenaline verneveling 5 mg?

69
Q

Wat zijn de symptomen van dreigend respiratoir falen bij een laryngitis subglottica?

A
  • Blafhoest
  • Hoorbare stridor (minder dan bij ernstige vorm)
  • Intrekkingen
  • Lethargie/uitputting/verminderd bewustzijnsniveau
70
Q

Wat is het beleid bij dreigend respiratoir falen bij een laryngitis subglottica?

A
  • Breng omgeving en kind tot rust, minimale interventie; dwz geen invasieve diagnostiek/behandeling tenzij strikt noodzakelijk
  • Geef dexamethasondrank 0.6 mg/kg in een enkele gift (maximaal 15 mg)
  • Geef adrenaline verneveling 5 mg
  • Minimaal 2 uur observeren en herhaaldelijk Westley Croup score afnemen
  • Overweeg zuurstof bij een saturatie onder de 95%
71
Q

Wat is de behandeling van een epiglottitis?

A

starten met breedspectrum antibiotica via het infuus (ceftriaxon) en opname op de intensive care.

72
Q

Wat is het klinische beeld van een epiglottitis?

A

Het kind zit heel stil voorovergebogen, mond open, is veel aan het kwijlen vanwege de slikklachten, hoest niet aanwezig, hoge koorts, kind is veel zieker en heeft keelpijn.

73
Q

Waardoor wordt epiglottitis veroorzaakt?

A

infectie met Haemophilus influenzae type B (Hib)

74
Q

Wat is de definitie van een gastro-enteritis?

A

Frequente (minstens drie keer per dag, gedurende 24 uur) dunne ontlasting, door een infectieuze ontsteking van mucosa van maag, dunne darm en/of dikke darm.

75
Q

Wat zijn de piekleeftijden van een gastro-enteritis op de kinderleeftijd?

A

Er is een hoge piek in de leeftijd van 0-1 jaar met 91,2 per 1000 patiënten en in de leeftijd van 2-4 jaar met 45,7 per 1000 patiënten per jaar

76
Q

Via welke route wordt een acute gastro-enteritis vooral overgedrag?

A

faeco-oraal

77
Q

Wat is de belangrijkste verwekker van een gastro-enteritis bij zuigelingen en jonge kinderen?

A

rotavirus (naast adenovirus, norovirus, sapovirus en astrovirus)

78
Q

Wat zijn de symptomen van een gastro-enteritis bij kinderen?

A
  • Diarree
  • Braken
  • Misselijkheid
  • Dehydratie
    Bij kinderen is er een hoger risico op uitdroging dan bij volwassenen. Tekenen van dehydratie kunnen zijn: ingezonken ogen, geen tranen, droge slijmvliezen, ingevallen fontanel en minder plassen.
79
Q

Hoe wordt de diagnose gastro-enteritis gesteld?

A

op basis van anamnese ne lichamelijk onderzoek

80
Q

Wat is de behandeling van een gastro-enteritis?

A

Gastro-enteritis is self-limiting. Er is geen medicamenteuze behandeling. Maar, let op dehydratie. Een gedehydreerd kind moet gerehydreerd worden en bij shock is het dan nodig om vocht per infuus te geven. Het liefst wordt er dan gekozen voor Ringerlactaat, omdat het meer lijkt op de osmolaliteit in het bloed en hierdoor minder metabole verstoringen geeft.

81
Q

Wat is een sepsis?

A

een levensbedreigende aandoening die optreedt wanneer het lichaam een ontregelde en overweldigende reactie geeft op een infectie, wat leidt tot orgaanfalen. De definitie van sepsis luidt: levensbedreigende orgaanfalen veroorzaakt door een ontregelde respons van de gastheer op een infectie.

82
Q

Wat is een meningokokkensepsis?

A

ernstige vorm van sepsis die veroorzaakt wordt door de bacterie Neisseria meningitidis, ook bekend als de meningokok

83
Q

Op welke leeftijd wordt meningokokkensepsis voornamelijk gezien?

A

bij kinderen, met een piekincidentie rond de leeftijd van 2 jaar, en een tweede piek bij tieners

84
Q

Wat zijn de symptomen van een meningokokkensepsis?

A

niet-wegdrukbare bloedingen in de huid van verschillende grootte, waaronder petechiën, ecchymosen en purpura, voornamelijk op de romp, ledematen en conjunctiva.

Zuigelingen zijn vaak ernstig ziek met verschijnselen zoals koorts, sufheid, grauw zien, slecht drinken en/of convulsies. Als patiënten een septische shock ontwikkelen, hebben ze symptomen zoals tachycardie, tachypneu en hypotensie. Deze tekenen kunnen ook optreden bij een septische shock door een andere verwekker.

85
Q

Wat zijn symptomen van een septische shock?

A

tachycardie
hypotensie
tachypneu
hyperthermie

86
Q

Hoe wordt de diagnose meningokokkensepsis gesteld?

A

De diagnose wordt gesteld op basis van de kliniek (koorts, purpura etc.). Een bloedkweek wordt gedaan om de verwekker van de infectie te identificeren. Het is belangrijk om bloedkweken af te nemen voordat de behandeling met antibiotica wordt gestart.

87
Q

Wat is de behandeling van een septische shock?

A
  1. Geef zuurstof (100 % via neusbril of 10-15 L/min via non-rebreathing masker)
  2. Plaats 2x intraveneuze of intra-ossale toegangsweg
  3. 10ml/kg vochtbolus i.o./i.v. (ringerlactaat)
  4. Neem bloedkweken af
  5. Start antibiotica (ceftriaxon of cefuroxim)
  6. Herhaal vochtbolus: 10ml/kg
88
Q

Wat is de behandeling van een fluid-unresponsive shock?

A
  • Overleg met PICU
  • Schakel hulp in voor intubatie, beademing, inbrengen centrale veneuze- en arteriële lijn.
  • Start inotropie: start op perifeer i.v. in afwachting van een CVL. Geef (nor)adrenaline 0.05 microg/kg/min: titreer tot 2.0 microg/kg/min. Inadequate respons op met inotropica = catecholaminerestistente shock
89
Q

Wat is een fluid-unresponsive shock?

A

een persisterende shock ondanks vulling 40-60 ml/kg

90
Q

Wat zijn de symptomen van een meningitis?

A

koorts, hoofdpijn, nekstijfheid, veranderd bewustzijnsniveau of cognitie (inclusief verwarring of delirium)

91
Q

Wat is de definitie van een koortsconvulsie?

A

Een convulsie geassocieerd met koorts (> 38 graden) zonder aanwijzingen voor een infectie van het centrale zenuwstelsel of een acute elektrolytstoornis.

92
Q

Op welke leeftijd treden koortsconvulsies op?

A

bij kinderen tussen de 6 maanden en 6 jaar, met een piek tussen 12 en 24 maanden

93
Q

Hoeveel kinderen maken een koortsconvulsie door?

94
Q

Hoe groot is de kans op een koortsconvulsie bij een familiaire belasting (ouder broertje of zusje)?

95
Q

Hoe groot is de kans op een koortsconvulsie indien een van beide ouders een koortsconvulsie heeft gehad?

96
Q

Hoeveel procent van de koortsconvulsies is:
- typisch
- atypisch
- febriele status

A
  • 65% typische koortsconvulsie
  • 30% atypische koortsconvulsie
  • 5% febriele status (koortsconvulsie > 30 min)
97
Q

Wat is de pathofysiologie van een koortsstuip?

A

De hersenen van jonge kinderen kunnen zich nog niet zo goed aanpassen aan de snelle stijging van de temperatuur en hierdoor ontstaat ontregeling. Door die ontregeling krijg je de klinische presentatie van een koortsstuip.

98
Q

Wat zijn de symptomen van een koortsconvulsie?

A
  • Tonische en clonische fase
  • Ingehouden-, oppervlakkige- of stotende ademhaling
  • Verkleuring van lichaam
  • Bewustzijnsverlies
  • Open of omhoog gedraaide ogen
  • Urine-incontinentie
99
Q

Wat is de duur van een typische koortsconvulsie?

A

< 15 minuten

100
Q

Wat maakt een koortsconvulsie atypisch?

A
  • verstijven/schokken één kant van het lichaam
  • meerdere koortsconvulsies per ziekteperiode
101
Q

Wat is de herhalingskans na een eerste koortsconvulsie?

102
Q

Wat is de herhalingskans na een tweede koortsconvulsie?

103
Q

Wat is de behandeling van een koortsconvulsie?

A
  1. Uitsluiten van andere oorzaken! (zoals meningitis of intoxicatie)
  2. Vrije luchtweg (ademdepressie bij medicatie die je geeft)
  3. Indien er sprake is van een i.v. toegang: midazolam of lorazepam 0.1mg/kg
  4. Indien er geen sprake is van een i.v. toegang: midazolam 0,2 mg/kg buccaal/nasaal of diazepam 0,5 mg/kg rectaal
  5. Zodra gecoupeerd: bewaken. Zo niet: herhaling midazolam of lorazepam 0.1mg/kg