Week 5 pt 4 Flashcards

1
Q

Investeringsmodel Rusbult relaties

A

Model dat stelt dat mensen zullen blijven investeren (toewijding) in hun relatie wanneer 3 factoren worden bereikt:

  1. Tevredenheid: balans positieve/negatieve aspecten
  2. Investering: wat is al geïnvesteerd?
  3. Alternatieven: zijn er aantrekkelijke alternatieven voor de relatie?
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Volgens investeringsmodel: Hoe meer je investeert, hoe … de kans dat je bij iemand wilt blijven.

A

Groter

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

De 3 componenten van het investeringsmodel voorspellen de … van de relatie, en dat voorspelt de … van de relatie.

Toewijding
Stabiliteit

A

Toewijding voorspelt stabiliteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Sociale uitwisselingstheorie relaties

A

Resultaat van relatie = afweging kosten en baten.

  1. Baten: Perceptie voordelen relatie
  2. Kosten: Perceptie kosten relatie
  3. Winst: verschil tussen kosten en baten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Gelijkheidstheorie relaties

A

Mensen zijn gelukkig en stabiel in gelijkwaardige relaties van give and take.

De gelijkheidstheorie in relaties, ook wel bekend als equity theory, is een psychologische theorie die stelt dat mensen in sociale relaties streven naar een balans tussen wat ze geven en wat ze ontvangen. Het gevoel van gelijkheid binnen een relatie draagt volgens deze theorie bij aan tevredenheid en stabiliteit.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Benadeeld persoon gelijkheidstheorie:

A

Weinig beloningen, veel kosten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Bevoordeeld persoon gelijkheidstheorie:

A

Veel beloningen, weinig kosten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Bij nieuwe ontmoetingen letten mensen … op gelijkheid

A

Meer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Uitwisselingsrelaties:

A

Mensen houden bij wie wat bijdraagt en voelen zich gebruikt als ze het gevoel hebben dat ze meer in de relatie steken dan ze eruit halen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

De gelijkheidsnorm geldt voor relaties. Voor familie, vrienden en geliefde…

A

Wens om elkaar in nood te helpen centraal, gelijkheidsnorm geldt niet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Communale relaties

A

we komen de behoeften van anderen tegemoet los van het feit of we daar iets voor terugkrijgen of niet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Meer intimiteit = beter relatiesucces, mensen leuker vinden

A

Yes

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Zelfonthulling

A

persoonlijke dingen delen is heel belangrijke investering in relatie. Teken van vertrouwen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Leuke/spannende dingen doen = goed voor relaties, want..

A

Arousal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Impulscontrole heeft effect op betrouwbaarheid partner

A

Duh.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Relatiebreuk stappen

A

1) aanleiding: iemand ervaart negatieve emoties en is ontevreden
2) 1e intrapersoonlijke fase: individu denkt veel na over ontevredenheid met de relatie
3) diadische fase: individu bespreekt relatiebeëindiging met partner
4) sociale fase: partners delen beëindiging met anderen
5) 2e intrapersoonlijke fase: individu herstelt van breuk en reflecteert op hoe en
waarom die breuk heeft plaatsgevonden
● dewaaromdie weanderen geven kan verschillen van die van onszelf
6) wederopstanding: van de beëindigde liefdesrelaties leren en deze ervaring
stimuleert onze persoonlijke groei

17
Q

1e fase relatiebreuk

A

1). Aanleiding: iemand is ontevreden

18
Q

2e fase relatiebreuk

A

2). 1e Intrapersoonlijke fase. Individu denkt na over ontevredenheid

19
Q

3e fase relatiebreuk

A

3). Diadische fase: individu bespreekt relatiebeëindiging met partner

20
Q

4e fase relatiebreuk

A

4). Sociale fase: partners delen beëindiging met anderen

21
Q

5e fase relatiebreuk

A

5). 2e intrapersoonlijke fase: individu herstelt van breuk en reflecteert over reden achter breuk

22
Q

6e fase relatiebreuk

A

6). Wederopstanding: van beëindigde relatie leren

23
Q

4 gedragstypen in abnormale relaties:

  1. Negatief en destructief
  2. Positief en constructief
A

Negatief en Destructief:
● actief schade toebrengen aan relatie (mishandeling, dreigen)
● relatie op passieve manier laten verslechteren (weigeren aan probleem te werken)

Positief en Constructief:
● actief proberen relatie te verbeteren (praten over problemen, proberen te veranderen)
● passieve manier loyaal blijven (wachten en hopen dat situatie verbeter)

24
Q

Destructief gedragstype relatie brengt … schade toe vergeleken met constructieve positieve invloed

25
Q

Minachting, sarcasme, terugtrekken en kritiek leiden tot … risico tot relatiebreuk

26
Q

Het is beter om … te spreken wanneer er een relatieconflict is

A

Later. Naar elkaar luisteren nadat situatie gekalmeerd is