Bloedsomloop Flashcards
Intro hart -en bloedvatenstelsel
- bevloeiingssysteem dat bloed rondpompt
- transport zuurstof en andere belangrijke stoffen
- afvoer afvalstoffen
- verdedigen tegen ziekte
=> transport van hormonen en geneesmiddelen - regelen lichaamstemperatuur
=> te warm? -> bloedvaten uitzetten
=> te koud? -> bloedvaten samentrekken
Locatie van het hart
retrosternaal, achter het borstbeen (sternum)
Opbouw van het hart
- spier, wand bestaat uit 3 delen
binnenste laag = endocardium
spierlaag = myocardium
buitenste laag = epicardium - zuurstof via eigen bloedvoorziening
- bestaande uit 2 holle spieren: kamer -en voorkamerspier
beide spieren door bindweefselring gescheiden
beide helften door spierwand gescheiden
Anatomie hart: afgelegde weg van het bloed
- bovenste -en onderste holle ader (vena cava superior -en inferior)
- rechter atrium (boezem)
- tricuspidalisklep
- rechter ventrikel (kamer)
- pulmonalisklep
- longslagader (arteriae pulmonariae)
- longader (venae pulmonariae),
- linker atrium (boezem)
- mitralisklep
- linker ventrikel (kamer)
- aortaklep
- aorta
Namen van de hartkleppen
in volgorde, beginnende bij holle aders
1) tricuspidalisklep
2) pulmonalisklep
3) mitralisklep (= semilunaire -of halfmaanvormige klep)
4) aortaklep (= semilunaire -of halfmaanvormige klep)
Functie hartkleppen
passief orïenteren van bloedstroom bij hartsamentrekkingen
De 3 soorten bloedvaten
- slagaders (arteriën)
zuurstofrijk bloed van hart naar lichaam (buiten longslagaders)
breed en elastisch (grote druk van gepompt bloed)
deze druk is hartslag
vertakt in haarvaten - haarvaten (capillairen)
fijne bloedvaatjes als netwerk door weefsels
dunne wand: weefsel kunnen stoffen uit bloed opnemen via poriën - aders (venen)
zuurstofarm bloed van lichaam naar hart (buiten longaders)
minder sterke wand dan slagaders
Samenstelling van het bloed
- volwassene: 5-6 L bloed
- pasgeborene: 1 L bloed
- bloedplasma (55%), 92% water + 8% eiwitten
- hematocriet (45%), vaste bestanddelen
- > rode bloedlichaampjes, witte bloedlichaampjes, bloedplaatjes
Informatie bloedplasma
- geelachtige vloeistof met bloeddeeltjes
- water + opgeloste stoffen: glucose, mineralen, …
- eiwitten: albuminen, globulinen, fibrinogeen
allemaal andere functie
Informatie hematocriet
-rode bloedcellen (erythrocyten): transporteren zuurstof
-> adhv. hemoglobine, gemaakt in rode beenmerg, leven 120 dagen
-> 5.000.000 rode bloedcellen per mm³ bloed
hoe meer rode bloedcellen, hoe meer zuurstoftransport
- witte bloedcellen (leucocyten): wachtposten, patrouilleren bloedstroom
- > gemaakt in beenmerg
- > 10.000 per mm³
- bloedplaatjes (thrombocyten): rol bij bloedstolling
- > 150.000-300.000 per mm³
Wat is hoogtetraining?
- legale manier om meer rode bloedcellen te krijgen
- op hoogte trainen -> zuurstofconcentratie bloed veel lager
=> nieren reageren, maken erythropoetine (EPO) aan
=> rode beenmerg maakt meer rode bloedcellen aan als reactie EPO - meer bloedcellen => bloed dikker => kan dodelijk zijn
- EPO uit lab is illegaal = doping
Waarom zorgt een ijzertekort voor vermoeidheid?
- hemoglobine = globine + heemgroep
- heemgroep bevat ijzer
-ijzertekort
=> dezelfde productie van rode bloedcellen
=> minder zuurstofcapaciteit van rode bloedcellen
=> minder energie
Kleine bloedsomloop
weg die bloed aflegt
- start: via rechter kamer naar longslagader (zuurstofarm)
- door: de longen
- einde: via longslag naar linker boezem
koolstofdioxide wordt afgescheiden
zuurstof wordt opgenomen
Grote bloedsomloop
weg die bloed aflegt
- start: via linker kamer naar aorta
- door: lichaamsaders (heel het lichaam)
=> 1 voor het hart
=> 1 voor de hersenen
=> 1 voor de rest van het lichaam
- einde: via holle aders naar rechter boezem
Veneuze terugstroom
- ontdanks lage druk kan bloed terug in rechter boezem gepompt worden
zelfs tegen zwaartekracht in - dankzij 3 mechanismen:
1) kleppen in de grote aders
2) spierpomp
3) ademhalingspomp
Informatie kleppen in de grote aders
- voornamelijk in aders (venen)
- terugslagkleppen
=> bloed kan niet terugstromen
Informatie van de spierpomp
- Samentrekkende spieren drukken afwisselend tegen de wand van aders
- > pompmechanisme
- bij inspanning hartminuutvolume op peil houden
anders te lage bloeddruk
Informatie ademhalingspomp
- borstholte is luchtdicht afgesloten
van buikholte gescheiden door diafragma
-inademen
=> V borstholte groter, buikholte kleiner
=> druk in borstholte kleiner
=> bloed aangezogen naar borstholte, waar hart zich bevindt
Functie van het hart
- zorgt voor drukverschil
=> hoge druk = systole
=> lage druk = diastole - samentrekken, systole
=> bloed wordt verspreid door lichaam - ontspannen, diastole
=> hart wordt gevuld met bloed
De harttonen
- tijdens hartcyclus zijn er 2 tonen
1e = sluiten van hart-boezemkleppen
2e = sluiten van semilunaire kleppen
=> je hoort trillingen in het bloed door sluiting van de kleppen