H7 Mentale Traagheid Flashcards
Bradyfrenie is?
• Wanneer traag denken al voor de klinische blik zichtbaar is spreekt men van bradyfrenie, een term die de Franse neuroloog Naville introduceerde en waarmee hij de traagheid van cognitieve processen als gevolg van de zogenaamde ‘slaapziekte’ beschreef.
Posner en Snyder maakten als eersten een onderscheid tussen 2 kwalitatief verschillende processen:
- Gecontroleerde informatieverwerking heeft plaats in taken die de volledige aandacht en een bewuste inspanning vereisen en die sterk beïnvloed worden door tijdsdruk. Het zijn niet- routinematige taken waarin men niet automatisch kan reageren.
- Automatische informatieverwerking betreft taken waar nauwelijks of geen aandacht voor nodig is. Dergelijke taken lijken volledig automatisch en zonder bewuste controle te worden uitgevoerd.
Shiffrin en Scheider beschrijven 2 soorten aandachtsproblemen die ook in het dagelijks leven van mensen zonder hersenletsel voorkomen en waarbij de snelheid van informatieverwerking een rol speelt.
- Focused attention deficit automatische informatieverwerking interfereert met gecontroleerde informatieverwerking.
- Divided attention deficit het gevolg van de beperkte capaciteit van de gecontroleerde informatieverwerking. Als te veel relevante informatie tegelijk of te snel na elkaar aangeboden wordt dan kan het informatieverwerkend systeem de stroom van gebeurtenissen niet bijhouden. Relevante signalen worden gemist, of de gewenste respons niet uitgevoerd.
Andere onderzoekers zijn van mening dat beperkingen in de snelheid van informatieverwerking niet alleen aandachtsprocessen beïnvloeden, maar de onderliggende oorzaak zijn van veel cognitieve problemen.
Salthouse’s ‘Processing Speed Theory’
- Limited time mechanism de gedachte dat de tijd voor hogere informatieverwerking onvoldoende wordt wanneer een root deel van de verwerkingstijd al opgaat aan het uitvoeren van eerdere, meer basale processen. Vooral relevant wanneer er sprake is van externe tijdslimieten.
- Simultaneity mechanism de aanname is dat informatie uit vroege verwerkingsprocessen verloren gaat voor latere processen door het verstrijken van tijd of door interferentie en dus niet meer relevant is.
Elke discussie over mentale traagheid moet ten minste ingaan op de volgende 4 aspecten:
1) De prestaties van de patiënt op neuropsychologische tests met een snelheidscomponent.
2) De uitvoering van dagelijkse activiteiten (uitvoering vertraagd of kwalitatief minder goed, meer tijd nodig of meer fouten?)
3) De perceptie door de patiënt zelf dat hij trager is geworden, of dat hij onder tijdsdruk moet werken.
4) De secundaire gevolgen van mentale traagheid, zoals vermoeidheid, agitatie, angst of sombere stemming wanneer de patiënt merkt dat hij taken niet meer zo goed kan uitvoeren.
Mentale traagheid en het dagelijks leven: van stoornis naar functioneren
- Mensen met mentale traagheid geven vaak aan dat allerlei dagelijkse activiteiten gepaard gaan met het gevoel dat er niet genoeg tijd is om na te denken en adequaat te handelen.
- Patiënten hadden het echter niet alleen over cognitieve problemen, maar ook over lichamelijke en psychische klachten die aannemelijk samenhangen met mentale traagheid.
- De meerderheid rapporteerde lichamelijke en psychische klachten zoals vermoeidheid, duizeligheid en hoofdpijn wanneer ze meerder dingen tegelijk moesten doen, of wanneer ze merkten dat er niet genoeg tijd was om een taak uit te voeren.
Prevalentie en beloop van mentale traagheid na traumatisch hersenletsel en beroerte
Verschillende studies hebben aangetoond dat traagheid van informatieverwerking een van de meest voorkomende cognitieve stoornissen na traumatisch hersenletsel is.
- Na mild letsel blijkt dat veelal volledig herstel van cognitief functioneren plaatsvindt binnen 1 tot 3 maanden. Ook na matig tot ernstig hersenletsel vindt gedurende de eerste 2 jaar herstel van cognitief functioneren plaats, maar de meeste patiënten blijven ook na 2 jaar nog problemen en klachten ondervinden.
- Na mild hersenletsel verdwijnt de mentale traagheid gewoonlijk binnen 1 tot 3 maanden. Voor patiënten met matig hersenletsel kan tot 6 maanden na het letsel herstel optreden. Voor mensen met ernstig letsel (posttraumatische amnesie van ten minste 1 week) is de traagheid meestal blijvend.
- Traagheid van informatieverwerking is ook een van de meest voorkomende stoornissen na een beroerte, zo niet de meest voorkomende stoornis, vóór neglect, visuospatiële stoornissen, taalstoornissen, en aandacht- en geheugenstoornissen.
- Rasquin na 1 jaar heeft bijna 50% van de patiënten nog steeds een vertraagd tempo van informatieverwerking na de beroerte.
- Traagheid van informatieverwerking komt ook voor bij vele vormen van hersenletsel, onder andere bij patiënten met multiple sclerose en bij patiënten met Organisch Psycho Syndroom op basis van langdurige blootstelling aan oplosmiddelen.
Diagnostiek en behandelindicatie
- Mentale traagheid kan de onderliggende oorzaak zijn van falen op taken die ogenschijnlijk weinig met snelheid te maken hebben, of van het feit dat een patiënt vermoeidheid of angst ervaart.
- Eén manier voor de behandelaar om traagheid te diagnosticeren is het gebruik van gestandaardiseerde neuropsychologische tests met een snelheidscomponent zoals de Symbol Digit Modalities Test (SDMT), de Paced Auditory Serial Addition Task (PASAT), of de Trail Making Test.
- De Mental Slowness Questionnaire (MSQ) is een eenvoudige vragenlijst speciaal ontwikkeld om de subjectief ervaren mentale traagheid te meten.
- Een eenvoudige manier om zowel de snelheid van informatieverwerking als de kwaliteit van de taakprestatie (fouten) in alledaagse taken te meten is de Mental Slowness Observation Test (MSOT). Dit is een semigestructureerde observatie van 4 taken. Aan de patiënt wordt gevraagd een route te beschrijven, per telefoon een aantal treintijden op te vragen, kleingeld te sorteren, en onder tijdsdruk telefoonnummers op te zoeken terwijl hij tegelijkertijd een aantal eenvoudige vragen beantwoordt.
cognitieve hertraining en hoe wordt het ook wel genoemd?
- Deze behandelvorm gaat uit van de assumptie dat cognitieve stimulatie onderliggende cognitieve functies kan verbeteren.
- Functietraining
- Veelgebruikte methoden bij de behandeling van mentale traagheid zijn het door de patiënt onder tijdsdruk laten uitvoeren van computer- en papier-en-potloodtaken. Het idee is dat daarmee de onderliggende cognitieve functie, de mentale snelheid, gestimuleerd en verbeterd wordt.
Rating scale of attentional
• een checklist met 14 items over aandacht geobserveerd in alle daagse activiteiten.
Useful Field Of View- concept
meet de snelheid waarmee iemand meerdere stimuli in zijn visuele veld verwerkt.
Wat is mogelijk kritiek op cognitieve hertraining?
• Er bestaan gegronde twijfels of de effecten van een cognitieve hertraining generaliseren naar andere, niet-getrainde taken en situaties.
Medicamenteuze interventies (wat is het, wnr wordt het toegepast en wnr werkt het goed)
- Psychostimulerende middelen zoals methylfenidaat zijn de meest gebruikte farmacologische middelen voor de behandeling van aandachtsstoornissen ten gevolge van traumatisch hersenletsel.
- Vooral bij kinderen lijkt het middel effectief voor het verbeteren van onder andere de snelheid waarmee informatie verwerkt wordt bij het nemen van beslissingen.
- Het effect op catecholaminerge neurotransmitters verklaart mogelijk het klinisch effect van methylfenidaat: de catecholaminerge neurotransmitterhuishouding die uit balans is bij ADHD, is ook na traumatisch hersenletsel verstoord. Methylfenidaat vergroot de activiteit in het catecholaminerge systeem.
- Resultaten Whyte methylfenidaat heeft een klinisch positief effect op de snelheid van informatieverwerking bij patiënten met matig tot ernstig hersenletsel. Deze effecten waren niet alleen zichtbaar in gestandaardiseerde neuropsychologische tests, maar ook in alledaagse taken in een natuurlijke omgeving.
Strategietraining (wat is het en hoe werkt het)
- compensatietraining gaat ervan uit dat cognitieve stoornissen grotendeels blijvend zijn.
- Herstel van de onderliggende mentale snelheid is derhalve niet het belangrijkste doel. De patiënt leert nieuwe cognitieve strategieën aan waarmee hij zo veel mogelijk compenseert voor de gevolgen van de mentale traagheid. De patiënt gebruikt hiervoor andere intacte, of slechts deels beschadigde, cognitieve functies.
- Compensatie kan verschillende vormen aannemen, bijvoorbeeld door het gebruik van externe hulpmiddelen zoals een notitieblok, of door het gebruik van interne processen zoals zelfinstructie.
- Een belangrijke assumptie van compensatietraining is dat de geleerde strategieën zo algemeen zijn dat ze niet in 1 enkele situatie of activiteit bruikbaar zijn, maar in alle situaties waarin mentale traagheid of tijdsdruk een rol speelt. Dit biedt een krachtige mogelijkheid tot generalisatie van het geleerde naar niet-getrainde taken en situaties.
Training Omgaan met Tijdsdruk
strategietraining gebaseerd op een set cognitieve strategieën die gebruikt kunnen worden om te compenseren voor de gevolgen van vertraagde informatieverwerking in allerlei dagelijkse activiteiten.