1.3 Experimenten Flashcards
Wat is het verschil tussen een zuiver experiment en een quasi-experiment?
Zuiver: randomisatie wordt toegepast om proefpersonen aan experimentele condities of manipulaties toe te wijzen.
Quasi: geen randomisatie.
Wat is de kern van randomisatie?
De kern van de randomisatie is dat iedere eenheid die geobserveerd wordt, meestal de proefpersoon, in het experiment evenveel kans moet hebben gehad om in een van de experimentele condities terecht te komen.
Wat zijn between-subjects designs/tussenproefpersonendesigns?
Studies waar iedere proefpersoon aan slecht een enkele experimentele conditie wordt blootgesteld.
Wat zijn within-subjects designs/binnenproefpersonendesigns?
Alle proefpersonen worden aan alle experimentele en controlecondities blootgesteld.
Wat is counterbalancing?
Vorm van controle bij within-subjecsts designs, waarbij de ene helft van de groep de ene conditie eerst krijgt en daarna de andere, en de andere helft van de groep andersom.
Wat zijn mixed-designs?
Wat is een voorbeeld van een mixed designs opzet?
Een mix van tussen- en binnenproefpersonendesigns.
For example, a researcher might use a mixed design to study the influence of different types of music on relaxation. He or she could divide participants into a control group (listening to no music) and two experimental groups (one listening to classical music and one listening to rock music).
Wie heeft het concept van controle bedacht?
En hoe wordt de methode ook wel genoemd?
filosoof John Stuart Mill
Mill’s methode
Mill vatte de eisen samen in de taal van logica, en stelde dat experimenten twee vormen van bewijs moesten leveren. Welke 2?
- Method of agreement.
Experimentele groep: Als X, dan Y - Method of difference.
Controlegroep: Als -X, dan -Y.
Welke stelling uit de rechtbank is van toepassing bij experimenteel onderzoek wat betreft Mill’s methode?
Onschuldig tot schuldig bewezen.
Het is niet altijd ethisch of praktisch om een controlegroep toe te voegen. Wat is dan een oplossing?
Wachtlijstconditie
Wat zijn alternatieven van randomiseren, waarbij allerlei externe factoren die, naast of in plaats van de experimentele variabele, effect kunnen hebben op de afhankelijke variabele, onder controle kunnen worden gehouden?
Matchen of homogeniseren
Wat is matchen of homogeniseren?
Er wordt geprobeerd de experimentele en de controlegroep gelijk te maken op een aantal externe bekende kenmerken waarvan men denkt dat ze in belangrijke mate van invloed zijn op de afhankelijke variabele.
Wat zijn 2 manieren van matchen?
- Precisiecontrole
- Globale controle
Wat wordt er gedaan bij precisiecontrole?
Men probeert voor elke proefpersoon in de experimentele groep een proefpersoon te vinden voor de controlegroep, die op de aangegeven variabelen gelijk is aan eerstgenoemde eenheid.
De kunst van goed matchen is om paren van proefpersonen te identificeren die zoveel mogelijk bij ons ideaal van een ‘kloon’ in de buurt komen
Wat wordt er gedaan bij globale controle?
Hierbij wordt ernaar gestreefd dat de frequentie van een aantal belangrijke kenmerken in de experimentele groep en controlegroep aan elkaar gelijk zijn.