Hoorcollege 9: Depressie Flashcards

1
Q

Stemmingstoornissen

A

Bestaat uit unipolaire en bipolaire stemmingsstoornissen
–> depressie is een unipolaire stemmingsstoornis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Depressie: algemeen

A

komt veel voor, grote ziektelast, beinvloed informatieverwerking, symptomatisch (slechte stemming)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Verloop

A

Prevalentie enkele episode: 50-60%
Terugval: 40-60%
met elke nieuwe depressie word de kans op een volgende episode groter en de tijd tussen twee episodes word kleiner
Chronische depressie (>2jr): 20%

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

risicofactoren: diathese-stress model

A

biologische, sociale en psychologische
Factoren + Triggers = mental health

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Andere risicofactoren

A

Psychologische en biologische theorien

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Pathogenese (psychologisch)

A

leertheorethische benadering: te weinig bekrachtigers en te veel negatieve stimuli
Cognitieve benadering: veel negatieve denkfouten (zelf, wereld, toekomst)
Interpersoonlijke benadering: relaties, rolverandering, rouw, faseverandering

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Pathogenese (biologisch)

A

verstoring neurotransmitters: serotonine, noradrenaline, dopamine
Verstoring HPA
Erfelijkheid: verwanten (1e graag) van depressieve patienten, 1-3 keer vaker depressie
Middelen met depressogene werking: nicotine, alcohol, hormonen, chemotherapie, malariamiddelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Pathogenese: interactie

A

Endogeen: biologisch, genetisch, psychologisch, geslacht
Exogeen: socio-economische status,

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Beschermende factoren

A

gevoel van controle
goede interpersoonlijke relaties
sociale steun
hoge zelfwaardering
een goede gezondheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

behandeling: psychologisch

A

CGT, IPT, CBASP, PKSP
face to face, blended, zelfhulp, groep, individueel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Behandeling: biologisch

A

anti-depressiva, lich-therapie, ECT

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly