erythematosquameuze dermatosen en eczeem Flashcards
Erythematosquameuze dermatosen
Kenmerkend: roodheid (erytheem), schilfering en scherpe begrenzing (minder duidelijk te zien bij donkere huid, vooral de roodheid).
Psoriasis
Chronische, niet-infecteuze huidaandoening. Scherp begrensde erythemateuze plaques met (witte) schilfering. Soms jeuk, hoeft niet. Onbekende oorzaak, maar vaak combi van aanleg met andere uitlokkende factor erbij. Triggers zijn: streptokokken keelontsteking, B-blokkers, lithium en onbekende. Dit zorgt voor opkomen ontstekingsfactoren.
Kan op elke leeftijd ontstaan, grootste piek tussen 20-30 jaar en kleine tussen 50-60jaar. Kent remissies en exacerbaties
Voorkeurslocaties: strekzijde knieën en ellebogen, stuit en behaarde hoofd, maar kan overal.
Varianten psoriasis
- Punctata (puntvormig)
- Guttata: druppelvormig (klassiek bij streptokokken infectie)
- Nummularis (muntvormig)
- Annularis (ringen)
- Fingurata
- Pustulosa
Topografische varianten psoriasis
- Vulgaris (meest voorkomend, plaques op knie, elleboog, stuit en behaarde hoofd)
- Capitis (hoofdhuid)
- Inversa: in plooien, als liezen
- Palmoplantaris: handpalmen of voetzolen
- Unguium: onder nagels
- Arthropathica: in gewrichten
- Universalis: over hele lichaam
Nagelafwijkingen die kunnen voorkomen bij psoriasis
Olievlekfenomeen (unguium), putjes en/of groeven, distale onycholyse (loslating nagels) en subunguale keratose (eelt onder nagels)
Koebner fenomeen bij psoriasi
Huidafwijkingen groeperen op manier of in vorm die overeenkomt met eerder niet-specifieke irritatie of letsel van de huid. Oorzaak is vaak wond, bijv. na chirurgie, psoriasis vormt dan daarna in die plekken.
Diagnose psoriasis
Klinisch beeld (fam anamnese, roodheid, chronisch, schilfering en goede omgrenzing). Soms histopathologisch onderzoek
Behandeling psoriasis
Goede uitleg, genezing niet mogelijk dus symptomatisch. Starten met lokale therapie: corticosteroïden in combi met vitamine D. direct starten met klasse 3 (evt. 4 als onvoldoende). Als niet werkt-> lichtterapie. Als ook dat niet genoeg-> systeemtherapie (eerst methotrexaat, later biologicals (TNF-a blokkers)). Als stoppen met behandeling komt het direct terug.
Seborroïsch eczeem
Geeft geen jeuk (zoals andere eczeem wel). Kenmerkend: rood-schilferende, minder scherp begrensde plekken.
Voorkeurslocaties: nasolabiale plooien, wenkbrauwen, behaarde hoofd, presternaal en plooien (baby’s).
Sommige mensen reageren gevoeliger op Malassezia, eczeem kan dan ontwikkelen
Diagnose seborroïsch eczeem
Klinisch beeld (rood, schilfering, minder scherp begrensd). Eventueel biopt om andere oorzaken uit te sluiten.
Behandeling seborroïsch eczeem
Ook chronisch, dus symptomatisch. Bij heel milde vorm is alleen indifferente crème voldoende, vaak ook corticosteroïd geven (klasse 1). Imidazoolderivaten gebruiken tegen gist.
Dermatocysten (mycose, epidermomycose, tinea of schimmelinfecties)
Veroorzaakt door schimmels of gisten. Oppervlakkige mycosen van huid, haren en nagels. Microsporum en epidermophyton geven huid- en haarafwijkingen en trichophyton geeft huid-, nagel en haarafwijkingen. Trichopyton komt meeste voor.
Klinisch beeld dermatocysten
Erytheem en squamae, randactiviteit en asymmetrie. Op het behaarde hoofd kan dit ook kale plekken geven (haarzakjes gaan definitief kapot). Door randactiviteit heeft centraal genezen geen zin, want infectie breidt uit naar buiten
Naamgeving dermatocysten
- Tinea manum/pedis: op handen en voeten
- Tinea capitis: op hoofd
- Tinea corporis: op hele lichaam
- Tinea cruris: in liezen
Diagnose dermatocysten en therapie
Klinisch beeld, KOH preparaat of kweek (schilfers afschrapen en opvangen)
Stap 1: lokale anitmycotica (4-6weken), als erg uitgebreide infectie-> systemische behandeling. Andere indicaties orale therapie: mycose behaarde delen, diepe mycosen en onychomycose.
Eczeem
Steriele ontstekingsreactie van huid en is verzamelnaam voor verschillende dermatologische diagnoses. Polymorfe, jeukende dermatose. Histologisch kenmerk is spongiose: oedeem tussen keratinocyten.
Indelen eczeem
Op grond van oorzaak: allergisch contacteczeem, constitutioneel of ortho-ergisch contacteczeem
Morfologische kenmerken: arovesiculeus eczeem en nummulair eczeem
Constitutioneel (atopisch) eczeem
Chronisch, jeukende, familiair voorkomende huidaandoening met recidiverend beloop. Polymorfie: erytheem, squamae, vesikels en papels. Veel mensen hebben het ooit gehad.
Diagnose op basis van: lang bestaande jeukende schilferende huidafwijkingen, typerend tijdsbeloop, positieve fam en aanwezigheid andere atopische ziektes.
Vaak geassocieerd met: hooikoorts, astma, allergische conjunctivitis en voedselallergie
Typerend klinisch beeld bij leeftijdsbeloop
Baby: wangen, hoofd en buik
Schoolleeftijd: vooral in plooien en synchroon op handen en voeten
Volwassene: lichenificatie (verdikking huid door krabben)
Kenmerken constitutioneel eczeem
80-90% heeft chronische infectie met S. Aureus, of herpes simplex. Kan voor overgroei zorgen. Jeuk is belangrijkste klacht, kan zorgen voor slapeloosheid.
Is multifactoriële aandoening: barrière dysfunctie, immuunresponsen, omgevingsfactoren en genetische mutaties.
Allergisch contacteczeem
Type 4, dus vertraagde reactie op bepaald allergeen.
Kan komen op hoofd door haarcosmetica, rond ogen (lenzen, make-up of planten), mond (kunstgebit of tandpasta), oren (sieraden) en oksels (deo).
Mogelijke allergenen: nikkel, smaakstoffen, goud, kleurstoffen etc.
Diagnose allergisch contacteczeem en behandeling
Plakproeven op huid, 2dagen laten zitten en dan bekijken.
Vermijden allergenen
Ortho-ergisch contacteczeem
Irritatie-eczeem door water, zeep of andere irriterende vloeistoffen. Vaak op handen of in luiergebied. Contactallergie uitsluiten
Acrovesiculeus (dyshidrotisch eczeem)
Sterk jeukende blaasjes, vooral laterale zijde vingers en voetzolen. Onbekende oorzaak, atopie speelt grote rol. Is chronisch en moeilijk te behandelen