Vocabulaire: les médias (2) Flashcards
l’abonnement (m)
een abonnement
l’activité (f)
een activiteit
l’avantage (m)
het voordeel
la bibliothèque
de bibliotheek
la communication
de communicatie
le développement
de ontwikkeling
l’inconvénient (m)
het nadeel
l’interview (f)
de interview
la lettre
de brief
le livre
het boek
le message
de booschap, het bericht
le public
het publiek
le public cible
de doelgroep
amusant(e)
prettig
bête
dom
intéressant(e)
interessant
libre
vrij
nul, nulle
stom
adorer
dol zijn op, heel graag zien
aimer
houden van, graag zien
communiquer
communiceren
écouter (quelque chose)
luisteren (naar iets)
entendre
horen
lire
lezen
parler de
spreken over
prendre un abonnement
een abonnement nemen
réfléchir
nadenken
regarder (quelque chose)
(naar iets) kijken
s’abonner (à)
zich abonneren (op)
s’adresser (à)
zich richten tot
se souvenir de
zich herinneren
s’intéresser à
zich interesseren voor