HC 1 Het centrale zenuwstelsel en de endocriene organen Flashcards
1
Q
Kern receptor
A
hormonen dringen de kern binnen zonder receptor. Het DNA herkent de hormoon en start een cascade met als gevolg een cellulaire respons
2
Q
- Water oplosbare hormoon receptor
A
binding van receptor start een cascade (G eiwit –> ATP –> cAMP –> protein kinase) met als gevolg een cellulaire respons
3
Q
Wat zijn de soorten routes van hypothalamus naar hypofyse?
A
- Grote neuron cellichaam lange uitloper vervoer hormoon naar hypofyse achterkwab bloedbaan naar doelwitorgaan
- Kleine cellichamen primaire bloed capillairen vervoer hormoon naar hypofyse voorkwab bloedbaan naar doelwitorgaan
4
Q
Hypofyse kwabben histologie
A
- Grootte: 1cm
- Voorkwab: eilandjes van hormoon producerende cellen
o De voorkwab bevat verschillende hormoon producerende cellen (somatotroop, lactotroop, corticotroop, etc) - Achterkwab: zenuwweefsel met kernen
5
Q
Prolactine as
A
- Anders dan andere doelwit organen
- Dopamine: negatieve werking van prolactine afgifte (hoe meer dopamine, hoe minder prolactine
- Borstweefsel –> centraal zenuwstelsel naar hypothalamus –> verlagen van de afgifte van de dopamine –> meer prolactine aanmaak –> meer melk productie
- Oxtitocine productie: spier contraherende werking waardoor melk uit de borstklier komt
6
Q
Welke Hormonen bevinden zich in de hypofyse achterkwab
A
vasopressine en oxytocine
7
Q
- Vasopressine
A
antidiuretisch hormoon (ADH) stimuleert reabsorptie van water in de nier
bloeddruk
8
Q
- Oxytocine
A
baarmoeder contractie (partus) borstklier bij zogen
9
Q
Welke Hormonen bevinden zich in de hypofyse voorkwab
A
- TSH, ACTH, FSH, LH, GH (groeihormoon), PRL (prolactine)
10
Q
Rol van bindende eiwitten bij de bepaling van hormoonspiegels
A
- Steady state situatie betekent dat er klein deel niet gebonden en groot deel gebonden. Bij een Nier dysfunctie, pil inname zorgt voor meer bindende hormonen. Je lichaam maakt daardoor meer hormonen aan om weer de steady state situatie te krijgen
- Veel hormonen zijn in de circulatie gebonden aan bindende eiwitten
- Eiwitbinding voorkomt activiteit, maar ook afbraak van het hormoon
- Door het veranderen van de concentratie van het bindend eiwit verandert de totale, maar niet de vrije hormoonconcentratie