3.1 Herhaalde metingontwerp Flashcards

1
Q

U kunt de herhaalde-metingenanalyse ook gebruiken om een voor- en een nameting van een experiment te vergelijken. Wat is het voordeel en het nadeel hiervan?

A

Het voordeel van de herhaalde-metingenanalyse is in dit geval dat u geen verschilscore hoeft te berekenen.

Het nadeel is dat de output van de herhaalde meting echter wel wat complexer is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Waar gaat het om bij herhaalde metingen?

A

Bij herhaalde metingen gaat het om het verschil tussen de gemiddelden van metingen die aan elkaar gerelateerd zijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wanneer is er sprake van herhaalde metingen?

A

Metingen kunnen, net als bij de gepaarde t‐toets, om diverse redenen aan elkaar gerelateerd zijn.

  1. Zo is er sprake van aan elkaar gerelateerde metingen wanneer dezelfde meting is verricht bij mensen die bij elkaar horen.
    Stel dat een onderzoeker geïnteresseerd is in de positie van het jongste kind in grote gezinnen. In elk gezin ondervraagt ze beide ouders, en het oudste en het jongste kind uit gezinnen met minstens vier kinderen. Het gezin is dan de onderzoekseenheid met metingen op diverse variabelen. De meting bij moeders kan vergeleken worden met de meting bij vaders, met de meting bij het oudste kind en met de meting bij het jongste kind. De meting bij vaders kan vergeleken worden met de meting bij het oudste en jongste kind, de metingen bij de oudste en jongste twee kinderen kunnen vergeleken worden, enzovoorts.
  2. Ook is er sprake van herhaalde metingen als het gaat om metingen van variabelen die verricht zijn bij eenzelfde persoon, zoals het geval is bij het oordeel over vijf verschillende muziekstukken, waarbij het oordeel over het eerste muziekstuk vergeleken kan worden met het oordeel over het tweede muziekstuk, over het derde, enzovoorts.
  3. In het onderzoek naar gebruik van de sportzaal van het ICT-bedrijf, kan de meting voorafgaand aan de voorlichting vergeleken worden met de meting direct na de voorlichting en met de meting twee maanden na de voorlichting.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Bij herhaalde metingen gaat het om de within-groups variance en de between-groups variance, net als bij de variantieanalyse.
Wat is echter het verschil met variantieanalyse?

A

Uiteraard is er een verschil met de variantieanalyse, want bij herhaalde metingen gaat het niet om metingen binnen groepen maar om metingen binnen individuen. Het gaat dus niet om de individuele variatie binnen groepen en om de variatie tussen groepen, maar om de individuele variantie binnen individuen en om de variatie tussen metingen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Bij een herhaalde-metingenanalyse is ook een factorieel ontwerp mogelijk door middel van het opnemen van…

A

between-subjects-factoren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat voor ontwerkp is een one-way RM-ANOVA?

A

binnenproefpersoonontwerp,

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Betekent herhaalde meting automatisch chronologie?

Hoe kunnen ‘herhaalde metingen’ het beste worden gezien?

A

Nee. Simpel gezegd: er hoeft niet ‘over tijd’ iets herhaald te worden. Een voormeting-nameting-followup is een klassiek soort herhaaldemetingenontwerp, maar een ontwerp waarin alle proefpersonen alle (experimentele) condities doorlopen kan ook een herhaalde meting zijn. Bijvoorbeeld, wanneer proefpersonen op de computer de neutrale controlestimuli krijgen (zoals landschapsplaatjes) afgewisseld met negatieve-affectstimuli (verontrustende plaatjes), en positieve affectstimuli (leuke plaatjes). In dit geval zijn alle drie condities (neutral, negatief, positief) door alle proefpersonen doorlopen. Zie herhaalde metingen dus als een situatie met ‘meerdere afhankelijke variabelen’.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is de assumptie van sphericity?

A

Net als bij een ANOVA berust een herhaalde-metingenanalyse op de aanname dat de variabiliteit tussen meetmomenten grofweg vergelijkbaar is. Sphericity is eigenlijk de assumptie van homogeniteit van varianties, maar wordt anders berekend.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is belangrijk bij de assumptie van sphericity?

A

Omdat sphericity gedefinieerd wordt op basis van ‘paren van herhaalde metingen’, is sphericity altijd assumed bij slechts twee herhaalde metingen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Als u een herhaalde-metingenanalyse uitvoert met drie of meer meetmomenten wordt er standaard welke test gedaan?

Wat betekent het als deze significant is?

A

Mauchly’s test om te bepalen of er sprake is van sphericiteit.

Als deze significant is, is de voorwaarde voor de herhaalde-metingenanalyse geschonden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat zijn de consequenties van het overtreden van de sphericiteit’s aanname?

A

Leidt tot een verlies van power en een F-statistiek dat niet de distributie heeft dat het hoort te hebben.
Daarnaast geeft het complicaties voor post-hoc test:
- Bonferroni is het meest robuust als sfericiteit is geschonden.
- Als sfericiteit zeker niet geschonden is, dan Turkey’s test.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Is de Mauchly’s test waardevol?

A

Nee, moet altijd gezien worden in de context van sample size.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wanneer een Mauchly’s test significant blijkt, is de voorwaarde voor sphericiteit dus geschonden. Wat moet er dan worden gedaan?

Welke correctie moet je toepassen als de Greenhouse-Geisser epsilon >.75 is?
En als deze <.75 is?

A

Het aantal vrijheidsgraden aanpassen.

Als Greenhouse-Geisser epsilon > .75, gebruik dan de Huyn-Feldt correctie
Als Greenhouse-Geisser epsilon < .75, gebruik dan de Greenhouse-Geisser.

Simpel ezelsbrugje: Als epsilon kleiner is dan .75, dan is er Grof-Geschut nodig, dus Greenhouse-Geisser.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Hoe verschilt een herhaalde-metingen-ANOVA van een one-way ANOVA?

A

De F-waarde wordt op dezelfde manier berekend, echter een herhaalde-metingenanalyse heeft betrekking op individuen in plaats van op groepen zoals bij een one-way ANOVA.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Hoe wordt de mean sum of squares (=variantie) berekend?

A

SSm (variatie dat het model verklaart) en SSr (variatie door externe factoren) corrigeren voor het aantal observaties waarop ze zijn gebaseerd.
Dus: SSm en SSr los van elkaar delen door de desbetreffende vrijheidsgraden wordt de variantie (MSm en MSr).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat zegt de F-waarde?

A

De F-waarde zegt iets over de verhouding tussen systematische verschillen tussen herhaalde metingen en de individuele verschillen tussen die herhaalde metingen. Vergelijkbaar met hoe de F-waarde in de one-way ANOVA werd berekend.

F = MSm / MSr

17
Q

De standaard post-hoctest is niet beschikbaar voor within-subjects-factoren bij herhaalde metingen.
Wat is een alternatieve oplossing?

A

Een alternatieve oplossing is om door middel van het vergelijken van hoofdeffecten in het optiesmenu toch een soort post-hoctoets uit te voeren. U dient hier dan Bonferroni te selecteren. Ook is het raadzaam om beschrijvende statistiek aan te vinken ten behoeve van de interpretatie.

18
Q

Wat wordt er gedaan bij post-hoctoetsen?

A

Bij post-hoctoetsen worden alle herhaalde metingen met elkaar vergeleken. U kunt hier dus zien welke significant van elkaar verschillen.

19
Q

Hoe vindt je de effect sizes bij repeated measures ANOVA in SPSS?

A

Berekening van de effectgrootten en hoe deze te interpreteren. Fields favoriet: de omega-kwadraat krijgt veel liefde in deze paragraaf, maar toch een waarschuwing: met de hand omega-kwadraat berekenen in herhaaldemetingenontwerpen is een vorm van zelfkastijding.

Belangrijk: Het staat u volledig vrij om in SPSS de effectgrootte op te vragen (onder options: vink ‘estimates of effect size’ aan). SPSS geeft vervolgens in de ANOVA output ook een kolom met de partial eta-squared. In deze cursus wordt deze effectgrootte ook als een acceptabele maat gezien.

20
Q

Net als bij een ANOVA berust een herhaalde-metingenanalyse op de assumptie van homogeniteit van
varianties. Wat voor aanname is dit?

A

Dit is de aanname dat de variabiliteit tussen meetmomenten grofweg vergelijkbaar is

21
Q

Hoe heet de assumptie van homogeniteit in varianties?

A

Sphericity

Het gaat op basis van paren van herhaalde
metingen. Sphericity is dus altijd gebaseerd op slechts twee herhaalde metingen.

22
Q

Waar wordt Mauchly’s test voor gebruikt?

Wat betekent het als deze significant is? 2x

A

De normaliteit van varianties wordt getoetst. Als deze significant is, is er een
significant verschil en is de aanname van sphericity geschonden.

 Significant > Sphericity geschonden > Power daalt.

 Significant > Sphericity geschonden > Bonferonni beste keuze.

23
Q

Als de Mauchly’s test significant is, daalt de power dus. Wat moet je dan doen?

A

Er kan een aanpassing gedaan worden om
toch een betrouwbare F-waarde te krijgen. Dit kan door de vrijheidsgraden aan te passen. Er wordt
hiervoor gekeken naar de Greenhouse-Geisser epsilon: deze toetst de mate (df) van sphericity.

  1. Greenhouse-Geisser Epsilon > .75 Gebruik Huyn-Feldt correctie.
    »De sphericity-schending is een lichte schending.
  2. Greenhouse-Geisser Epsilon < .75 Gebruik Greenhouse-Geisser (‘grof geschud’ nodig).
    » De sphericity-schending is een forse schending

Huy-Feldt en Greenhouse-Geisser: hoe dichter beiden bij 1 liggen, hoe perfecter de spheriticity.

24
Q

Wat betekent SSw?

A

Hoeveelheid variatie binnen een deelnemer.

25
Q

Wat betekent SSm?

A

Hoeveelheid variatie in het model.

26
Q

Wat betekent SSr?

A

Hoeveelheid variatie door externe factoren: SSW - SSM

27
Q

Wat betekent MSm?

A

Gemiddelde variantie in het model: SSM / dfM

28
Q

Wat betekent MSr?

A

Gemiddelde variantie door externe factoren (= onsystematisch): SSR / df

29
Q

Wat betekent de F-waarde?

A

Verhouding tussen systematische verschillen bij herhaalde metingen: MSm / MSr