natuurwetenschappen thema 6 Flashcards
uit wat zijn voorwerpen opgebouwd
uit 1 of meerdere stoffen (materie)
uit wat bestaan materie
uit levende en niet-levende natuur
in wat zijn 1 of meerdere stoffen (materie) opgebouwd
in voorwerpen
is water levende of niet-levende natuur
zowel levende als niet-levende natuur
wat noemen je dat je iets kunt meten
een grootheid
hoe word een grootheid voorgesteld
in een symbool
bij elke grootheid hoort er een ….
eenheid
wat is massa (van een voorwerp)
een maat van de hoeveelheid materie waaruit het voorwerp bestaad
wat zijn de symbolen van deze woorden: massa kilogram gram milliegram
m
kg
g
mg
hoe kun je da massa van een hoeveelheid vaste stof bepalen (leg uit in woorden)
m(massa)
m vaste stof = m totaal - m bekerglas
wat is volume
is een ruimte dat een voorwerp of stof ineemt
wat zijn de symbolen van deze woorden: volume kubieke meter liter deciliter milliliter
V (hoofd letter) m3 (de 3 moet rechts rechts boven m) l dl ml
wat is meetnauwkeurigheid
de kleinste waarde dat je meettoestel kan meten
wat is een meetbereik
de grootste waarde dat je meettoestel kan meten
welke 3 balansen heb je en hun meetnauwkeurigheid en meetbereik
personenbalans: meetnauwkeurigheid is 1 kg en hun meetbereik is het hoogste 140 kg het laagste 0 kg
nauwkeurigheid balans: meetnauwkeurigheid is 0,1 kg en hun meetbereik is het hoogste 500 kg het laagste 0 kg
keukenbalans: meetnauwkeurigheid is 20 g en hun meetbereik is het hoogste 3 kg het laagste 0 kg