p 40 Flashcards
1
Q
asinus
A
asini m de ezel
2
Q
aurum
A
auri o het goud
3
Q
collis
A
collis m de heuvel
4
Q
hostis
A
hostis m de vijand
5
Q
libertas
A
libertatis v de vrijheid
6
Q
vestis
A
vestis v de kleding
7
Q
animal
A
animalis o het levend wezen, het dier
8
Q
dubitare
A
dubito twijfelen, aarzelen
9
Q
imponere
A
impono plaatsen op, opleggen
10
Q
ferre
A
fero dragen, brengen
11
Q
afferre
A
affero brengen
12
Q
auferre
A
aufero wegnemen, wegbrengen
13
Q
offerre
A
offero aanbieden
14
Q
referre
A
refero terugbrengen, rapporteren
15
Q
transferre
A
transfero overbrengen