2018 1 Flashcards

1
Q

Een 50 jarige obese man komt op je spreekuur met refluxklachten. Hij heeft verder geen alarmsymptomen. Wat is je strategie en in welke volgorde?
A
Leefstijl/dieetadviezen - PPI – Gastroscopie – pH metrie/impedantie
B
Leefstijl/dieetadviezen - Gastroscopie – PPI – pH metrie/impedantie
C
pH metrie/impedantie – Gastroscopie - PPI – Leefstijl/dieetadviezen
D
PPI – Gastroscopie – Leefstijl/dieetadviezen - pH metrie/impedantie

A

A
Leefstijl/dieetadviezen - PPI – Gastroscopie – pH metrie/impedantie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Een 55 jarige man van Turkse afkomst met een blanco voorgeschiedenis, komt met melena op de spoedeisende hulp. Hij heeft al een tijdje een wat
zeurend gevoel in zijn bovenbuik, waarvoor hij af en toe een paracetamol gebruikt. Hij blijkt een ernstige ferriprieve anemie te hebben. Wat is de
meest waarschijnlijke oorzaak van de bloeding?
A
Ulcus duodeni (Helicobacter pylori infectie)
B
ulcus op basis van toch stiekem NSAID gebruik
C
een varices bloeding
D
Mallory Weiss laesie

A

A
Ulcus duodeni (Helicobacter pylori infectie)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Een 65 jarige man, roker, heeft een CVA in de voorgeschiedenis. Sinds twee weken merkt hij dat vast voedsel niet goed zakt. Er is twee kilo
gewichtsverlies. Het belangrijkste onderzoek dat nu aangevraagd moet worden is
A
x-thorax
B
slokdarmmanometrie
C
CT abdomen
D
CT thorax/hals
E
gastro-duodenoscopie

A

E
gastro-duodenoscopie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Waardoor wordt late dumping veroorzaakt?
A
het doorslikken van te grote stukken eten en een lage bloeddruk
B
het gebruik van grote hoeveelheden vast voedsel en te weinig vochtinname
C
te snelle passage van de voeding en een snelle daling van de bloedglucosewaarden

A

C
te snelle passage van de voeding en een snelle daling van de bloedglucosewaarden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat zijn bekende oorzaken voor ondervoeding bij ouderen?
A
hoge sociaal economische status, alcoholgebruik, diabetes
B
hoge bloeddruk, functionele klachten, hoog opleidingsniveau
C
slechte gebitsstatus, eenzaamheid, onderliggende ziekte
D
cognitieve klachten, inactiviteit, goede eetlust

A

D
cognitieve klachten, inactiviteit, goede eetlust

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Een 63 jarige man wordt gediagnosticeerd met een oesophaguscarcinoom, pT3N1M1. Je besluit hem te behandelen met chemotherapie. Hoe
noem je deze vorm van chemotherapie?
A
neo-adjuvant
B
curatief
C
adjuvant
D
palliatief

A

D
palliatief

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

gastric bypass: malabsorptie /restrictie / malabsorptie & restrictie

A

malabsorptie & restrictie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

duodenal switch malabsorptie /restrictie / malabsorptie & restrictie

A

malabsorptie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

maagband malabsorptie /restrictie / malabsorptie & restrictie

A

restrictie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

gastric sleeve malabsorptie /restrictie / malabsorptie & restrictie

A

restrictie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Meestal bevatten galstenen cholesterol en zijn groengeel. Zij ontstaan door een overdaad aan cholesterol, verminderde motoriek van de
galwegen en versterkte kristallisatie. Wat zijn hierbij risicofactoren?
A
snel gewichtsverlies, zwangerschap en sondevoeding
B
overgewicht, leeftijd (> 40 jaar) en parenterale voeding
C
snelle gewichtstoename, vrouwelijk geslacht en zwangerschap
D
overgewicht, diabetes mellitus, en alcohol gebruik

A

B
overgewicht, leeftijd (> 40 jaar) en parenterale voeding

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat zijn oorzaken van levercirrose?
A
hepatitis A en D
B
hepatitis A en C
C
hepatitis A en E
D
hepatitis B en E
E
hepatitis B en C

A

E
hepatitis B en C

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Bij een 62-jarige man wordt aan levercirrose gedacht. De radiologe beschrijft een grofkorrelig echoreflectiepatroon van het leverparenchym met
een hobbelige leveroppervlak. In de v. portae ziet zij hepatofugale bloedstroming.
De MDL-arts wil op grond van de resultaten van genoemd onderzoek het risico op een belangrijke en potentieel levensbedreigende complicatie
nader in kaart brengen.
Met welk onderzoek wordt dit risico bij deze patiënt in kaart gebracht?
A
een CT-angiografie van de buik
B
een MRI van de lever
C
een gastroduodenoscopie
D
een coloscopie

A

C
een gastroduodenoscopie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is de eerste stap uit de behandeling van acute pancreatitis?
A
vochtsuppletie via infuus en pijnstilling
B
breed spectrum antibiotica en vochtsuppletie
C
glucose infuus en sondevoeding
D
parenterale voeding en pijnstilling

A

A
vochtsuppletie via infuus en pijnstilling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Bij een Chinese man bekend met chronische Hepatitis B, wordt bij echografie een leverlesie gezien met een diameter 2,8cm. Je
waarschijnlijkheidsdiagnose is een hepatocellulair carcinoom.
Wat is de volgende diagnostische stap?
A
Ca 19,9 bepalen in bloed en CT-abdomen
B
Alfa-Foeto-Proteine bepalen in bloed en MRI lever
C
CEA bepalen in bloed en CT thorax/abdomen
D
Target echo met histologisch biopt

A

B
Alfa-Foeto-Proteine bepalen in bloed en MRI lever

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Welk type poliep is premaligne en kan zich ontwikkelen tot een carcinoom?
A
inflammatoire poliep
B
hyperplastische poliep
C
juveniele poliep
D
adenoom

A

D
adenoom

17
Q

Vitamine A is nodig om in de darm T cellen te voorzien van
A
de juiste homingsreceptoren
B
de juiste activatie receptoren
C
de juiste antigeen receptoren

A

A
de juiste homingsreceptoren

18
Q

Voor immuun tolerantie in de darm is het van belang dat vitamine A kan worden omgezet in:
A
ascorbinezuur zuur
B
triglyceriden
C
retinal
D
retinol zuur

A

D
retinol zuur

19
Q

Welke van de onderstaande medicatie is een pro-kineticum?
A
bisacodyl
B
metamucil
C
metoclopramide
D
Movicolon

A

C
metoclopramide

20
Q

Welke bewering is juist. Een patiënt die een Hartmann procedure heeft ondergaan, heeft:
A
een eindstandig colostoma
B
een hemicolectomie rechts ondergaan
C
een rectumresectie ondergaan
D
een dubbelloops ileostoma

A

A
een eindstandig colostoma

21
Q

3 dagen geleden is dhr Y, 29 jaar, geopereerd, hij heeft een ileocoecaal resectie ondergaan in verband de ziekte van Crohn. Je ziet een man die
klam, bleek en tachycard is met een pols 95/min, T 38.9oC, RR 110/65 mmHg?
Welke diagnoses overweeg je? Zet in de volgorde van MEEST ernstig naar MINDER ernstig.
urine weginfectie
naadlekkage
wondinfectie
pneumonie

A

1
naadlekkage
2
pneumonie
3
urine weginfectie
4 wondinfectie

22
Q

Het ‘stil verwerken’ van emoties kan volgens Wouda et al. (2000) worden geclassificeerd als:
A
emotionele expressie naar buiten gericht & (her)beleven
B
emotionele expressie naar buiten gericht & beheersen
C
emotionele expressie naar binnen gericht & (her)beleven
D
emotionele expressie naar binnen gericht & beheersen

A

C
emotionele expressie naar binnen gericht & (her)beleven

23
Q

Welke structurerende vaardigheid wordt volgens ‘Recepten voor een goed gesprek (2014)’ vaak gekoppeld aan een samenvatting?
A
gesprekskader bespreken
B
hardop denken
C
agenderen

A

C
agenderen

24
Q

De meest voorkomende oorzaak van pancreatitis in Nederland is:
A
alcohol
B
galstenen
C
medicamenteus
D
auto-immuun

A

B
galstenen

25
Q
A