3B1 week 4 HC 3 Centrale gehoor Flashcards
Waaruit bestaat de centrale verwerking van geluid?
- Nervus cochlearis
- a. Nucleus cochlearis ventralis
b. Nucleus cochlearis dorsalis - a. Olivia superior
- Nucleus lemniscus lateralis
- Colliculus inferior
- Corpus geniculatum mediale (thalamus)
- Auditieve cortex
Wat zijn kenmerken van monauraal richtingshoren?
- Door richtingsafhankelijk filter groeven en vouwen pinna (overdrachtsfunctie buitenoor)
- In verticale vlak
Wat zijn kenmerken van binauraal richtingshoren?
- Vergelijking beide oren: ILD en ITD
- In horizontale vlak
Hoe werkt binauraal richtinghoren?
- Interaural time difference (ITD): verschillen in fase (bij laagfrequente geluiden) -> mediale kern olivia superior (MSO)
- Interaural level difference (ILD): verschillen in intensiteit/amplitude (bij hoogfrequente geluiden) -> corpus trapezoideum remt laterale kern olivia superior (LSO)
Hoe werkt de mediale olivia superior?
Coïncidentie detectie: gelijktijdige EPSP’s van links en rechts leiden tot actiepotentiaal
- Bij laagfrequentie geluiden (<1,5 kHz)
- Faseverschillen (ITD)
Hoe werkt de laterale olivia superior?
Balans tussen contralaterale remming door corpus trapezoideum en ipsilaterale excitatie door nucleus cochlearis ventralis
- Bij hoogfrequente geluiden (>3 kHz)
- Intensiteitsverschillen (ILD)
Wat zijn kenmerken van BERA?
Brainstem evoked response audiometry
- EEG: synchrone potentiaal reactie op specifieke tonen
- Normale centrale geleidingstijd is 4 ms
- Bij baby’s, kinderen of onmogelijkheid voor toondrempelaudiogram middenoorafwijkingen vaststellen (perceptief gehoorverlies of n. vestibulocochlearis agenesie)
Waar vindt je tonotopie?
- Cochlea (cellen bij elkaar)
- Nervus cochlearis (vezels bij elkaar)
- Auditieve schors: hoog frequent dorsaal, laag frequent ventraal
Waar ligt de auditieve cortex?
- Rondom laterale sulcus
- Dichtbij gebied van Broca en gebied van Wernicke
Wat zijn kenmerken van de centrale geluidsverwerking?
- Veel parallele systemen
- Commissurale verbindingen (commisura colliculus inferior en corpus callosum) -> monaurale doofheid is dus een perifeer defect
- Rangschikking op tonotopie, amplitude modulatie, frequentie modulatie en geluidsrichting
- Nauw verweven met spraak en taal
Wat is het cocktailparty fenomeen?
Achtergrondgeluid maskeert het gesprek dat je voert
- Dit is sterker als spectrale inhoud meer overlap vertoont (kritische bandbreedte van interesse)
Hoe kun je een gesprek voeren in een rumoerige omgeving?
- Sorteren van geluiden (stream segregration): locatie, toonhoogte, klankkleur, intensiteit, frequentie (spectrotemporele overlap)
- Selectieve aandacht door centrale mechanismen (bv laterale inhibitie)
-> moeilijker bij slechthorendheid (verlies buitenste haarcellen)
Wat is de middenoorreflex?
Verstijving gehoorbeentjes door contractie van m. stapedius (n.facialis) en minder m. tensor tympani (n.trigeminus)
- Verzwakking harde geluiden (>85 dB) beneden 2 kHz (tot 25 dB)
- Binauraal
Wat is de functie van het middenoorreflex?
Bescherming cochlea tegen overstimulatie door laagfrequentie geluiden (behalve impulsgeluiden door 100 ms reactietijd)
- Treedt ook op als je zelf geluid maakt
Wat zijn kenmerken van de intensiteit van geluid?
- Zegt iets over de sterkte (luidheid) van een geluid
- Meerdere gelijktijdige geluiden mogen worden opgeteld
- Bij elke logaritmische stap +10 dB
Wat zijn intensiteitsverhoudingen?
10 log (I1/I2):
-> x1 = +0 dB
-> x2 = +3 dB
-> x4 = +6 dB
-> x10 = +10 dB
-> x100 = 20 dB
-> x1000 = 30 dB
Hoe kun je geluidssterkte uitdrukken?
- Sound pressure level als referentie (20 microPa)
- Hearing level als referentie (toon met dezelfde frequentie die net hoorbaar is)
Wat is witte ruis?
Intensiteit van geluid gelijkmatig verdeeld over een band van frequenties (bandbreedte)
- Bredere ruisbanden vereisen sterkere toon voor waarneming
- Kritische bandbreedte: verdere verbreding heeft geen effect op drempel
Welke testen kun je doen om het gehoor te onderzoeken?
Proeven van Schwabach, Rinne en Weber
- Onderscheid conductief of perceptief gehoorsverlies
Hoe werkt de proef van Rinne?
Stemvork op mastoïd, voor oor houden zodra geluid niet meer wordt gehoord
- Positief (geluid weer hoorbaar): normaal functionerend buitenoor en middenoor, dus geen conductief gehoorsverlies
Hoe werkt de proef van Weber?
Stemvork op voorhoofd houden (binnen en middenoor bypassen)
- Symmetrisch: normaal
- Best hoorbaar in oor zonder gehoorverlies: perceptief verlies
- Best hoorbaar in oor met gehoorverlies: conductief verlies
Hoe werkt de proef van Schwabach?
Stemvork op mastoïd patiënt tot niet meer hoorbaar, daarna op eigen mastoïd plaatsen
- Verkort bij perceptief verlies, eventueel verlengt bij conductief verlies
Met welke testen kunnen gehoorsafwijkingen worden vastgesteld?
- Otoakoestische emissie (OAE)
- Hersenstamaudiometrie (BERA)
- Elektrocochleografie (EcoG)
Hoe werkt otoakoestische emissie?
Regristratie spontane of evoked emissies met microfoon in gehoorgang
- Informatie over functioneren binnenoor (perceptief gehoorverlies)
Hoe werkt elektrocochleografie?
Elektrische spanningsvariaties in cochlea en n. cochlearis meten
- Informatie over plaats laesie binnen cochlea
Wat zijn kenmerken van perceptief gehoorverlies?
Door cochlea/trilhaar afwijkingen
- Rinne: positief
- Weber: best hoorbaar in goede oor
- Schwabach: verkort
Wat zijn kenmerken van conductief gehoorverlies?
Door geleidingsstoornissen
- Rinne: negatief
- Weber: best hoorbaar in aangedane oor
- Schwabach: normaal of verlengd
