Week 1 thema 11 Flashcards

1
Q

Wat zijn de 3 stoornisgroepen bij hersenbeschadiging?

A
  • Neurologisch/sensomotorisch
  • Neuropsychologisch
  • Psychologisch
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welke stoornissen horen erbij de neurologisch/sensomotorische groep?

A
  • Hemiparese
  • Hemiplegie
  • Hemianesthesie
  • Hemianopsie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is er aan de hand bij neuropsychologische stoornisgroep

A

Primaire gebieden doen het wel, maar secundarie niet meer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Welke stoornissen horen bij neuropsychologisch stoornisgroep

A
  • Afasie van wernicke & Broca
  • Agnosie
  • Prosopagnosie
  • Nosoagnosie
  • Ateroagnosie
  • Apraxie
  • Ideatorische apraxie
  • Motorische apraxie
  • Neglect
  • Amnesie
  • Retrogade amnesie
  • Anterograde amnesie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is er aan de hand bij psychologische stoornisgroep

A

Zit vooral in tertaire gebied van frontale lob –> gedrag, stemming + persoonlijkheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Waar komt sensibele informatie vanuit ruggenmerg + hersenstam binnen?

A

Primaire sensibele cortex

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat gebeurd er met informatie in de secundaire sensibele cortex

A

Hier wordt een analyse van vorm, proprioceptie + beweging gemaakt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Op grond van informatie afkomende uit secundaire sensibele cortex kan er een beweging in gang gezet worden, waar gebeurd dit?

A

Premotorische cortexgebieden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is de functie van de voorwortel?

A

Stuurt informatie uit ruggenmerg naar spieren. zit bij ieder segment van ruggenmerg

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is de functie van de achterwortel?

A

Brengt sensibele informatie in

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat gebeurt er bij functie stoornis van A. Basilaris?

A

Functiestoornissen in hersenstam:

  • Tetraparese
  • Bewustzijnsverlies
  • Onregelmatige ademhaling
  • Locked in syndroom
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat gebeurt er bij functie stoornis van A. Carotis?

A
  • Symptoomloos bij intact zijn v/d Cirkel van Willis + andere cerebropetale arteriën
  • Infarct kan optreden
  • Syndroom van Horner
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat gebeurt er bij functie stoornis van A.cerebri media

A
  • Hemiparese hypotoom: vooral arm + onderste gezichtshelft
  • Voetzoolreflex volgens Babinski
  • Spasticiteit
  • Hemihypesthesie
  • Stereognosie
  • Hemianopsie
  • Deviatie van hoofd + ogen
  • Fatische stoornissen
  • Stoornis in emotie + proprioceptie
  • Neglect
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat gebeurt er bij functie stoornis van A. cerebri Anterior

A
  • Parese contralaterale been
  • Onhandigheid v/d overeenkomstige arm
  • Cognitieve problemen met frontale symptomatologie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat gebeurt er bij functie stoornis van A. Cerebri Posterior

A
  • Hemianopsie
  • Geheugen- + gedragsstoornissen
  • Soms dubbelzijdig
  • Corticale blindheid
  • Verwardheid
  • Complexe visusgnostische stoornissen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Symptomen na corticale hersenbeschadiging van LINKER hemisfeer

A
  • Taal
  • Logica
  • Afasie
  • Rekenen
  • Aansturing motoriek rechterkant + sensoriek
  • Hier en nu, details, analyse, structuur
  • Parese
  • Anesthesie
  • Anopsie
  • Depressie
  • Terug getrokken/onzeker
  • Catastroferen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Symptomen na corticale hersenbeschadiging van RECHTER hemisfeer

A
  • Creativiteit
  • Hele plaatje
  • Ziekte-inzicht
  • Emotie bij taal
  • Proprioceptie
  • Aansturen linker motoriek + sensorische informatie
  • Hemi-anopsie
  • Hemi-parase
  • Hemi-anesthesie
  • Neglect
  • Zelf overschatting
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Wat zijn de symptomen bij schade aan frontale lob?

A
  • Ruiken
  • Proeven
  • Horen
  • Gedeeltelijke geheugen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Wat zijn de symptomen bij schade aan occipitale lob?

A

Zien

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Wat zijn de symptomen bij schade aan pariëtale lob?

A

Somatosensorische informatie: hier komt de informatie binnen over lichaan (pijn, proprioceptie, etc.)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Wat zijn de symptomen bij schade aan temporale lob?

A

Luisteren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Wat zijn de symptomen bij schade aan prefrontale lob?

A
  • Motivatie

- Geheugen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Symptomen bij schade afferent neuron?

A
  • Sensibiliteitsverlies –
  • Hyporeflexie/areflexie –
  • Pijn, tintelingen +
  • Bewegingsonrust +
24
Q

Symptomen schade efferent neuron

A
  • Krachtsverlies –
  • Atrofie –
  • Fasciculaties, kramp en tintelingen +
25
Q

Wat gebeurd er bij een afwijking van perifeer motorische neuron

A

Spierreflexen zijn laag; dit is een perifere verlamming. Op die manier zijn de spinale spierrekkingsreflexen nuttig bij de diagnostiek van motorische uitval

26
Q

Wat gebeurd er bij afwijking/uitval centraal motorisch neuron?

A

Ruggenmerg zal spontaan te werk gaan, dan treedt er een verhoging op van spierrrekkingsreflexen & spierspanning –> spasticiteit. Bij centrale verlamming kan spier wel reflexmatig weerstand bieden, maar willekeurige motoriek is gestoord. Men noemt centrale verlamming ook wel spastische parese. Altijd tonus verhoging aanwezig.

27
Q

Wat gebeurd er bij beschadiging van de achterstrengen?

A

Uitval van gnostische sensibiliteit vanaf corresponderende dermatoom naar beneden

28
Q

Wat gebeurd er bij beschadiging van tractus spinothalamicus?

A

Uitval vitale sensibiliteit in hetzelfde gebied

29
Q

Waar leidt een blijvende dwarslaesie van het ruggenmerg op bepaald niveau uiteindelijk tot?

A
  • Beschadiging v/d achterstrengen
  • Beschadiging tractus spinothalamicus
  • Uitval v/d reflexboog over getroffen ruggenmergsegment
  • Beschadiging van piramidebaan
  • Beschadiging voorhoorn
30
Q

Wat gebeurd er bij beschadiging van piramide baan?

A
  • Verhoging reflexen onder dat niveau, met pathologische voetzoolreflexen
  • Uitval v/d kracht op + onder niveau dwarslaesie
31
Q

Wat gebeurd er bij beschadiging van de voorhoorn?

A

Segmentale spieratrofie op het niveau v/d laesie door uitval motorische voorhoorncellen

32
Q

Benoem de 12 hersenzenuwen met juiste cijfers?

A

1) Olfactorius
2) Opticus
3) Oculomotorius
4) Trochlearis
5) Trigerminus
6) Abducens
7) Facialis
8) Vestibulocochlearis
9) Glossopharyngeus
10) Vagus
11) Accesorius
12) Hypoglossus

33
Q

Type & Functie hersenzenuw 1) N. Olfactorius

A

Type: Sensorisch
Functie: reuk

34
Q

Type & functie 2) Opticus

A

Type: Sensorisch
Functie: Verbinding tussen hersenen + oog

35
Q

Type & functie 3) Oculumotorius

A

Type: motorisch
Functie: Stuurt oogspieren aan & proprioceptie

36
Q

Type & functie 4) Trochlearis

A

Type: motorisch
Functie:
- M. obliquus superior
- Oogbewegingen aansturen: naar beneden kijken + later roteren van oog

37
Q

Type & functie 5) Trigerminus

A

Type: gemengd
Functie: Verzorgt sensibiliteit van gelaat + kauwspieren

38
Q

Type & functie 6) Abducens

A

Type: Motorisch
Functie: Oog naar buiten draaien & propriosensoriek v/d laterale extrinsieke oogspier

39
Q

Type & functie 7) Fascialis

A

Type: gemengd
Functie: Verzorgt de gelaatspieren. Regelt functie v/d onderkaakspeekselklier & smaakgewaarwording van voorste deel tong

40
Q

Type & functie 8) Vestibulocochlearis

A

Type: sensorisch
Functie: 2 delen:
1) Vestibulaire deel wat evenwichtsorgaan innerveert
2) Cochleair deel wat verantwoordelijk is voor horen

41
Q

Type & functie 9) Glossopharyngeus

A

Type: gemengd
Functie: Verzorgt smaaksensatie van achterste deel tong & stuurt keelspieren aan

42
Q

Type & functie 10) Vagus

A

Type: gemengd
Functie:
- Bestuurt o.a. stembanden + deel v/d keelspieren
- Sensibiliteit in keel + gehoorgang
- Grote zenuw van parasympatisch zenuwstelsel, dus vertragen hartslag + bloeddruk
- Belangrijkste sensorische zenuw van hart, longen + buikorganen

43
Q

Type & functie 11) Acessoirus

A

type: Motorisch
Functie: Stuurt halsspieren aan:
- Sternocleidmastoideus
- Trapezius

44
Q

Type & functie 12) Hypoglossus

A

Type: Motorisch
Functie: Verzorgt tongspieren & enkele halsspieren

45
Q

Wat zijn de symptomen bij beschadiging van 1) Olfactorius

A

Reukuitval

46
Q

Wat zijn de symptomen bij beschadiging van 2) Opticus

A

Visusuitval

47
Q

Wat zijn de symptomen bij beschadiging 3) Oculomotorius

A
  • Gestoorde pupilfunctie. wijde pupil reageert niet op licht
  • Hangen van oogleden
  • Binoculair dubbelzien
48
Q

Wat zijn de symptomen bij beschadiging 4) Trochlearis

A

Dubbelzien –> maximaal bij kijken naar beneden + richting gezonde oog

49
Q

Wat zijn de symptomen bij beschadiging 5) Trigerminus

A

Uitval en/of prikkeling gevoel kin + aangrenzende onderlip

50
Q

Wat zijn de symptomen bij beschadiging 6) Abducens

A

Dubbelzien bij kijken in de verte

51
Q

Wat zijn de symptomen bij beschadiging 7) Facialis

A
  • Gezichtsverlamming

- Spasmen van 1 gezichtshelft

52
Q

Wat zijn de symptomen bij beschadiging 8) Vestibulocochlearis

A
  • Neurogene doofheid
  • Vestibulaire duizeligheid
  • Ziekte van Meniere –> spontaan optredende aanvallen van vertigo
  • Neuritis vestibularis –> vrij plotselinge continue duizeligheid met vegetatieve verschijnselen
53
Q

Wat zijn de symptomen bij beschadiging 9) Glossopharyngeus & 10) vagus

A
  • Slikstoornissen

- Dik gevoel in de keel

54
Q

Wat zijn de symptomen bij beschadiging 11) Accesorius

A
  • Krachtsvermindering trapezius & sternocleidomastoideus
55
Q

Wat zijn de symptomen bij beschadiging 12) Hypoglossus

A
  • Tongbewegingen naar contralateraal bemoeilijkt

- Vaak tongatrofie