Deel 9 Flashcards
A: Tring… (FORMAL)
tring…
B: With…
met…
A: You are speaking with…
U spreekt met….
A: We had an appointment at..(time)…to..(what to do)….But I can’t do it because….(reason)
Wij hadden een afspraak voor….om naar……(te komen kijken etc.). Maar ik kan niet want….
A: Can we change our appointment?
Kunnen we onze afspraak verzetten?
B: No problem!
Geen probleem!
A: Does…(time)…suit you?
Past…..voor u?
B: Yes, that’s good/
No, sorry I can’t, then I (reason).
What do you think of (alternative time)?
Ja, dat is goed/
Het spijt me, dan….
Wat denkt u van….
A: Ok, until then
Oké, tot dan!
B: Until then!
Tot dan!
A: Tring… (INFORMAL)
tring…
B: With…
met…
A: Hi! We had an appointment at..(time)…to..(what to do)….But I can’t do it because….(reason)
Daj! Wij hadden een afspraak voor….om naar……(te gaan etc.). Maar ik kan niet want….
A: Can we change our appointment?
Kunnen we onze afspraak verzetten?
B: No problem!
Geen probleem!