Geneeskunde 1C2 VO week 1 Flashcards
Waardoor wordt relatief veel glucose opgenomen in de lever?
Dit is als de insulinespiegel hoog is en de glucagon/adrenaline spiegel laag is (als je in een well-fed state bent) –> er wordt dan meer glucose opgenomen (glucose transporter is niet afhankelijk van de concentratie, hij zit in de lever altijd in het membraan) doordat insuline de glycogenese aanzet (+ glucosekinase en fosfructokinase1 actief maakt)
Doordat glucose in de lever gelijk wordt omgezet naar glycogeen blijft de [glucose] in de cel laag en kan glucose makkelijk van buiten naar binnen
Wat is het lot van opgenomen glucose in de lever?
- Een deel wordt omgezet in glycogeen d.m.v. glycogenese en daarna opgeslagen (voorraad voor 17 uur gecreëerd)
- Ander deel wordt gebruikt voor de vetzuursynthese (acetyl-CoA carboxylase sleutelenzym) bij constante aanvoer van glucose en lactaat
Waardoor is de vetzuursynthese actief in de lever direct na de maaltijd?
Als de [glucose] in het bloed zodanig hoog is dat de insulinespiegel erg stijgt wordt de lever aangezet tot lipolyse (vetzuursynthese) omdat hij het met alleen glycogenese en glycolyse niet redt
Er wordt veel pyruvaat gevormd dat via de citroenzuurcyclus wil gaan, maar deze loopt vast door het grote aanbod –> het zal de cyclus verlaten als citraat wat naar het cytosol migreert –> hiervan worden triglyceriden gemaakt
Via welke route bereikt glucose vanuit de darmcel de spiercel en vetcel?
Glucose in darmcel –> diffundeert passief naar bloedbaan door GLUT5 –> via poortader naar lever –> al het glucose wat hier niet wordt omgezet gaat via het bloed (v. cava inferior) door naar de spieren en weefsels (glucoseopname hier is insuline-afhankelijk)
Via welk mechanisme wordt glucose opname in deze weefsels bevorderd?
Als er een hoge insulinespiegel is dan komen de vesicles met GLUT-4 onder membraan vrij aan de oppervlakte –> hierdoor zijn er transporters die glucose de weefselcellen in kunnen brengen (glucose-opname)
Als de insulinespiegel daalt zullen deze GLUT-4 transporters terug in de vesicles gaan en zal er minder glucose-opname zijn
Wat is het lot van het opgenomen glucose in de spiercel?
Er gebeuren 2 dingen bij:
- Bij genoeg glucose voor verbranding: nieuw glucose wordt omgezet in glycogeen d.m.v. glycogenese
- Als glucose gelijk nodig is voor verbranding: nieuw glucose wordt verbrandt (doorloopt de citroenzuurcyclus) voor ATP
Wat is het lot van het opgenomen glucose in de vetcel?
Een deel van de opgenomen glucose wordt gebruikt voor de energie behoefte, het andere deel: wordt d.m.v. dihydroxyacetoneo-fosfaat (DHAP) naar glycerol-3-fosfaat gevormd –> dit wordt gedefosforyleerd waardoor je glycerol overhoudt –> met dit glycerol kunnen triglyceriden worden gemaakt en wordt het glucose als het ware opgeslagen als vet
Via welke route en in welke vorm bereiken vetzuren vanuit de darmcel de spiercel of vetcel?
Vetzuren worden in de darm terug omgezet naar triglyceriden –> hierna worden ze verpakt in chylomicronen (buitenkant wateroplosbaar laagje fosfolipiden met eiwitten voor de bestemming) –> deze komen via de lymfevaten in het bloed terecht –> daarna gaat het naar vetweefsel en spierweefsel (–> later pas naar de lever)
Via welk mechanisme worden vetzuren in deze weefsels opgenomen?
Als VLDL (direct uit het bloed) en chylomicronen (vanuit de lymfe) met triglyceriden aankomen bij weefsels, worden deze d.m.v. LPL (actief door hoge insulinespiegel in vetcel (in spiercel onafhankelijk ervan)) omgezet in glycerol en FFA (vrije vetzuren) (+ overige stoffen) –> de vrije vetzuren worden opgenomen d.m.v. diffundatie in de weefselcellen –> in vetcellen gebruikt om nieuwe triglyceriden op te bouwen en op te slaan en in spiercellen voor ATP aanmaak
Chylomicronen restanten gaan terug naar de lever (hierin vetzuren gebonden aan cholesterol)
Wat is het lot van de opgenomen vetzuren in de vetcel?
De vetzuren worden d.m.v. palmityol-CoA synthetase (ATP nodig) omgezet in FFA(acyl)-CoA –> hierna vorming van triglyceriden door FFA-CoA met glycerol-3-fosfaat te binden –> deze triglyceriden worden vervolgens opgeslagen
De vetopslag in vetweefsel is insulineafhankelijk, wat zijn 3 processen waardoor insuline de vetopslag bevordert?
- insuline zorgt dat LPL actief wordt, waardoor vrije vetzuren ontstaan en opgenomen kunnen worden voor de vorming van triglyceriden
- insuline zorgt dat er meer glucose wordt opgenomen, d.m.v. GLUT-4 expressie te bevorderen, hierdoor meer vrije vetzuren omzetten naar triglyceriden en ATP productie (nodig voor FFA –> FFA-CoA)
- insuline werkt het vrijkomen van vetzuren uit vetweefsel tegen (tegen enzym HSL), hierdoor voorraad triglyceriden in stand houden
Via welke route en in welke vorm bereiken de meeste vetzuren de lever?
D.m.v. vorming van chylomicronen in de darmcellen die worden afgegeven aan het lymfe en daarna het bloed komen ze in de lever (grootste deel komt gelijk in spier- en vetcellen) –> in de lever worden de chylomicronen (remnants) opgenomen en omgezet in vrije vetzuren
Wat gebeurt er met het in de lever gevormde triglyceride, en wat met het in het vetweefsel gevormde TG?
In de lever: triglyceride vorming uit FFA-CoA en glycerol-3-fosfaat, deze wordt hierna VLDL afgegeven aan het bloed
In vetweefsel: het gevormde triglyceride wordt opgeslagen in het vetweefsel
Wat gebeurt er met glycerol dat ontstaat bij de splitsing van triglyceriden door LPL?
Glycerol dat ontstaat bij de splitsing van triglyceriden gaat normaal terug naar de lever (bij opname in adipocyt kan het namelijk niet voor synthese gebruikt worden (glycerol-3-fosfaat is hiervoor nodig))
Via welke route bereiken aminozuren de lever?
Aminozuren worden opgenomen in de darmen en diffunderen hier naar het bloed –> via de v. portae bereiken deze de lever –> in de lever gebruikt voor netto eiwit synthese