Hoorcollege 4: Schizofrenie/psychose Flashcards
Wat zijn criteria voor een diagnose schizofrenie?
symptomen met >1 waan, hallucinatie of desorganisatie
sociaal en beroepsmatig disfunctioneren
duur: >6 maanden verstoord evenwicht en > 1 maand aanwezig
Wat moet je uitsluiten als je een diagnose schizofrenie stelt?
shizoaffectieve stoornis of stemmingsstoornis, gebruik van middelen of somatische aandoening, pervasieve ontwikkelingsstoornis
Wat kan je vertellen over de prevalentie van schizofrenie
1%, bestaat in alle culturen en landen. Ontstaat in de adolescentie/vroege volwassenheid, vaak chronis en achteruitgang functioneren
verloop psychose
Soms heb je 1 psychose en ben je daarna okay, soms heb je meerdere waartussen je ook okay bent, maar meestal word je erger na elke psychose
psychose en sekse
komt vaker voor bij mannen in de adolescentie, vrouwen hebben een tweede piek rond de menopauze
Onstaan: acuut begin
Positieve symptomen (type1/non-deficit), episodisch verloop, positieve respons op antipsychotica. Onderliggend probleem: neurochemisch
Geleidelijk begin
Negatieve symptomen/cognitieve beperkingen, chronisch verloop, geen respons op antipsychotica (type II-Deficit), onderliggend probleem: structurele afwijkingen in het brein
Psychose uitkomt
na 10 jaar
25% is volledig hersteld,
25% is sterk verbeterd, relatief zelfstandig
25% verbeterd maar hulpnetwerk is nodig
15% opgenomen, niet vebeterd
10% overleden
psychose en stemmenhoren
hoge prevalentie van stemmenhoren
Desorganisatie
symptomen psychose
spraak
denken
gedrag
Negatieve symptomen
symptomen psychose
sociale terugtrekking
vlak effect
Positieve symptomen
symptomen psychose
hallucinaties en wanen
Wat zijn de algemene symptomen van psychose en waar heeft dit een groot effect op?
desorganisatie, negatieve en positieve symptomen, cognitieve stoornissen en stemming
heeft invloed op sociale leven
Vanaf het begin van de psychose tot het punt waarop de patient opgenomen word gaan ze achteruit in functioneren, in welk domein gebeurd dat eerder?
Sociale domein, je ziet dat de controle groep is hetzelfde, de siblings gaat het ook minder goed mee en de patienten zelf gaan heel erg achteruit. Terwijl dit op schools of werk functioneren allemaal meer gelijk blijft
Avolition
Experiental symptom
verminderde motivatie omz elf zinvolle activiteiten te inititeren
–> negatief symptoom