1.1 Homeostase/thermoregulatie/endocrinologie Flashcards
Uit welke componenten bestaat een regelkring?
Setpoint, comparator, effector en sensor
Wat zijn voorbeelden van positieve feedback?
Bevalling of bloedstollingswondheling
Wat is feed-forward?
Het lichaam anticipeert op een volgende activiteit (speekselproductie voordat je gaat eten)
Welke drie reacties heeft het lichaam op een verlaagde lichaamstemperatuur?
Constrictie bloedvaten, ‘curling up’/dekentje en rillen
Wat voor type neuron en neurotransmitter zijn er in alle pregangionaire neuronen?
nicotine receptor met acetylcholine neurotransmitter
Wat voor type neuron en neurotransmitter is er in het somatische zenuwstelsel?
nicotine receptor met acetylcholine neurotransmitter
Wat voor type neuron en neurotransmitter is er postganglionair in het parasympatische zenuwstelsel?
muscarine receptor met acetylcholine neurotransmitter
Wat voor type neuron en neurotransmitter is er in het sympatische zenuwstelsel?
Dit is afhankelijk van het weefsel!
- alpha/beta receptor met noradrenaline (bloedvaten&interne organen)
- muscarine receptor met acetylcholine (zweetklieren)
- nicotine receptor met acetylcholine (adrenal medulla)
Waar worden aminerge hormonen van gemaakt?
het aminozuur tyrosine
Waar worden peptiderge hormonen van gemaakt?
kleine eiwitten
Wat zijn voorbeelden van aminerge hormonen?
schildklier hormonen (T3, T4) en bijniermerg hormonen (adrenaline en noradrenaline) en dopamine
Wat zijn voorbeelden van peptiderge hormonen?
pancreas hormonen (insuline, glucoagons), neuromodulatoren: hypothalamae/hypofysaire hormonen (oxytocine, vasopressine, groeihormoon, prolactine, ACTH, etc)
Wat zijn voorbeelden van steroid hormonen?
bijnierschors hormoon (cortisol, aldosteron), geslachtshormonen (androgenen, oestrogenen) en vitamine D
Waar binden peptiderge hormonen en catecholamines?
Receptor op celmembraan (kunnen niet diffunderen door het celmembraan)
Waar binden steroid en thyroid hormonen?
Receptor in de celkern (kunnen wel diffunderen)
Benoem de 3-staps raketten van de hypothalamus voor GnRH, GHRH, SS, TRH, DA en CRH
GnRH -> FSH/LH -> oestrogeen/progesteron/testosteron
GHRH (pos) + SS (neg) -> GH -> IGF-1 (lever) en metabolisme weefsels
TRH -> TSH -> thyroxine + triodothyronine
DA -> Prolactin -> melkproductie
CRH -> ACTH -> cortisol
Wat zijn eigenschappen van peptiderge hormonen en catecholamines?
- hydrofiel
- vrij circulerend
- geen diffusie celmembraan
- receptor op celmembraan
Wat zijn eigenschappen van steroid en thyroid hormonen?
- lipofiel
- heeft eiwitcarrier nodig om in bloed te circuleren
- diffusie door celmembraan
- receptor in de cel