Verlichting Begrippen Deel 2

Question 1

Girondijnen

Answer 1

Gematigde Franse parlementsleden die voor afschaffing van de monarchie waren

• wilden bij verdere hervormingen veel minder ver gaan dan de Jacobijnen.
• werden met geweld uitgeschakeld door de Jacobijnen in 1793

Question 2

Grote alliantie

Answer 2

De kern van de Heilige alliantie bestaande uit de vier grote overwinnaars van Napoleon:
-Oostenrijk
-Rusland 
-pruisen
-Engeland 
(Later Frankrijk)

Question 3

Heilige alliantie

Answer 3

Verbond van Europese vorsten, in 1815 opgericht door de Russische tsaar Alexander I

• op basis van het christendom gaven de vorsten zichzelf het recht om op te treden tegen nationalistische en liberale onrust.
• ook wilden ze de onderlinge vrede handhaven

Question 4

Herendiensten

Answer 4

Taken die de boeren naast het betalen van pacht voor hun heer moesten verrichten, zoals het bewerken van de landerijen van de heer

Question 5

Humanisme

Answer 5

• ontstaan in de Renaissance door het bestuderen van Griekse en Romeinse schrijvers
• sterk individualistisch gericht
• legden nadruk op het zelfstandig denken van de mens en stonden daarom kritisch ten opzichte van de officiële leer van de Kerk
• in godsdienstzaken waren de humanisten verdraagzaam -> zij wezen vervolging van andersdenkenden af

Question 6

Huurleger

Answer 6

Leger bestaande uit beroepssoldaten dat bij oorlog(sdreiging) ingehuurd werd.
Na de strijd werd een huurleger ontbonden of het vertrok naar een ander oorlogsgebied

Question 7

Inquisitie

Answer 7

Kerkelijke en niet-kerkelijke rechtbanken die ketters opspoorden

Question 8

Jacobijnen

Answer 8

Groep radicale Franse parlementsleden die voor de afschaffing van de monarchie was

• wilden bij verdere hervormingen veel verder gaan dan de Girondijnen
• wisten met geweld en steun van de arme bevolking in Parijs de macht in het parlement in handen te krijgen
• o.l.v. Robespierre begonnen zij de Terreur

Question 9

Klassenstrijd

Answer 9

De onderdrukte klasse zak door een revolutie en na de fase van de dictatuur van het proletariaat een nieuwe klasseloze samenleving tot stand brengen (?)

Question 10

Liberalisme

Answer 10

Stroming die vrijheid voor het individu wil op alle gebieden:

• economisch
• politiek
• godsdienstig

Question 11

Machtsevenwicht in Europa

Answer 11

Een situatie waarbij geen enkel land zo machtig was dat het Europa kon overheersen. Het congres van Wenen streefde een nieuw Europees machtsevenwicht na de door de macht van Frankrijk in te perken en die van andere Europese mogendheden te vergroten

Question 12

Magna Charta

Answer 12

Na een nederlaag tegen Frankrijk werd de Engelse koning Jan zonder Land gedwongen de Magna Charta (grote Oorkonde) te ondertekenen

• de koning kon geen belastingen opleggen zonder toestemming van de adel, de geestelijkheid en de burgerij
• men is de magna charta later gaan zien als het begin van de grondwet

Question 13

Markteconomie

Answer 13

Economie waarin de bedrijven producten maken waarnaar vraag is van klanten

Question 14

Marxisme

Answer 14

Stroming gebaseerd op het werk van Karl Marx
-de economische verhoudingen bepalen de samenleving
-de samenleving is verdeeld in klassen:
~de rijke bovenlaag (kapitalisten)
~onderdrukt de benedenlaag (de proletariërs)
-de economische verhoudingen liggen niet voorgoed vast
-De bovenlaag zal steeds kleiner maar rijker worden, de benedenlaag steeds groter en armer (Verelendung) -> ontstaan klassenstrijd

Question 15

Mercantilisme

Answer 15

Economisch beleid waarbij de staat de eigen economie beschermt, bijvoorbeeld door enerzijds aan de eigen handel en nijverheid subsidies en voorrechten verlenen en anderzijds invoerrechten te heffen op de buitenlandse producten
-door meer uit dan in te voeren kwam er meer geld binnen dan eruit ging -> gunstige handelsbalans

Question 16

Natiestaat

Answer 16

Nationale staat, waarin één volk verenigd is

Question 17

Nationale vergadering (Frankrijk)

Answer 17

Derde stand riep zich in 1789 uit tot de nationale vergadering en ging als parlement apart vergaderen

Question 18

Nationalisme

Answer 18

Het gevoel van saamhorigheid van een volk dat een staat vormt of wil vormen
-na de Franse overheersing onder Napoleon kwam overal in Europa een sterk nationalisme op -> door de Franse overheersing beseften mensen dat ze tot een bepaald volk behoorden

Question 19

Radicalisme

Answer 19

Het streven snel en grondig veranderingen aan te brengen als ontwikkelingen in de samenleving daartoe aanleiding geven

Question 20

Rationalisme

Answer 20

Stroming die vond dat de samenleving net zoals de natuur op een redelijke manier (met het verstand) moest worden onderzocht -> kennis van de mens zou toenemen

• > met deze kennis zouden problemen in de samenleving opgelost kunnen worden
• het rationalisme leidde tot optimisme en vooruitgangsdenken

Question 21

Rationeel optimisme

Answer 21

Stroming die de samenleving net zoals de natuur op een redelijke manier (met het verstand) wilde onderzoeken.
Met deze kennis zouden dan de problemen in de samenleving kunnen worden opgelost

Question 22

Restauratie

Answer 22

Na het congres van Wenen begon een tijdvak van restauratie; (gedeeltelijk herstel van de toestand van vóór de Franse revolutie en Napoleon

Question 23

Revisionisme

Answer 23

Aan het einde van de 19de eeuw kozen de grote West Europese marxistische partijen de weg van parlementaire democratie. Deze wijziging van het marxisme- evolutie ipv revolutie- wordt aangeduid met het begrip revisionisme

Question 24

Royal society

Answer 24

Wetenschappelijke beweging van geleerden in Engeland. Ook in andere Europese landen werden dergelijke verenigingen opgericht.

Question 25

Salons

Answer 25

In salons werden de ideeën van verlichters verbreid.

• was een bijeenkomst, meestal in het huis van een vrouw uit de bovenlaag van de bevolking.
• alles mocht in deze salons worden gezegd

Question 26

Scheiding tussen kerk en staat

Answer 26

Volgens dit uitgangspunt hebben Kerk en staat ieder een eigen taak. De kerk met godsdienstige zaken, de staat met het bestuur en rechtspraak

Question 27

Scheiding van de machten

Answer 27

Scheiding in het bestuur van een staat in:
-wetgevende
-rechtsprekende
-uitvoerende
Macht. De verlichter Montesquieu schreef erover (trias politica)