Circulatie Flashcards
Bloed
Bindweefsel met vloeibare matrix (plasma) + cellen
Bloed functies
Transport van O2, CO2, voedingsstoffen & afvalproducten
Regulatie van lichaamsfuncties
Bescherming tegen invasie & beschadiging
Samenstelling bloed plasma
- Water (92%)
- Nutriënten, afvalproducten, hormonen
- Ionen
- Plasmaproteine
Erythrocyten
Rode bloedcellen
Bevatten hemoglobine
Hematocriet-waarde
Totale bloedvolume ingenomen door rode bloedcellen
Leukocyten
Witte bloedcellen
Kunnen uit bloedvaten migreren
Zijn granular of agranulair
Thrombocyten
Bloedplaatjes
Zorgen voor bloedklontering
Celfragmenten afkomstig uit megakaryocyten in beenmerg
Antistollingsfactoren
- Heparine
- Hirudine (speeksel bloedzuigers)
- Desmoteplase (speeksel vampiers)
Circulatie invertebrates
Geen bloedvaten systeem
Circulatie sponzen
Water via osculum
Circulatie neteldieren
Water via Gastrovasculaire holte
Circulatie nematoda
Verteringskanaal voor circulatie
Opencirculatie
Geen onderscheid tussen de circulerende en extracellulaire vloeistof
Gesloten circulatie invertebrates
Apart circulerend vocht in bloedvaten van en naar het hart
Pulmonaire circulatie
Transport bloed tussen hart en longen
Systemische circulatie
Transport bloed tussen hart & rest van het lichaam
Rechter atrium
Ontvangen zuurstof arm bloed
Linker atrium
Ontvangen zuurstofrijk bloed
Artioventriculaire kleppen (AV)
Tussen atria en ventrikels
Tricuspidale klep
Mitrale klep
Semilunaire kleppen
Uitgang ventrikels
Pulmonale klep
Aorta klep
Sino-atriale knoop (SA)
= pacemaker
Ligt in rechter atrium
Belangrijk voor spontaan hartritme
Hartcyclus
- Membraandepolarisatie in sino-atriale knoop
- Depolarisatie verspreid naar atrioventriculaire knoop (AV)
- Gaat verder door naar bundel van His
- Tot aa purkijne vezels
- Contractie myocardial cellen
1ste piek elektrocardiogram (P)
Depolarisatie an atria = atria systole
2de piek elektrocardiogram (QRS)
Depolarisatie van ventrikels = ventriculaire systole
3e piek elektrocardiogram (T)
Repolarisatie van ventrikels = ventrikel diastole
Cyclus van het bloed
Hart - arteries - arteriolen - capillairen - venules - venen - hart
4 weefsellagen arteries & venen
Endotheel - elastisch bindweefsel - spierlaag - bindweefsel
Wand capillaire
1 laag endotheel
Vasoconstriction
Contractie gladde spierlaag
Verhoging van de weerstand
Verlaging van bloedstroom
Vasodilatie
Relaxatie gladde spieren
Verlaagd de weerstand
Verhoogd de bloedstroom
Veneuse pomp
Contractie van skeletspieren rond venen
Bloed terug naar het hart
Functie lymfatisch systeem
Drainage van overtollig vocht uit weefsels
Terminale zones
Plaats van lymfocyt activatie
Cardiale output
Bloed dat per minuut uit ventrikels wordt gepomp
Afhankelijk van hartfrequentie & slagvolume
Bloeddruk
Cardiale output x weerstand bloedvaten
Baroreflex
- Detectie veranderingen in bloeddruk door bbaroreceptoren in wand van aorta/carotis
- Verlaagde/verhoogde impulsen van baroreceptoren naar cardiaal centrum
Cardiaal centrum
In medulla oblongata
Regelt hartritme & slagvolume
Cardio-accelerend
Vrijgave van noradrenaline door sympatisch neuron
Verhoging hartritme & slagvolume
Cardio-inhiberend
Vrijgave van acethylcholine door parasympatisch neuron
Verlaagt hartritme & slagvolume