De Hullu : Strafrechtelijke causaliteit (behorend bij L3 werkboek) Flashcards

1
Q

Wat is de (theoretische) ondergrens voor causaliteit?

A

Conditio sine qua non

–>

het gedrag moet redelijkerwijs een onmisbare voorwaarde voor het gevolg zijn geweest

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Waar gaat het bij causaliteit om?

A

Om binnen de omvangrijke groep feitelijk onmisbare voorwaarden voor gevolgen een strafrechtelijk relevante oorzaak te selecteren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is de causa proxima theorie?

A

Deze kiest de naaste, dichtstbij zijnde oorzaak als ‘ de juridisch relevante oorzaak”

Nadeel: geeft weinig ruimte om de omstandigheden van het geval in de beoordeling te betrekken en op grond daarvan een uiteenlopend gewicht toe te kennen aan verschillende oorzaken.

  • Laatste belangrijke schakel staa centraal
  • Hoe groter de afstand tussen gedraging en gevolg, hoe moeilijker aan de hand van deze theorie een noodzakelijk verband tussen eea is aan te nemen

= verouderde theorie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is relevantietheorie?

A

selecteert binnen onmisbare voorwaarden voor het intreden van het gevolg de oorzaak of oorzakern die in de optiek van de wetgever voor het delict in kwestie als meest relevant lijkt.

–> het gaat hierbij om voor het delict typische oorzaak waarbij ook de manier waarop het gevolg intreedt van belang kan zijn

= verouderde theorie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is de adequatie theorie?

A

in deze theorie staat de voorzienbaarheid van (de kans op) een bepaald gevolg voor de verdachte

  • sterk geobjectiveerd en geabstraheerd

= oude theorie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is het sinds 1978 door de HR aanvaarde criterium voor strafrechtelijke causaliteit?

A

de redelijke toerekening

Het gaat om toerekening aan de verdachte dat zijn gedrag tot een gevolg heeft geleid

  • subjectieve zijde ook van belang
  • redelijke toerekening is vn belang bij oorzakelijk verband tussen nalaten en ingetreden gevolgen
  • dat anderen ook aansprakelijk zijn staat in deze leer strafrechtelijke causaliteit en aansprakelijkheid niet in de weg
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Leiden verschillende causalteitscriteria tot verschillende uitkomsten?

A

Ja, dat kan maar hoeft niet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is van belang bij toepassing van het criterium van de redelijke toerekening?

A
  • concretisering
  • motivering

dus:

  • bijzondere omstandigheden van het geval die relevant zijn voor het causaliteitsoordeel moeten zoveel mogelijk worden vastgesteld en verwoord.

In de eerste plaats gedrag van verdachte

In de tweede plaats kan de mate van schuld van de verdachte die ook tot uitdrukking kan komen in de aard van het delict een rol spelen

Andere criteria zijn veelal ondersteunend aan het criterium van de redelijke toerekening

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly