4.6 Immuungecompromitteerde patiënt met infectie Flashcards

1
Q

perifere flubitis

A

s. aureus die naar binnen gaat in de bleodbaan via een infuuslijn –> geeft ontsteking

kan leiden tot endocarditis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

oppervlakkige afweer

A

niet specifiek:
mechanische barriere (huid)
secretoire barriere (talg, zweet, mucus)
trilhaarbewegingen
eliminatie door afvloed (blaaslediging, darm motiliteit)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

humorale weerstand

A

niet specifiek:
lysozym, lactoferrine
complement
cytokinen (IFN)

specifiek:
antistoffen (B-cel)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

cellulaire weerstand

A

niet specifiek:
fagocyterende cellen (neutrofielen, macrofagen)

specifiek:
T-lymfocyten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

immuunstoornis complement

A

te weinig aanmaak: congenitale deficientie c1-c4, c5-c9 terminale complement

te veel verbruik c3: SLE

gerelateerde infecties: gekapselde bacterien S. pneumioauasuu pneumokokken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

stoornissen in neutrofiele granulocyten

A

aantal: kwantitatief

functie: kwalitatief –>

ecthyma granuloza
invasieve long aspergillose: halo sign tijdens neutropenie en crescent air-sign na neutropenie.
candida endophthalmitis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

stoornissen in immunoglobuline

A

te weinig:
agglammaglobulinemie, CVID, na allogene stamcell transplantatie

slechte kwaliteit:
MM, M. Kahler, CLL, HIV

gerelateerde infecties: IgG: gekapselde bacterien streptococus pneumoniae.
IgA: darminfecties als giardia lamblia.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

immuunstoornis T-cellen

A

slechte kwaliteit:
corticosteroiden, transplantatie

te weinig:
HIV

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly