11. De levensbeschouwelijke breuklijn na 1950 Flashcards

1
Q

Recapituleren: klerikalen vs. antiklerikalen

A

o Unionisme: monsterverbond voor Belgische onafhankelijkheid

o Kiezen samen voor een zeer liberale grondwet

o Zeer liberale staat waarbinnen de katholieke steeds een belangrijke machtsfactor is

o Machtspositie van de kerk in de 19e eeuw ligt voornamelijk in het onderwijs en de zorgsector
o Twee partijen rond deze breuklijn: katholieke partij en liberale partij

o Voortdurende machtswissels tijdens de 19e eeuw
o Machtswissel vindt steeds plaats wanneer radicalere vleugels het evenwicht verstoren
o Bv. Ultramontanen bedreigen scheiding kerk-staat, leidde tot liberale overwinning
o Bv. Liberalen tijdens de schoolstrijd, leidde tot een zware katholieke overwinning

o Levensbeschouwelijke breuklijn verliest belang tijdens interbellum t.a.v. de sociaaleconomische

o De socialistische partij richt zich voornamelijk op het sociaaleconomische

o AES zorgde voor coalitieregeringen, die compromissen moesten zoeken

o Zorgde ervoor dat de levensbeschouwelijke conflicten op de achtergrond kwamen

o Net voor WOII was de katholieke almacht op de samenleving aan het afnemen

o Principe van scheiding kerk en staat was niet langer een principe, maar kwam ook in praktijk

o Niet gelovig zijn werd steeds meer aanvaard binnen de samenleving

o Toenemende secularisatie en ontkerkelijking

o Toename van de welvaart zorgde voor meer autonomie en dus minder belang van het geloof

o Langs de andere kant neemt de macht van de katholieke zuil alleen maar toe

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Ontkerkelijking en verzuiling

A

o Moderniseringsproces sinds 19e eeuw
o Industrialisering, verstedelijking, individualisering, democratisering en secularisering

o Paradox: geloof in de samenleving neemt af, maar de verzuiling gaat toenemen

o Katholieke kerk gaat haar macht herbouwen via de zuilorganisaties

o Geen grote tegenhanger: katholieke zuil is veruit de grootste

o Verdeeldheid levensbeschouwelijk links: wel heterogene vrijzinnigheid, geen vrijzinnige zuil

o Atheïsme? Andere godsdienst? Voornamelijk onverschilligheid t.a.v. geloof, individualisering

o Het lot in eigen handen nemen werd belangrijker dan zich vast te klampen aan het geloof

o Toch nog steeds 70% gedoopt en kerkelijk begraven en nog 25% doet een kerkelijk huwelijk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Tweede Vaticaans Concilie (1962-1965)

A

o Godsdienstigheid vermindert binnen de zuilorganisaties

o Trouw aan de zuil wordt belangrijker dan het geloof

o Stijgende aantal leden en participatie

o Ook katholieke hegemonie in het politiek vlak tot 1999

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Vrijzinnige kant

A

o Geen zuil zoals de katholieke zuil

o CVP-trauma: liberalen en socialisten moeten steeds het onderspit delven, willen de CVP weg

o Gaan zich daarom niet focussen op de levensbeschouwelijke breuklijn

o Stellen zich niet langer antiklerikaal op, maar pleiten voor pluralisme

o Op die manier kunnen ze ook christelijke stemmen lokken

o Buiten de partijstructuren gaat vrijzinnigheid wel een rol spelen

o Vrijmetselarij gaat een kleine liberale zuil oprichten: investering in nieuwe rituelen

o 1951: Humanistisch Verbond als koepelorganisatie

o 1993: Grondwettelijke erkenning van die niet-confessionele gemeenschap

o 2002: structurering en financiering georganiseerde vrijzinnigheid

o Poging tot verzuiling, maar bleef vrij beperkt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

De Guimardstraat

A

o Kantoorgebouwen aan de kleine ring in Brussel

o De facto het kloppend hart van de macht in België

o Belangrijke achterkamer van de Belgische politiek, op loopafstand van de Wetstraat

o Voornamelijk katholieke vertegenwoordiging

o Toont het belang van de katholieke zuil in de samenleving

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Schoolstrijd

A

o Vrij onderwijs wil financiële gelijkschakeling met openbaar onderwijs

o Willen echter geen overheidsinspraak in ruil voor die subsidies

o Willen het vak zedenleer i.p.v. godsdienst aanbieden

o Willen democratisering van het middelbaar en technisch onderwijs

o Katholieken willen het openbare onderwijs zo beperkt mogelijk houden

o Willen het vak godsdienst verankeren en overheidsinspraak vermijden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Onderwijspolitiek Pierre Harmel

A

o Homogene katholieke regeringen in de jaren 1950

o Pierre Harmel gaat nieuwe schoolwetgeving uitvaardigen

o Wil zo het pluralisme tegengaan en de uitbouw van het openbare onderwijs beperken

o Subsidies worden berekend op basis van het leerlingenaantal, waardoor die gaan toenemen

o Toezicht van de overheid wordt sterk beperkt

o Meer beslissingsrecht voor bisschoppen om vak godsdienst te verankeren

o Aanstelling 110 interim-leerkrachten om katholieke onderwijs te verspreiden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Onderwijspolitiek Leo Collard

A

o Protest: 70 000 vrijzinnigen komen op straat tegen de katholieke schoolwetgeving

o 1954: vrijzinnige verkiezingsoverwinning: paarse regering Achiel Van Acker (uitzonderlijk)

o Gaat alle maatregelen proberen terug te draaien

o Gaat de invloed van de bisschoppen beperken en de interim-leerkrachten ontslaan

o Subsidies worden gekoppeld aan controle door de staat

o Er komt een vrije keuze tussen zedeleer en godsdienst in het vrije onderwijs

o De staat krijgt het recht om overal waar het wenst onderwijs te organiseren

o Paarse regering gaat geen rekening houden met de oppositie, zorgde voor enorme onrust

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Reactie vanuit de katholieke zuil

A

o Massale reactie van de katholieke bevolking: mobilisatie o.l.v. de katholieke zuil

o Nationaal Comité voor Vrijheid en Democratie van Théo Lefèvre organiseerde betogingen

o Protest: 700 000 mensen op straat, 2 miljoen handtekeningen

o Leo Collard wordt als een bedreiging voor het christendom afgeschilderd

o Ook bisschoppen gaan zich uitspreken tegen de paarse regering

o Er komt zelfs een grootschalige schoolstaking

o Ook mediaoorlog, waarbij er geen verslag van de betoging mocht uitgezonden worden

o Deed zo alsof er amper betoogt werd, terwijl er honderdduizenden waren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Schoolpact 1958

A

o 1958: Grote katholieke overwinning in de verkiezingen, coalitieregering met liberalen

o Schoolpact als grootschalige compromis

o Elke ouder heeft de keuze om zijn kind naar vrijzinnig of katholiek onderwijs te sturen

o Rijksonderwijs is neutraal onderwijs, waar godsdienst en zedenleer aangeboden werden

o Gelijkschakeling van de subsidies tussen het vrij en het katholiek middelbaar onderwijs

o Grote democratisering binnen het onderwijs, steeds meer kinderen naar school

o Twee zuilen worden gelijkgeschakeld

o Cultuurpact 1973: Wettelijke erkenning en bescherming van filosofische minderheden

o Levensbeschouwelijke breuklijn werd zo ontmijnt, focus verschuift naar communautaire breuklijn

o Sleutelspeler was Vlaams Minister van Onderwijs Franck Vandenbroucke

o Gaat een volledige gelijkschakeling tussen de twee onderwijsnetten bekomen

o Binnen het onderwijs kwam het welzijn van het kind centraal, meer dan de ‘strijd om de ziel’

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Emancipatiegolf van de jaren 1960

A

o Contestatie van de gevestigde orde en traditionele waarden

o Emancipatie van de vrouw en een tweede feministische golf

o Strijden voor gelijk loon voor gelijk werk

o Willen goede en betaalbare kinderopvang

o Strijden voor ‘baas in eigen buik’: anticonceptie en legalisering abortus

o Seksuele emancipatie staat haaks op katholieke traditie

o Introductie van de pil, maar tot 1973 verbod op reclame anticonceptie

o Aanvaarding en toegankelijkheid zorgde voor enorme impact

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Rol vrijzinnigheid

A

o Dwarsdenkers zoals Jaap Kruithof en Jos Van Ussel

o Mediafiguren als Paula Sémer

o Televisieprogramma het Vrije Woord

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Depenalisering van abortus

A

o Kloof tussen wettelijke en werkelijke land

o Men voerde reeds clandestiene abortussen uit, de vervolgingsgraad was amper 0,15%

o Ook abortustoerisme: in Nederland was abortus wél mogelijk dus ging men naar daar

o 1971: wetsvoorstel van Willy Callewaert om abortus te legaliseren

o Verschillende rechtszaken zorgen voor ophef

o Arrestatie voor dokter Peers in 1973 na uitvoering van abortus van verkrachterskind

o Zorgde voor massaal protest en politisering van het thema

o 1990: abortuswet komt er doordat CVP-parlementariërs de partij niet volgen

o Er komt een depenalisering van abortus

o Kleine koningskwestie: Boudewijn weigert de wet te onderteken en wordt 1 dag afgezet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Euthanasiewet

A

o België bij de laatste voor de abortuswet, maar de eerste met de euthanasiewet

o Individualisering: autonomie en zelfbeschikking moeten centrale waarden zijn

o 1983: recht op waardig sterven (de facto reeds euthanasie binnen de palliatieve zorg)

o 2002: Euthanasiewet komt er, maar de vraag naar uitbreiding blijft

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

De Islam in een seculiere samenleving

A

o Kwam de Belgische samenleving binnen via de migratie in de tweede helft van de 20e eeuw
o Strijd voor de erkenning van de islam in de openbare school

o 1974: gelijkschakeling met andere erkende godsdiensten

o 1998-2005: institutionalisering van de islam

o Beroepen zich op de liberale vrijheden die de katholieke altijd gebruikten

o Hoofddoekendebat als symbooldossier: verschillende tegenstellingen komen hierin samen
o ‘Baas over eigen hoofd’ en vrijheid van meningsuiting en vrijheid van godsdienst

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly