HC 2 Werkingsmechanismen van ACTH en cortisol, steroidbiosynthese Flashcards

1
Q

Bijnier cortex

A

o Zone glomerulis: aldosteron (zout huishouding)
o Zone fascularis: cortisol (suiker huishouding)
o Zone reticularis: androgenen (seks)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Stimulatie van de bijnier cortex

A
  • De zone fascularis en reticularis worden gestimuleerd door ACTH
  • De zone glomerulosa wordt alleen door angiotensine gestimuleerd
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Bijnier medulla

A

norepihirne en epinephrine (adrenaline)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Aanmaak van bijnier steroïden

A
  • Precursor (voorloper) van de steroïde is cholesterol. Door veranderingen van koolstof ketens en hydroxyl groepen worden de steroïden gevormd
  • LDL toevoer vanuit de lever naar de bijnier zorgt voor een cellulaire respons van cortisol productie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q
  • StAR transport eiwit
A

transporter voor cholesterol door de mitochondriën

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q
  • cytochrome P450SCC (CYP11A)
A

omzetting van cholesterol naar pregnenolone

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q
  • CYP17
A

omzetting van verschillende stoffen (glomerulis naar fasciculata)
o De CYP17 receptor zit niet niet in de zone glomerulis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q
  • CYP21
A

:omzetting van progesteron naar deoxycorticosteron (aldosteron pathway)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q
  • CYP11B2
A

omzetting van corticosteron naar aldosteron

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Regulatie cortisol afgifte

A
  • ACTH
  • Stress: verwonding, ziekte, lage temperatuur, langdurige emotionele stress, emotionele stimuli
  • Biochemische stress (hypoglycaemie)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Cortisol effecten

A
  • Glucocorticoid soort
  • Beïnvloedt glucose, eiwit en vet metabolisme
    o Remming eiwit synthese in weefsels.
    o Stimulering gebruik van vetzuren als energiebron en verlaging gebruik van glucose.
    o Stimulering van de lever tot glucose aanmaak (gluconeogenese) en verhoging bloed glucose spiegel.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Regulatie van aldosteron afgifte

A
  • Mineralocorticoid soort
  • Renine aanmaak in de nier –> angiotensinogeen naar angiotensine 1 –> ACE (in long) zet 1 om in 2 –> angiotensine 2 –> stimulatie bijnier cortex –> aldosteron
  • Aldosteron heeft invloed op de zout huishouding (regulatie van kalium uitscheiding en natrium vasthouding). Dit heeft invloed van op het vocht huishouding en dus bloeddruk.
    o Kalium kan de aldesteron afgifte reguleren (negatieve terugkoppeling)
    o Bloeddruk sensoren: renine detectie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Corticoid aanpassingen

A
  • Bepaalde stoffen hebben een sterkere effect zoals deaxmethasone (glucocortcoid) of fludrocortisone (mineralocortoid)
  • Daarnaast kan je cortisol (in)activeren met HSD 1 of 2
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Prednison

A
  • Remt ACTH –> verlaging cortisol en aldosteron (niet androgenen)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Adrenaline aanmaak (Catecholamine synthese)

A
  • Productie van catecholamine stoffen (figth or flight): (nor)epiphirine (adrenaline), dopamine
  • Dit wordt gedaan in de bijnier medulla in chromaffine cellen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly