Geschiedenis begrippen 1.1 2.2 en 2.4 Flashcards

1
Q

kalender

A

lijst met daarin de dagen, weken en maanden van een jaar.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

kunstenaar

A

iemand die zijn creativiteit gebruikt om iets moois te maken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

maanmaand

A

de tijd waarin de maan eenmaal om de aarde draait (ruim 29 dagen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

mechanisch

A

werkend met een machine

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

ondernemer

A

iemand met een bedrijf

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

tijd van ontdekkers en hervormers

A

vijfde tijdvak (1500-1600)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

vroegmoderne tijd

A

vierde periode (1500-1800)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

zonnejaar

A

de tijd waarin de aarde eenmaal om de zon heen draait (ruim 365 dagen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

concurrent

A

iemand die hetzelfde wil

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Europese expansie

A

uitbreiding van activiteiten van Europeanen buiten Europa vanaf omstreeks 1500

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

hindoeïsme

A

oosterse godsdienst van de hindoes

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

indiaan

A

oorspronkelijke bewoner van Europa

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

inheems

A

afkomstig uit het gebied zelf

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Indië

A

Europese naam voor Zuioost-Azië

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

ontdekkingsreis

A

zoektocht naar onbekend gebied

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Oost-Indië / de Oost

A

Indië, Zuidoost-Azië

17
Q

Nieuwe Wereld (de)

A

Amerika

18
Q

Oude Wereld (de)

A

Europa, Azië en Afrika