H8 beïnvloeden obv sociaal psych principes Flashcards

1
Q

gedragsbeïnvloeding

A

systematisch beïnvloeding van gedachten, gevoelens en gedragingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

determinanten

A

psychologische knoppen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

2 soorten gedragsbeïnvloeding

A
  • op individueel niveau
  • op doelgroepniveau
    • posters
    • informatieborden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

3 vormen van preventie

A
  • primaire preventie (voorkomen)
  • secundaire preventie (veranderen)
  • tertiaire preventie (veel last van gevolgen en willen stoppen)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

interventietheorie

A
  • een set van onderbouwde ideeën over hoe het gedrag bij deze doelgroep verklaard kan worden en welke factoren daarbij een rol spelen
  • vaak combinatie van bestaande theorie over menselijk gedrag en de beïnvloeding ervan, zoals ELM en theorie van gepland gedrag
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

theorie van gepland gedrag

A
  • 4 determinanten van gedrag

De eerste 3

  • attitude
  • subjectieve norm
  • waargenomen gedragscontrole

beïnvloeden de intentie die tot vertonen van gedrag

  • onderzoek altijd de factoren welke het sterkst samenhangen met het betreffende gedrag
  • helpt gedrag van bepaalde doelgroepen te ondezoeken, begrijpen en beïnvloeden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

interventie

A
  • grijpt vooral aan op determinanten van gedrag niet zozeer op het gedrag zelf
  • bv subjectieve vorm - laat bekende jongere zeggen dat hij geen alcohol drinkt, of poster met groep jongeren die zeggen niet te drinken
  • bv waargenomen gedragscontrole versterken door filmpje op school te tonen hoe nee tegen alcohol te zeggen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

interventieprogramma

A
  • verschillende interventies

- via evaluatie effectiviteit meten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

implementatie-intentie

A
  • het gat tussen intentie en gedrag kleiner maken
    ‘als- dan’
    als ik thuiskom dan eet ik gelijk een appel
  • hoe specifieker de intentie hoe effectiever de implemtnatie-intentie (groter kans gedrag wijzigen)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

transtheoretisch model van verandering

A
  • model kan raamwerk bieden bij begeleiden, coachen van individuen die nog niet gemotiveerd zijn gedrag te veranderen, terwijl dat wel wenselijk, noodzakelijk is
  • model helpt begijpen welke soort informaite interventies die gericht zijn op bepaalde doelgroep het bestekunnen bevatten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

veranderingsproces aantal fasen

transtheoretisch model van verandering

A
  • precontemplatiefase (niet bewust)
  • contemplatiefase (erover nadenken, hoe)
  • voorbereiding (plannen en mentaal voorbereiden)
  • actie (actief gedrag veranderen)
  • consolidatie (vasthouden nieuwe gedrag)
  • terugval (terug naar af, weer naar precontemplatie)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

motiverende gespreksvoering (MG)

A
  • helpt mensen steeds een stukje verder te komen in de verschillede fase van transtheoretisch model
  • door het verzwaren van de voordelen van veranderen en minder belangrijk maken van voordelen van huidige situatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

behavioral change techniques (BTC)

A
  • technieken om mensen voor te lichten en te stimuleren hun gedrag te veranderen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Control Theory

A

impliceert dat de volgende BTC’s in combinatie met elkaar moeten worden ingezet (zelfregulatie proces)

  • stellen van helder doel
  • maken van actieplen
  • zelf bijhouden van vooruitgang
  • evauleren en ontvangen van feedback over discrepantie tussen huidige situatie en doel
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly