Verlichting Begrippen deel 1 Flashcards
Absolutisme
Regeringsvorm waarin de vorst alle macht in handen heeft en zich daarbij op het ‘droit divin’ beroept
Agnosten
Mensen die niet weten of ze wel of niet in een God moeten geloven
Ancien Regime
Periode in de geschiedenis van Frankrijk tussen 1660 en 1789, het oude bewind genoemd. Deze periode kenmerkt zich door absolute macht van de Franse koning en een ongekende pracht en praal aan zijn hof
Bastille
Vestiging in Parijs die in de tijd van de Franse koningen diende als gevangenis. Bij het uitbreken van de Franse Revolutie bestormd en kort daarna afgebroken. De bestorming wordt vanaf die tijd jaarlijks in Frankrijk gevierd als nationale feestdag
Belgische opstand
Opstand of revolutie die in 1830 geleid heeft tot onafhankelijkheid in België. De opstand in het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden maakte deel uit van een aantal opstanden in Europa die gericht waren tegen gevolgen van de Restauratie van het Congres van Wenen. Geïnspireerd door de Julirevolutie van 1830 in Frankrijk kwamen ook de Polen in opstand tegen de Russen, de Italianen tegen de Oostenrijkers en die Ieren tegen de Engelsen
Bill of rights
Willem 3 en Maria Stuart moesten bij hun troonsbestijging een verklaring ondertekenen, waarin zij instemden met de macht van het parlement. Deze verklaring werd in december 1689 door het parlement omgezet in de Bill of Rights. Door de Bill of Rights werd Engeland definitief een parlementaire monarchie, waarin het parlement het laatste woord had.
Cahiers des doléances
Naar oud gebruikt kregen de drie standen ter voorbereiding van de vergadering van de SG de mogelijkheid voor de koning klachten en wensen te formuleren in Cahiers des doléances
Censuur
Het door de overheid controleren van berichten of uitingen die de media willen verspreiden. Onderwelgevallige berichten of uitingen kunnen worden verboden of gewijzigd. De media staan door middel van censuur onder toezicht van de overheid.
Centralisatiebeleid
Het streven van vorsten hun macht te vergroten door de verschillende delen van hun rijk vanuit één plaats (centrum) te besturen. Zij hadden daartoe de beschikking over een ambtenarenapparaat en beroepslegers. Godsdienstige eenheid verkregen de vorsten door de Kerk geheel of voor een groot deel onder hun toezicht te stellen.
Code napoléon
Nieuwe wetgeving op initiatief van Napoleon, waarin veel verlichte ideeën werden uitgewerkt.
- iedereen werd gelijk voor de wet
- niemand mocht gevangen genomen worden zonder dat er een rechtszaak op volgde, deze moest openbaar zijn en je moest je kunnen verdedigen. Een jury van burgers sprak het vonnis uit.
Congres van Wenen
Na de overwinning op Napoleon begonnen de Europese mogendheden in 1814 te Wenen overleg op het congres van Wenen. Dat eindigde in Juni 1815 met de slotakte waarin alle overeenkomsten werden samengevat (vooral herstel van de macht van vorsten en herstel van Europees machtsevenwicht)
Communisme
Politieke stroming, gebaseerd op het marxisme, de ideeën van Karl Marx. In praktijk gebracht door de bolsjewieken in Rusland (Oktoberrevolutie 1917)
- nationalisatie van alle productiemiddelen
- stichten klasseloze maatschappij geleid door communistische partij
Dit liep uit op de dictatuur van Stalin
Communistisch manifest
Pamflet geschreven door Karl Marx en Friedrich Engels en gepubliceerd in februari 1848 in Londen.
Het pamflet wordt gezien als het begin van het internationale socialisme
‘Concert van staten’
Europa werd na het congres van Wenen door de Grote Alliantie gezien als het concert van staten, die in harmonie samen moesten werken.
Europese crises werden in ministerconferenties besproken en door internationale samenwerking in bedwang gehouden
Conservatisme
Stroming die veranderingen uiterst langzaam en voorzichtig wil doorvoeren en daarbij alles wat van waarde wil behouden.