evenwicht en binnenoor Flashcards
Input van evenwichtssysteem
Druk op voetzolen, zicht, gehoor, vestibulair systeem, gravitoreceptoren en somatosensitiviteit.
Output van evenwichtssysteem
Beeldstabilisatie op retina, evenwicht bewaren en ruimtelijke oriëntatie
5 suborganen van het evenwichtsorgaan
2 otolietorganen voor lineaire versnellingen. Zijn sacculus (verticaal) en utriculus (horizontaal)
3 halvecirkelvormige kanalen voor hoekversnellingen (rotaties). Horizontaal/lateraal, anterieur/superior en posterior/inferior.
Ezelsbruggetje: PI SA HOL
Otolietorganen sacculus en utriculus
Bevatten beide otolieten (steentjes in gelei). Door beweging bewegen de otolieten met vertraging, dan buigen de haarcellen onder de gelei. Als beweging richting de langste haartjes (kinocilium) is, vindt depolarisatie plaats. Als buiging richting kortste haartjes (stereocilium) dan hyperpolarisatie.
Werking van otolieten (statolieten of otoconia)
Massa zorgt voor aantrekking door zwaartekracht, gebeurt vooral in de sacculus. Daar is constant afbuiging van haarcellen omdat deze verticaal gericht is en zorgen ook voor liftsensatie
Massa is gelijkgesteld aan traagheid, kracht nodig om bepaalde massa in beweging te krijgen. Traagheid in de steentjes is groter dan in vloeistof. Steentjes blijven dan achter bij beweging en ontstaat afbuiging van haartjes op haarcellen. Geeft verandering in vuurpatroon van afvoerende zenuwen (vooral horizontaal; utriculus)
Cilia/haartjes
Hiertussen zitten tipverbindingen, waarin ionkanaaltjes zitten. in rust staan kanalen open en lopen ionen door de haarcellen. Dan ontstaat synaptische en neurale activiteit. Als versnelling gaan kanalen openstaan en ontstaat excitate, dan ong. 400 AP’s per seconde. Als inhibitie dan nauwelijks-geen AP’s.
Halfcirkelvormige kanalen
Elk kanaal bevat een verdikking: de ampulla. Deze is met endolymfe gevuld. In ampulla ligt de capula (groep haarcellen met membraan eromheen). door hoofdbeweging gaat endolymfe in tegengestelde richting bewegen door massatraagheid en wordt kracht op capula uitgeoefend. Haartjes gaan dan bewegen. Waarnemen rotatie.
VOR/vestibulo-oculair reflex
Zorgt dat hoofdbeweging leidt tot activatie evenwichtszenuw, dan kunnen ogen corrigeren en is beeldstabilisatie.
Als hoofdbeweging naar links is meer activiteit links en rechts minder. Ogen bewegen dan naar rechts. Gaat snel. Als probleem in de halfcirkelvormige kanalen, is beeldstabilisatie slecht en heeft effect op visus.
Nystagmus
Is onwillekeurig en regelmatig, afwisselend langzame (compensatoire) en snelle fase. Richting van nystagmus is richting van de snelle fase.
Draaicirkel die hoofd kan maken is groter dan beweging die de ogen kunnen maken. Dan regelmatig een reset: de snelle fase. Daarna gaat oogbeweging op zelfde manier verder met draaien. Je merkt er niks van. is vestibulaire nystagmus. In trein heb je optokinetische nystagmus.
Nystagmus naar rechts
Hoofd naar rechts, in draaistoel naar rechts, bij acute prikkeling/hyper-reactiviteit rechts of bij uitval links (bijv. na neuritis)
Calorische stimulatie (bij nystagmus)
Op onderzoeksbed, hoofd 30 graden omhoog kantelen zodat horizontale/laterale kanaal dan perfect verticaal staat (zit dan dichtstbij gehoorgang). Dan 250mL water door gehoorgang pompen, 44graden. Warmtegolf door rotsbeen ontstaat. Dan nystagmus naar ipsilaterale/gespoelde kant. Als je koud water doet gaat nystagmus naar contralateraal.
COWS: cold is opposite en warm is same
Differentiaaldiagnose draaiduizeligheid
Hypercentilatie (21%), geen diagnose (13,3%), BPPD (10%), vestibulopathie (9%), onbekend perifeer vestibulair probleem (6%), ziekte van ménière (5%), neuritis vestibularis (4%)
Neuritis vestibularis
Kenmerkend is plotseling hevige vertigo (bewegingssensatie zonder dat die er is). Kan virale etiologie zijn, geen gehoorklachten. Spontane horizontale nystagmus naar gezonde kant. Symptomen nemen af na paar dagen-weken door combi compensatie en spontaan herstel waarbij nieuwe synapsen en neuronen worden gevormd
Behandeling neuritis vestibularis
Herstelt spontaan dus behandeling is niet nodig. Omdat duizeligheid heftig kan zijn kunnen suppressieve middelen worden gegeven en kortdurende bedrust kan worden geadviseerd (maar niet te lang)
BPPD/benigne paroxysmale positieduizeligheid
Kortdurende draaiduizeligheid bij plotselinge verandering van stand van het hoofd. Typische uitlokkers zijn omdraaien in bed of overeind komen uit bed.
Ontstaat door loslatende otoliet, komen vaak in posterieure kanaal (minder in horizontaal en anterieur is zeldzaam). Steentjes gaan bewegen als patiënt beweegt. Dan vestibulaire stimulatie, haarcellen worden actief en dan draaisensatie.