Behavior modification: Hoofdstuk 4 Flashcards
Base line
Het gebruikelijke gedrag wordt gezien als de basis. Dit wordt gecreëerd om te bepalen of het gedrag van het individu verandert door middel van een behandeling.
Positieve bekrachtiging
Wanneer een individu in een gegeven situatie iets doet en direct na zijn actie een positieve respons krijgt. Als op het gedrag een reinforcement volgt, zal dat gedrag toenemen.
Negatieve bekrachtiging/ escape conditioning:
Een actie die een individu onderneemt, waardoor de negatieve consequentie stopt.
Contingencies of reinforcement
In het dagelijks leven komen dingen steeds op ons af met behulp van antecedenten. Antecedenten worden gevolgd door gedrag, waarop een consequentie volgt. De hele ketting samen noem je een contingencies of reinforcement.
Bijvoorbeeld: We zien een koffieautomaat, (antecedent), we drukken op het startknopje (gedrag), we ontvangen koffie (consequentie)
Consumeerbare bekrachtiging
Hiermee wordt een beloning met eetbare artikelen bedoeld.
Activiteiten bekrachtiging
Een beloning in de vorm van een activiteit.
Manipulatieve bekrachtiging
Een beloning in de vorm van spelen met het favoriete speelgoed.
Possessional bekrachtiging
Een beloning in de vorm van iets kunnen bezitten.
Sociale bekrachtiging
Hier wordt o.a. knuffelen, schouderklopjes en glimlachen verstaan.
Deprivatie
Duidt aan hoe lang een individu geen beloning heeft gekregen
Satiation
Hiermee wordt bedoeld dat wanneer een individu overladen wordt met beloningen, de beloning op een gegeven moment geen nut meer heeft.
Motivatie operaties
Deprivatie en satiation kunnen het effect van een beloning aantasten. Wanneer een beloning een andere reactie uitlokt wordt dit een ongeconditioneerde MO genoemd.
Bekrachtiger immediacy
Voor een maximaal effect moet je de bekrachtiger gelijk geven na het gewenste gedrag.
Contingent
Als een beloning wordt geïntroduceerd na het gedrag en gerelateerd is aan het gedrag dat je wilt veranderen.
Niet contingent
Als een beloning wordt geïntroduceerd op een willekeurig tijdstip en wordt het gedrag dat je wilt veranderen alleen benoemd.
Natural environment
Gedrag dat elke dag voorkomt in de natuurlijk omgeving
Natural reinforcer
Beloning die worden gegeven gedurende die dag worden gezien als natuurlijke beloningen.
Programmed reinforcer
Beloningen die worden gegeven met voorbedachten rade en waar is over nagedacht.
Premack principe
Hieronder verstaan we de mogelijkheid om een zeer waarschijnlijk gedrag te gebruiken om een gedrag dat minder vaak voorkomt te doen toenemen.
Bijvoorbeeld: Bij iemand met een lage zelfwaardering: voor het slapen gaan (vaak voorkomend gedrag) aan iets positiefs over jezelf denken (niet vaak voorkomend gedrag).
Tangible rewards
Een tastbare beloning. Mogelijk zou dit een negatief effect kunnen hebben op de intrinsieke motivatie.
Adventitious reinforcement (onvoorzien bekrachtiging)
Als een positieve beloning wordt gegeven op negatief gedrag, dit gaat per ongeluk.
substitious behavior
Gedrag dat wordt bekrachtigd en vaker wordt gedaan.
Non-contingent reinforcement
Een reinforcer die we zomaar ineens krijgen, zonder dat er een duidelijke reden aan vooraf is gegaan.
behavior trap
Wanneer een geprogrammeerde beloning overgaat in een natuurlijke beloning.